‘De Biobased Economy, leg nog even uit wat het ook alweer precies is.’ Die vraag wordt mij regelmatig nog gesteld als ik vertel dat ik als hoogleraar bijdraag aan de Biobased Economy. ‘De Biobased Economy is een economie waarin we niet langer fossiele grondstoffen gebruiken voor de productie van warmte, elektriciteit, brandstoffen en chemicaliën’, antwoord ik dan. In plaats van fossiele grondstoffen gebruiken we dan biomassa, zoals grassen, gewassen, algen, zeewier en reststromen uit GFT-afval.
De transitie naar de biobased economy biedt Nederland kansen. Want we hebben een sterke landbouwsector, zijn een belangrijk aanvoerland en we beschikken over een goed ontwikkelde chemische industrie. Onze uitgangspositie is dus gunstig. En daarom hebben we ook goed opgeleide mensen nodig. Mensen die bestaande kennis kunnen valoriseren in economisch rendabele biobased producten. In het Centre for Biobased Economy (CBBE) werken onderwijs en bedrijfsleven samen om de biobased professionals van de toekomst op te leiden.
Algen gelden al jaren als het groene goud van de biobased economy. Algen zitten namelijk boordevol oliën, vetten, eiwitten en suikers. Onderdelen die vervolgens weer te gebruiken zijn voor de productie van voedingsmiddelen, veevoer, chemicaliën, materialen en brandstoffen. In dit artikel vertel ik hoe AlgaePARC één van de initiatieven is van Wageningen University & Research om een commerciële en duurzame productieketen te ontwikkelen met algen voor voedsel, voeding, chemicaliën, materialen en brandstoffen.