Europees platform voor onderzoek voeding & gezondheid cruciaal voor bedrijven
De meeste Europeanen eten te veel zout, vet en suiker. Daardoor groeit het aantal mensen met voedingsgerelateerde ziekten als obesitas, diabetes type 2 en hart- en vaatziekten nog steeds. Om het tij te keren, moet de Europese consument gezonder gaan eten: de gezonde keuze moet de makkelijke keuze worden. Bedrijven in de voedingsmiddelenindustrie vormen daarbij een cruciale schakel, omdat ze producten moeten ontwikkelen die in de smaak vallen bij de consument en die tegelijkertijd gezond zijn.
Kennis van consumentengedrag essentieel voor ontwikkeling gezonde producten
De ontwikkeling van een succesvol gezond voedselproduct begint met kennis. Kennis over de voedselinname van consumenten en de gevolgen daarvan in het lichaam. Maar ook over het gedrag van de consument, van het maken van het boodschappenbriefje tot de consumptie. Op dit gebied hebben we in Europa nog grote stappen te zetten. Er is nog niet zoiets als een Europese standaard voor precompetitief onderzoek naar voeding, consumentengedrag en gezondheid, omdat meetmethoden, technieken en indicatoren sterk verschillen. Daardoor is er in het Europese onderzoeksdomein Consument, Voeding & Gezondheid een enorm gebrek aan koppelbare en vergelijkbare data ontstaan. Dus wat doet de voedingsmiddelenindustrie? Die investeert fors in eigen onderzoek & ontwikkeling. Behalve dat dit kapitalen kost, zijn data gefragmenteerd, na twee jaar verouderd en vaak niet vergelijkbaar tussen landen. MKB-bedrijven hebben meestal geen geld voor duur onderzoek en lopen kennisachterstanden op, omdat kennis niet terugstroomt.
Standaardisatie nodig om consumentengedrag te vergelijken
Wageningen University & Research werkt daarom samen met onderzoeksinstellingen uit acht Europese landen aan een Europese infrastructuur voor wetenschappelijk onderzoek naar voeding, gezondheid en consumentengedrag. Door standaardisatie (van indicatoren) en harmonisatie (vergelijken van indicatoren tussen landen) ontstaan vergelijkbare en koppelbare datasets én tools. Uniek in onze aanpak is dat we de consument centraal stellen. In het EU-project RICHFIELDS bouwen we aan een Europees platform waarop de consument vrijwillig data over zijn eetgedrag, voedselinname en gezondheid beschikbaar stelt voor andere actoren in de keten. De uitdaging voor bedrijven is vervolgens: hoe kunnen we uit de big data die dit oplevert op de juiste manier analyseren? Grote bedrijven hebben ongetwijfeld de expertise daarvoor in huis, maar kleinere bedrijven niet. Om hen als drijvende krachten binnen het domein voeding & gezondheid vooruit te helpen, worden zij getraind om data juist te ontsluiten.
Met gezamenlijke infrastructuur kunnen retail en voedingsmiddelenindustrie aantrekkelijke én gezonde producten ontwikkelen en vermarkten
Eén Europese onderzoeksinfrastructuur is een enorme stap vooruit voor het bedrijfsleven. Dat geldt allereerst voor retailbedrijven, die al decennialang informatie over koopgedrag van consumenten verzamelen. De grote datasets die dit oplevert, zijn nu nog zeer beperkt toegankelijk voor wetenschap en industrie. Andersom profiteren retailbedrijven nu nog weinig van wetenschappelijke inzichten in de relatie tussen consumentengedrag, voeding en gezondheid. Ook bedrijven in de voedingsmiddelenindustrie hebben veel baat bij een gezamenlijke infrastructuur. Door essentiële precompetitieve kennis enerzijds te delen én te ontsluiten, kunnen zij beter inspelen op de noodzaak aantrekkelijke én gezonde producten te ontwikkelen voor de consument. Een succesvolle aanpak van voedingsgerelateerde ziekten binnen Europa komt daardoor dichterbij.
Wil je meer weten over dit onderwerp? Bezoek dan ook Onderzoeksinfrastructuur voor voeding en gezondheid op wur.nl.