Robot helpt boer een handje
Door de mechanisering is werk in de landbouw eentoniger en zwaarder geworden. Steeds minder mensen zijn bereid om de slechte arbeidsomstandigheden voor lief te nemen. Wageningse onderzoekers ontwikkelen robots die 24/7 agrarische werkzaamheden kunnen uitvoeren zoals wieden, oogsten en verpakken. Dankzij camera’s en sensoren zijn de rijdende robotplateaus en robothanden nauwkeuriger dan mensen. Hoe denk jij over deze ontwikkeling?
Eieren rapen, tomaten verpakken, onkruid wieden, dierenwelzijn checken, fruit oogsten en plagen in een gewas opsporen. Allemaal werkzaamheden die in de niet al te verre toekomst door robots kunnen worden uitgevoerd. En dat is maar goed ook, vertelt Erik Pekkeriet, business development manager bij het programma Agro Food Robotics. Binnen dit programma werken Wageningse onderzoekers samen aan de ontwikkeling van robots in de agrarische sector en de voedselverwerking.
Monotone arbeid
Vooral door de toegenomen mechanisering en ICT, zijn de arbeidsomstandigheden in deze sectoren sterk verslechterd, zegt Pekkeriet. Vroeger was het werk gevarieerd en konden mensen nog eens een praatje met elkaar maken. Nu werken ze alleen of staan ze samen in lawaaiige ruimtes met oordoppen in en beschermende kleding aan. “Sociale interactie is nauwelijks mogelijk en mensen doen de hele dag hetzelfde. De menselijke arbeid is erg monotoon en kort-cyclisch”, legt Pekkeriet uit.
“ In de landbouw en voedingsindustrie is de inzet van robots heel kansrijk. Met robots kunnen we het tekort aan arbeidskrachten opvangen. Ook is het mogelijk om met robotisering een hogere productie te halen.”
Hete of ijskoude ruimtes
Mensen zijn een soort machines geworden. Alleen de productiviteit telt. Softwareprogramma’s meten precies hoeveel een persoon oogst, verwerkt of verpakt. Veel bedrijven hangen zogenoemde groen-wit-rood-lijsten in de kantine. Pekkeriet: “Medewerkers in de groene balk presteren goed en krijgen een bonus, in de witte balk acceptabel en mensen die twee weken in de rode balk zitten, kunnen op zoek naar ander werk. Dat legt veel druk op werknemers.” Verder zijn de werkplekken allesbehalve comfortabel. “De temperatuur en luchtvochtigheid in kassen liggen hoog. En buiten in het veld staan medewerkers bijvoorbeeld de hele dag in de brandende zon. Verpakkingswerk gebeurt weer in ijskoude ruimtes, zodat de producten langer houdbaar blijven.”
Weglopende Polen
Al jaren zijn er bijna geen Nederlanders te vinden voor dit soort werk, vaak ook nog seizoensarbeid. Buitenlandse en vooral Poolse werknemers vullen het gat. Maar ook Polen, die bekend staan als harde werkers, zien er geen been meer in. Ongeveer een kwart van de Polen is het afgelopen jaar weggelopen en dat aantal gaat groeien, vertelt Pekkeriet. Overigens kampt niet alleen Nederland met een tekort aan geschikte werknemers. “Het is een wereldwijd probleem. In China en Japan bijvoorbeeld, trekken jongeren naar de stad voor banen in dienstverlening of de ICT. De arbeidspopulatie op het platteland is verouderd. Ook daar zien ze robotisering als een oplossing.”
Veldrobot of robothand
In Wageningen zijn ongeveer zestig onderzoekers betrokken bij de ontwikkeling van robots die agrarische werkzaamheden kunnen uitvoeren zoals wieden, oogsten en verpakken. Dit zijn vaak net wat ingewikkeldere handelingen die robots nu nog niet goed kunnen uitvoeren. De onderzoekers werken aan de ontwikkeling van onder meer zelflerende systemen, spectrale cameratechnieken en robothanden. Het gebied waarin dit kan worden ingezet is breed, van teelt, fokkerij en veredeling tot precisielandbouw, productie en verpakking.
Grofweg zijn er twee soorten agrorobots, licht Pekkeriet toe. “De rijdende en vliegende veldrobots zijn voertuigen waar je spullen onder kunt hangen zoals schoffels en camera’s. Daarnaast heb je robotarmen en –handen, die gericht individuele producten oogsten, snoeien, wieden of verpakken.”
Beestjes bestrijden
Dankzij camera’s en sensoren werken de rijdende robotplateaus en robothanden nauwkeuriger en beter dan mensen. Ze kunnen allerlei aan tijd en plaats gebonden data verzamelen en zelfs ziektes en plagen opsporen. “Als er beestjes op een gewas zitten, kan het voor ons lastig zijn om te zien of het er drie dagen later meer of minder zijn. Een robot kan dat uitstekend, en die kan ook vaker controleren”, legt Pekkeriet uit. Bovendien kan de robot de plaag of ziekte lokaal bestrijden of behandelen, waardoor bijvoorbeeld minder bestrijdingsmiddelen worden gebruikt.
Zelfrijdende robot
Robots hebben daarnaast nog allerlei andere voordelen. Ze hebben geen last van extremere temperaturen. Omdat robotvoertuigen licht zijn, beschadigen ze de bodem van de akkers minder. De toepassingen lopen voor op de zelfrijdende auto. “Robotvoertuigen rijden niet in de openbare ruimte maar in een afgesloten weiland en gaan niet harder dan 5 kilometer per uur. Er rijden al grote veldrobots rond zonder toezicht, maar het commerciële gebruik is nog in het beginstadium”, zegt Pekkeriet.
Boerenrobot
“In de landbouw en voedingsindustrie is de inzet van robots heel kansrijk”, vervolgt Pekkeriet. Over tien tot twintig jaar doen ze al het vervelende werk, verwacht hij. “Aangezien een robot dag en nacht kan werken en meerdere jaren meegaat, zijn de robots straks ook geschikt en betaalbaar voor kleinere boeren. Met robots is het mogelijk een hogere productie te halen. En omdat ze 24/7 kunnen werken, is het niet erg als ze trager zijn dan mensen.”
Meer lezen:
- De WUR-webpagina over Agro Food Robotics met onder meer projecten en nieuws
- Een reportage over demonstraties met robots op de Wageningse campus
- Een filmpje met een terugblik op het Agro Food Robotics Parcours 2019
- Filmpje: Erik Pekkeriet geeft een lezing over robotics in de tuinbouw
- Een filmpje met uitleg en voorbeelden van Agro Food Robotics
- Lees dit artikel in het Engels
Geachte heer Pekkeriet,
Graag zou ik bij deze mijn ideaal/ droom met u delen, in alle bescheidenheid, want ik ben geen wetenschapper, noch heb ik een andere status om me op te beroepen.
Eerst de vraag: hoe komt het dat de arbeidsomstandigheden in de landbouwsector zo verslechterd zijn, terwijl het vroeger gevarieerd werk was en mensen nog een praatje met elkaar konden maken? Is het niet beter het probleem bij de bron aan te pakken, in plaats van in te zetten op een nog verder gaande mechanisering en mijns inziens verwijdering van de natuur? Is het mogelijk, dat de bron van het probleem ligt bij onze voedingsgewoonte en leefstijl?
Mijn ideaal voor de mens en mezelf is – en ik begrijp dat dit ver af staat van de werkelijkheid, maar ik denk, dat we er naartoe kunnen werken – de vorming van gemeenschappen die zelf in hun voeding voorzien en waarbij eenieder bijdraagt aan de voedselproductie. Daarbij denk ik aan biologische teelt van eenjarigen in combinatie met voedselbosbouw. Eigenlijk mét de kennis van nu naar het eenvoudige leven.
Ik persoonlijk probeer hier een beetje naartoe te bewegen. Ik heb een Wajong-uitkering en daarom tijd om bewust met mijn materiële behoeften om te gaan. Ik woon in een oud-klooster, waar wij in een moestuin werken. Verder ben ik vrijwilliger bij Kiemkracht 64 in Malden, een combinatie van voedselbos, permacultuurtuin van eenjarigen en traditionele ‘landbouw’. Mijn groenten en fruit koop ik verder op de markt bij een lokale biologische boer en dan let ik op, dat de producten uit Nederland komen en dat het seizoensgroenten/ -fruit is. Op vakantie gaan is voor mij al zestien jaar niet meer nodig. Voor mij is het zelf bijdragen aan mijn voedselvoorziening een zeer bevredigende levensinvulling die tevens zorgt voor de nodige lichaamsinspanning. Dat wil niet zeggen, dat de omschakeling voor mij gemakkelijk is, want ik kom uit een zeer ‘stads’ leven.
Ik pleit dus voor mét de kennis van nu werken naar een eenvoudige leefstijl. Want – zo vraag ik me ook af – hoe kan de natuur, inclusief de mens, blijven leven onder een steeds verdergaande mechanisering?
Hartelijke groet,
Marja
Beste Marja,
Terug naar de bron kan voor een doelgroep zeer goed werken. Het brengt je dichter bij de natuur en daar zou je maar zo gelukkig van kunnen worden. Het kost ook erg veel tijd/arbeid en ruimte bij een sterke verstedelijking. Zelfs in landen als China zien we dat in 10 jaar tijd de populatie dat in de landbouw werkt met 250 miljoen mensen terug is gelopen en zij het heil toch in de stad zoeken. Hier gaat het vaak om zeer kleinschalige boeren waarvan de overblijvende boeren sterk verouderen en geen opvolging zien en de oogsten niet goed van het land krijgen. Producties lopen terug en de steden moeten meer importeren. Het is een uitdaging om de producties met handmatige arbeid op niveau te houden.
Robots bouwen is prima (landbouw, zorg, industrie) maar een oplossing vinden voor de mensen die dit werk normaal zouden doen is een 2de grote uitdaging.
Zeker. Het zal niet van vandaag op morgen gebeuren. Het is al moeilijk genoeg om de businesscase rond te bedenken en de kosten zitten ook vooral in de nieuwe arbeid die dit allemaal vorm moet geven en niet in materiaal en energie om de mensen te transporteren. Er blijft nog de nodige arbeid daaromheen nodig. De robots moeten gebouwd, bediend en onderhouden worden. De ruimte waarin ze werken moet schoner zijn en er blijven nog voldoende scanfuncties over om de robot te ondersteunen. Dit kan ook door minder geschoold personeel. Dit kan wel veel beter gepland in een geconditioneerde omgeving. Het wordt anders met robots, maar misschien niet perse slechter met robots.
Als de opbrengsten in ieder geval maar eerlijk verdeeld worden. Niet dat de boer met robots rijker wordt en de potentiële werknemer armer.
Ja, een eerlijker verdeling. Daar ben ik ook voor…
Het lijkt mij voor de grootschalige behoefte aan voedsel en voor natuurbehoud een positieve ontwikkeling. De band tussen mens en landbouw/natuur wordt dan meer een keuze, zoals dat burgers nu volkstuinen willen en kunnen onderhouden.
Zeker, laten we zoeken naar een gevarieerde vorm van voedselproductie met aandacht voor natuur en circulaire vormen van productie.
Voedselproductie is al decennia geen volwaardige voedselproductie mee. Het gaat om kwantiteiten in een economisch verdienmodel. Dit model loopt tegen zijn grenzen aan. Robots kunnen dit nog even oprekken. Uiteindelijk zullen we terugmoeten naar kleinschaligheid in evenwicht met de natuurlijke omgeving om weer volwaardige voeding te realiseren, waarbij een gezondheidsmodel voorop staat. Het is mooi als robots daarin bepaalde (niet alle) taken van ons kunnen overnemen. Bij voeding is heel belangrijk dat we met volwaardige voeding met aanzienlijk minder massa toekunnen. Dat voeding tot stand komt onder invloed van en in samenwerking met de natuurlijke omstandigheden en de interactie met de mens. Hoe dichter bij de consument van het voedsel voeding tot stand komt hoe gezonder. Ergo ik ben voor robots onder strikte toepassing in een kleinschalig model.
In het eerste stuk herken ik mij nog niet helemaal. Ik weet niet hoe dit precies zou kunnen in de huidige verstedelijking en groei van de wereldbevolking. In het laatste stuk zie ik wel degelijk kansen en hier krijgen we ook concrete vragen voor uit gebieden als Africa, China en Japan. Hier is nog veel kleinschalige landbouw en een robot hoeft niet groot te zijn. Zeker in landen waar de boeren populatie sterk veroudert (China, Japan) worden robots gezien als model om de boer te ontlasten en de jeugd weer opnieuw te interesseren voor voedselproductie. Daar geloof ik ook in.
Het zou denk ik ook schelen, als we, gemiddeld genomen, meer geld over hebben voor ons voedsel: betere arbeidsomstandigheden voor boeren en hun werknemers, zodat ze hun werk weer met meer liefde kunnen doen. Dat levert dan misschien inderdaad ook kwalitatief betere voeding op. Voeding is belangrijk; meer betalen voor betere voeding is investeren in een goed doel.
Ik denk ook, dat we problemen die hun oorsprong hebben in een verwijdering van de natuur niet kunnen oplossen door een nog verdere verwijdering van de natuur; dan halen we ons waarschijnlijk alleen maar meer problemen op de hals. Dus ik hoop ook, dat als er robots gebruikt gaan worden, dat het dan in ieder geval op beperkte schaal blijft.
Beste Marja,
Ik ben het met je eens, maar worstel met het idee hoe we dat voor elkaar kunnen krijgen. Ideeën en initiatieven altijd welkom.
Bij het lezen van dit artikeltje in de krant moet ik denken aan de ,,grote beschavingen uit de geschiedenis “,die verloren gingen en waar de mensen op simpele wijze weer opnieuw moesten beginnen.
Leven wij nu in de periode :goed, beter ,best, rupsje nooit genoeg ?
Gelukkig beseffen veel mensen , dat de geschiedenis zich herhaalt , als tevredenheid niet ophoudt.
Ik mis wat geschiedkundige basis vrees ik om hier het juiste antwoord op te geven, maar houd mij aanbevolen.
Achter ons huis ligt dit jaar een veld wintertarwe. Het is bedoeld als veevoer voor de boer wiens koeien nooit buiten komen. De boer moet maximaal produceren; anders gaat hij het schip in en rest zelfmoord. Het werk wordt grotendeels gedaan door robots, behalve de loonwerker die eens in de twee weken ‘een gewasbeschermingsmiddel’ spuit. De loonwerker op de trekker kan nog worden vervangen; dat is de laatste schakel. Op de velden rondom de boerderij zijn geen bloemen, leven geen insecten, de sloten staan droog en zijn vergiftigd.
Een groot deel van de geproduceerde voedselvoorraad op de wereld wordt vernietigd. Anderen hebben honger.
De WUR is de intellectuele motor achter dit verdienmodel. Wetenschappers kunnen zich hier naar hartenlust uitleven; aan geld geen gebrek. Zij zij n meer dan tevreden, net als hun investeerders.
Ik herken het beeld niet dat er in dairy farming iedere twee weken wordt gespoten en de sloten vergiftigd zijn en al helemaal niet dat dit door Wageningen zou zijn aangemoedigd. Ik zie juist een groeiende belangstelling naar meer buiten, bloeiende akkerranden en biologisch. Zeker in de melkveehouderij waar dit ook goed kan. Wageningen werkt hard aan de transities naar meer circulair en biobased. De eerste drie van de 5 beoogde transities uit ons strategisch plan heb ik dus nog maar even hieronder opgesomd:
-Circulair en klimaatneutraal
-Voedselzekerheid en de waarde van water
-Natuurinclusief en landschap
Lees meer:https://www.wur.nl/nl/Over-Wageningen/Strategisch-Plan.htm
Wageningen wordt wel invloed toegedicht in de wereld. Dank daarvoor. Dat is een grote verantwoordelijkheid. Volgens mij snappen we die wel.
Ik zie en snap, voor een deel, het wantrouwen van mensen ten aanzien van de volgende generatie techniek die komende decennia zijn intrede zal doen in de voedselproductie. Maar de ideologie achter ‘vroeger was alles beter’ in de landbouw is een harde miskenning van het boerenleven vroeger: hele lange dagen, hard werken, veel fysieke arbeid, ook bij slecht weer, en ook toen een onzeker inkomen. Dat gegeven verklaart de vraag van de boer naar nieuwe technische hulpmiddelen, maar rechtvaardigt uiteraard niet technologische ontwikkelingen die consument en maatschappij niet accepteren.
De uitdaging is om de technische mogelijkheden van robotica te combineren met (nieuwe) vormen van landbouw die werkelijk gestoeld zijn op biologische, ecologische en kringloop principes. Dat kan! Daar zijn al enkele goede voorbeelden van, zoals intercropping teeltsystemen, maar dat vereist wel een drastische verandering en herontwerp van onze voedselproductiesystemen. Niet alleen techniek dus! Er is ook een andere organisatie en samenwerking in de voedselketen voor nodig, en nieuwe economische businessmodellen. Dat zijn samen grote veranderingen waarin we in diverse projecten inmiddels aan werken.
Je staat niet alleen Erik!
Het bedrijfsleven is hier ook al in gevorderde mate mee bezig.
De oogstrobots rijden nog in conceptfase rond, maar de verdere grading-, sorting- en packing-activiteiten in de lijn zijn al operationeel.
Visiongestuurde robots verwerken al 20.000 komkommers per uur bij Canadese telers. Ook met tomaten zijn we aan de slag. Dus de trend die je beschrijft kunnen we volledig beamen!
Geachte heer Pekkeriet,
Dank voor uw reacties.
Een bekende van mij is gepensioneerd milieukundige en zei me, dat het gebruik van robots in de landbouw mogelijk minder vervuilend/ belastend is voor het milieu dan menselijke arbeidskrachten. Als dat zo is, dan zou dat wel heel mooi zijn, want dan wordt het inderdaad een vrije keuze voor wie zijn of haar band met het voedsel wil aanhalen om zelf bij te dragen aan het verbouwen van voedsel. Zijn er berekeningen die uitwijzen, dat robots inderdaad minder belastend zijn voor het milieu, dan het gebruik van menselijke arbeidskracht?
Mooi, dat het gebruik van robots wel wordt gecombineerd met meer circulaire landbouwmethoden.
Suggesties voor het aantrekkelijk maken van een eerlijke prijs voor voedsel heb ik niet. Ik houd mezelf aan de leus ‘een beter milieu begint bij jezelf’ en probeer dus vooral aanpassingen in mijn eigen leven aan te brengen. Ik heb het idee, dat er al best wat wordt gedaan om bewustwording bij mensen te creëren van het belang van eerlijke voedselprijzen en dat ook langzaamaan steeds meer mensen voor de ‘betere’ (biologisch, vrij van gif etc.) voeding willen kiezen. Maar ik ben te veel een outsider om hierover iets zinnigs te zeggen. Dat geldt ook voor de robots, maar ik dacht ineens: gaat dat wel de goede kant op?
Groeten,
Marja
Het is natuurlijk een beetje hoe je het bekijkt en wat je er allemaal bij betrekt. Dit antwoord is niet eenvoudig. Als de schoffel moet concurreren met een robot dan is de schoffel best milieuvriendelijk. De schoffel moet echter aangedreven worden door een mens. Een mens verbruikt 1800kWh en 600m³ gas. Hij/zij neemt een behoorlijk ruimtebeslag en een stoot nogal wat afvalstoffen uit. Dat is dan nog los van de vervoerskosten met machines (auto) voor woon-werk, wetende dat het merendeel van de mensen uit oost Europa komt. Dan is een robot die voor 100% aangedreven wordt met solar power al snel zeer milieuvriendelijk. Vraag is of we er zo naar willen kijken?
Het hangt ook sterk af wat de robot allemaal moet doen en met welke prestatie een robot werkt. We zullen eerst een heel goed gedefinieerde case moeten hebben om hier de juiste uitspraken op te doen middels een Life Cycle Assessment (LCA).
Marja, bedankt voor je bijdrage aan de discussies. Volgens mij zijn het de juiste vragen voor de discussie. Laten we het vooral ook in z’n geheel bezien. Biologisch klinkt mooi, we willen er zelfs graag naar toe werken, maar kost op dit moment ook veel ruimte, natuur en uitval. Gif willen we niet, maar als we met één druppeltje chemie van een robot het juiste plekje bereiken kunnen we de goede planten beschermen in plaats van 1000 druppeltjes die we er nu omheen sproeien. We zouden zo misschien wel 1000 jaar kunnen sparen wat we nu in 1 jaar aan chemie verbruiken. Voor de “time being” is het ook verstandig hier aan te blijven werken. Per saldo denk ik echt dat robots een zeer duurzame bijdrage kunnen hebben aan onze voedselproductie, ook al is het uitdokteren van die balans niet helemaal mijn vakgebied, we moeten het wel scherp in de gaten houden.
Geachte heer Pekkeriet,
Ik hoorde vanmiddag het interview op Radio 1 en hoorde dat het GPS systeem op uw robot een nauwkeurigheid haalt van +/- 2.5 centimeter, terwijl gewone GPS een marge heeft van minstens 10 meter.
Hoe hebben jullie dat voor elkaar gekregen? Worden de signalen van de nieuwe Europese en Russische GPS satellieten gecombineerd?
Alvast dank.
Groet, Willem
Willem, niets nieuws onder de zon vrees ik. De landbouw en infrastructurele werken maken al jaren gebruik van het RTK-GPS netwerk. Een positioneringssysteem dat driehoeken vormt tussen vaste basisstations, satelieten en de gps-ontvanger op de logistieke drager. Dat kan inderdaad 2 cm nauwkeurig. Nederland heeft als 1 van de weinige landen een volledig dekkend netwerk van basisstations om deze precisie te overal te halen. Meer weten: http://lnrnet.com
Geachte heer Pekkeriet, beste Erik,
Bedankt voor de link en al jullie werk 🙂
Voor mij een gebied wat nog niet ontgonnen is (RTK-GPS). Interessant, ik duik er in!
Groeten, Willem
Kunt u iets aangeven over de kosten van robots t.o.v. menselijke arbeidskrachten?
Beste Josephine,
We staan nog maar aan het begin van de robotisering in de agrifood. Dat betekent dat het nu nog steeds lastig is om kostenneutraal robots in te zetten, maar we zitten er dichtbij. Zodra kosten efficiëntie bewezen is zullen robots wel worden toegepast mogen we verwachten. Dat dit nu nog niet lukt heeft met name te maken met de technologische complexiteit, de huidige prestaties van robots en de daarmee gepaard gaande hoge ontwikkel- en productiekosten.
Duur materiaal zit er niet in een robot, het is steeds meer een samenraapsel van standaardcomponenten. Maar het moet allemaal net in elkaar passen. Techniek, proces, plant of dier. Het is al knap wanneer we straks de eerste robots tegen kostprijs kunnen wegzetten. Een rekenvoorbeeld ter indicatie: In de tuinbouw wordt veelal gerekend met arbeidskosten tussen de € 15 en € 20 per uur. Een robot is mogelijk aanzienlijk langzamer. Dit zou zomaar kunnen oplopen tot een factor 2-6. Toch kan ook dan een robot rendabel zijn doordat deze 24 uur per dag, 7 dagen per week kan worden ingezet.
Wanneer een arbeider uit Oost Europa 2000 uur jaarrond in de glastuinbouw werkt kost hij al snel € 40k per jaar. Een robot gaat mogelijk 5 jaar mee, maar daarvan ben je misschien wel 1 jaar afschrijving nodig aan onderhoud en rente en arbeid in het secundaire proces. Dus een investeringsruimte voor een robot bij het vervangen van 1 medewerker zou voor het gemak kunnen liggen op € 160k (rekenvoorbeeld). Daar kun je al best een aantal robots voor bouwen denk ik. Zeker wanneer deze allemaal precies hetzelfde doen en dat is al snel zo. In een moderne kas van 10 hectare zijn al snel 30 mensen bezig met hetzelfde oogstwerk, iedere dag, jaarrond van bijvoorbeeld komkommers of tomaten. Dit is een investeringsruimte van ongeveer € 5 miljoen voor een bedrijf. Daar kunnen best veel robots voor gebouwd en doorontwikkeld worden.
Voor de Nederlandse tomatenteelt is de investeringsruimte bij 2000 ha dan al ongeveer € 1 miljard en dat is dan alleen nog maar tomaat. We hebben ook nog appels, peren, komkommers, paprika, aardbeien, bloemen, onkruid, snoeiwerk etc. die allemaal per stuk met de hand worden geoogst.
Toch zal ook deze investeringsruimte voor robots ook weer grotendeels ingezet worden op arbeid. Alleen is dit wel andere (nieuwe) arbeid. Het is geen arbeid meer in het primaire proces, maar in het secundaire proces (schoonhouden van de werkruimte en infrastructuur (belangrijk voor robots), assisteren, schoonmaken en onderhouden van de robots en het produceren/samenstellen van robots, dus ook nieuwe arbeid in het minder geschoolde segment, ver van de moeilijke klimatologische omstandigheden in de kas of verwerkingsruimte.
Een deel van de arbeid zal ook verschuiven naar de hoger opgeleide banen zoals het ontwikkelen en programmeren van robots, het opwaarderen van de vrijgekomen data, het verkopen en onderhouden van de robots vanuit de fabrikant. De huidige afhankelijkheid van buitenlandse arbeid zal meer verschuiven naar locale arbeid waarbij ervaring met de machine en zijn omgeving weer gaat tellen.
Als prestaties versus kosten opwegen t.o.v. menselijke arbeid kan het snel gaan. Mogelijk wordt voedsel goedkoper door kostenefficiëntie, maar mogelijk weten we ook meer waarde, smaak, hygiëne, beleving, energiebesparing en data toe te voegen zodat het een veel interessanter en beter gewaardeerd product wordt en kan de prijs met hetzelfde gemak stijgen en genereren we weer nieuwe typen banen om het concept aan de markt te brengen.
Tenslotte is het misschien goed te melden dat robots mijn inziens niet het speeltje zijn van de grote bedrijven. Het hierboven genoemde bedrijf had bij 30 oogst medewerkers misschien wel 60 robots of meer nodig. Een robot is een ding met een beperkte capaciteit. Je hebt er veel van nodig wanneer we het op de huidige wijze van de planten afhalen. Zo kan ook een uit de hand gelopen hobbykas met tomaten in de achtertuin, ook met 1 robot toe en dezelfde kostenefficiëntie realiseren.
wij gaan steeds minder bewegen daardoor zullen er steeds meer zwake mensen komen je ziet het nu al iedereen achter een beeldscherm waar moet dat heen.