Terwijl ik sta te wachten voor een toegangspas voor het VN gebouw, bijt ik in mijn appel. Honderdvijfentwintig liter water is nodig voor 1 appel. Daar denk je nooit veel over na. Maar ik ben hier bij de VN-Waterconferentie in New York en het gaat hier vooral over water.
Daarom becijfer ik snel dat 125 liter water meer is dan wat ik in een hele dag gebruik voor het drinken van water, douchen en het wassen van mijn kleren. Dus het water voor mijn voedsel is de grootste hoeveelheid water die ik nodig heb en 125 liter is dan alleen maar voor een appel. Voor mijn dagelijkse voedsel heb ik nog veel meer water nodig. Alles wat ik eet, bepaalt dus voor een groot deel mijn waterverbruik.
Te veel, te weinig, te vies
Hoewel het onderwerp water prominent hier bij de VN-Waterconferentie op de agenda staat, gaat het relatief weinig over water en voedsel. Is het dan niet belangrijk? Nou, het is zeker belangrijk! Maar het is ook ingewikkeld en soms een gevoelig onderwerp – vooral als het erover gaat dat het water dat in het ene land wordt gebruikt voor voedselproductie, niet meer beschikbaar is voor een ander land. En als het water op de ene plek vies wordt, kan dat op een andere plek voor allerlei problemen zorgen.
Bij water gaat het vaak om te veel, te weinig, of te vies. Alarmerend is het dus dat er wereldwijd watertekorten zijn, terwijl belangrijke doelen als ‘geen honger meer in de wereld’ (SDG2) – samen met nog 16 andere duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties, niet gehaald worden, en de landbouwsector tegelijkertijd ook met andere ingewikkelde problemen rondom stikstof, klimaat en biodiversiteit te kampen heeft. Ingewikkeld dus. En veel onzekerheden. Wat te doen?
De honger in de wereld moet niet groeien
Het werkt voor de meeste mensen verlammend als het niet helder is wat te doen, en de zaken complex en ingewikkeld worden. Dat is normaal. Maar even afwachten is niet echt een optie: de honger in de wereld moet niet groeien! Als we wachten met actie op water- en voedselgebied, zijn de problemen straks niet te overzien! Natuurlijk is het niet simpel om tegelijkertijd inkomens van boeren veilig te stellen, voldoende voedsel te produceren, de biodiversiteit te vergroten in plaats van te verkleinen, en de waterkwaliteit te verbeteren in plaats van het water te vervuilen. Allemaal onzekerheden, en allemaal complex. Maar geen actie ondernemen is geen optie.
Adaptief waterbeheer
We hebben van de COVID-pandemie wel iets geleerd. Die was ook ingewikkeld, onzeker en complex. Door toch actie te ondernemen, is geprobeerd om zo goed mogelijke oplossingen te realiseren. Dat heeft niet voorkomen dat het probleem er was, maar het heeft er wel voor gezorgd dat er in bijzonder korte tijd vaccins voorhanden waren. En ja, daar zijn ook fouten bij gemaakt. Dit alles is een voorbeeld van leren terwijl er gewerkt wordt aan wereldwijde uitdagingen met grote onzekerheden.
In waterbeheer heet dit adaptief waterbeheer, en in de landbouw- en voedselsector spreekt men van transformatie van het voedselsysteem. Er worden daarbij op basis van doelen, scenario’s ontwikkeld om mogelijkheden door te denken, en dan beslissingen te nemen, terwijl we gaande zijn. Dit inzicht kunnen we goed gebruiken bij de uitdagingen die de wereld heeft om alle monden te voeden en voldoende water beschikbaar te hebben voor al dat voedsel.
Veel werk voor de boeg in New York
Hiervoor is kennis en capaciteit belangrijk, maar bovenal het gevoel van urgentie: het is dringend dat we nieuwe oplossingen toepassen, dringend om met nog meer mensen samen te werken, en dringend om ervoor te zorgen dat bij deze oplossingen water en voedsel onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Veel werk voor de boeg hier, in New York.
Lees meer:
- WUR bij de VN Waterconferentie