Global One Health

Ecologie is essentieel voor het voorkomen van infectieziektes

damherten. Voorkomen van infectieziektes

 

Bij het woord infectieziekte wordt er al gauw gedacht aan een arts. Als een ziekte kan worden overgedragen van dieren naar mensen dan kun je er ook een dierenarts bij betrekken. Artsen en dierenartsen zijn immers opgeleid om een ziekte bij mens of dier op te merken en te genezen. Dit is een heel belangrijke functie, maar tegelijkertijd wordt er ook iets belangrijks vergeten bij het voorkomen van infectieziektes: Hoe leeft zo’n ziekte in het wild?

Wat is ecologie?

In de ecologie wordt de wisselwerking tussen bacteriën, dieren, schimmels, planten en hun leefomgeving bestudeerd. In het geval van een ziekte betekent dat de interactie tussen de ziekteverwekker en de gastheer. Maar ook de interactie tussen die gastheer en zijn leefomgeving — zoals zijn natuurlijke vijanden, voedselconcurrenten, temperatuur en neerslag. Als de ziekteverwekker wordt overgedragen door bijvoorbeeld een teek of een mug (een vector), dan gaan ook andere interacties een rol spelen. Denk aan de interactie tussen de gastheer en de vector, de vector en de ziekteverwekker, en de vector en de leefomgeving. Kortom, het wilde leven van een ziekteverwekker is heel complex.

Waarom is ecologie belangrijk voor ziekte onderzoek?

We willen voorspellen waar het risico op het oplopen van een bepaalde ziekte het hoogst is. Daarvoor zullen we die complexe ecologie van ziekteverwekkers beter moeten begrijpen. Dat is het doel van mijn vakgebied ziekte-ecologie. We proberen in kleine stapjes de complexe levenswijze van ziekteverwekkers beter te begrijpen, door te kijken naar de ecologie van hun gastheren of hun vectoren. Als we die complexe ecologie beter begrijpen kunnen we modellen maken om te voorspellen hoe we het risico op ziekte kunnen verlagen. Dit doen we door één van de schakels in het systeem uit te schakelen om zo te kijken of we de cyclus van de ziekteverwekker kunnen doorbreken. Ook kunnen we de nieuwe informatie gebruiken om betere risicokaarten te maken. Daarmee kunnen we bepalen waar het oplopen van een bepaalde ziekte het grootst is, en lokaal kunnen dan maatregelen worden genomen. Daarom is ziekte-ecologie een belangrijke pilaar in het ‘Global One Health’ concept.

Teken en de ziekte van Lyme

Schapenteek wacht op een gastheer

Mijn promotieonderzoek gaat over een heel complex systeem, namelijk de ecologie van ziekteverwekkers die worden overgedragen door teken. De meest bekende ziekte die door teken wordt overgedragen is de ziekte van Lyme. Daarnaast is begin dit jaar voor het eerst het teken-encefalitis virus in een Nederlandse teek gevonden. Naast deze twee bekende ziektes zijn er nog veel meer ziekteverwekkende bacteriën in Nederland die door teken worden overgedragen.

Studies in het verleden lieten zien dat de belangrijkste tekensoort in Nederland, de schapenteek (Ixodes ricinus), vooral voorkomt in een bosrijke omgeving. Er zijn alleen gigantische verschillen tussen bosgebieden. Denk aan de hoeveelheid teken die er voorkomen en het percentage teken dat besmet is met ziekteverwekkers. Zo zijn er gebieden waar maar 2% van de teken besmet is met de Borrelia bacterie die de ziekte van Lyme veroorzaakt, maar ook gebieden met meer dan 20% geïnfecteerde teken. Met behulp van geografie, klimaat en plantensamenstelling was het echter niet mogelijk om die grote variatie te verklaren. Daarom ben ik gaan kijken naar de aanwezige diersoorten en hun invloed op de variatie in teken en ziekteverwekkers.

Het effect van diersoorten op het risico op lyme

Het bleek dat er maar één groep dieren noodzakelijk is voor de schapenteek, namelijk herten (zoals ree en edelhert). Zonder herten zijn er bijna geen teken. Daarnaast zijn muizen (zoals bosmuis en rosse woelmuis) en lijsterachtigen (zoals merel en zanglijster) ook heel belangrijk voor de teek, maar niet essentieel. Muizen en lijsterachtigen zijn echter wel essentieel als gastheren voor de Borrelia bacterie. Dat betekent dus dat in gebieden met relatief meer muizen en lijsterachtigen, het risico op het oplopen van de ziekte van Lyme hoger is. Herten, echter, kunnen de Borrelia bacterie niet overdragen aan de schapenteek. Hierdoor is het percentage teken dat besmet is met de Borrelia bacterie lager in gebieden met veel herten dan in gebieden met weinig herten. Er is dus geen risico op Lyme in gebieden zonder herten. En in gebieden met heel veel herten en weinig muizen en lijsterachtigen is het risico relatief laag.

Ecologie is essentieel voor het voorkomen van infectieziektes

Dankzij deze nieuwe kennis weten we welke dieren essentieel zijn voor het voortbestaan van de Borrelia bacterie. Daarmee kunnen we beter voorspellen in welke bosgebieden het risico op de ziekte van Lyme hoger is. Hierdoor kunnen lokaal maatregelen genomen worden om het risico te verlagen. Bijvoorbeeld door een hek te plaatsen zodat er geen herten kunnen komen op plekken waar veel mensen komen. Als dit niet mogelijk is, zou er betere voorlichting gegeven kunnen worden op de juiste plaats. Ziekte na een tekenbeet kan namelijk relatief makkelijk worden voorkomen. Ten eerste door het risico op het oplopen van een tekenbeet te verlagen door het dragen van de juiste kleding. Ten tweede door jezelf goed te controleren zodat een teek die je heeft gebeten zo snel mogelijk wordt verwijderd. Natuurlijk kun je er ook voor kiezen om de stukken bos met het hoogste risico te vermijden.

Ook voor andere infectieziektes zoals de vogelgriep, of tuberculose hebben inzichten in de ecologie van de natuurlijke gastheren geleid tot het beter begrijpen van de ziekte. Het gevolg is betere voorlichting en betere strategieën om ziekte te verhelpen of voorkomen. Daarom is het bestuderen van de ecologie van ziektes essentieel.

Ik zal mijn proefschrift: “The Wild Life of Tick-borne Pathogens” verdedigen op maandag 5 december 2016 in de Aula van Wageningen University & Research.

 

Lees verder:

Mobiele versie afsluiten