Global One Health

Muggenonderzoek in Suriname: insecticide resistentie reden voor toekomstige epidemieën?

insecticide resistentie

Gedurende mijn blogs heb ik jullie meegenomen langs allerlei manieren waarop onderzoek wordt gedaan aan de mug in Suriname. Deze activiteiten hebben uiteindelijk het doel om de mug te bestrijden om ziekte te voorkomen. Helaas wordt de strijd tegen de mug bemoeilijkt door insecticide resistentie van de muggen. Ik kan daarom mijn blogreeks niet afsluiten zonder hier aandacht aan gegeven te hebben.

Tegen veel ziekten zoals het Zika-virus, maar ook dengue en chikungunya, zijn geen vaccinaties of medische behandelingen beschikbaar. Daarom richten preventiemaatregelen zich vooral op de controle van de overdrager van de ziekte: de mug Aedes aegypti. Volgens de World Health Organisation (WHO) is het bestrijden van de ziekteoverdrager de meest effectieve interventie om verspreiding van deze ziekten te verminderen. Het voorkomen van contact met de mug wordt onder andere bereikt door het beheer van (potentiële) broedplekken en het gebruik van muggenwerende middelen (zoals DEET). Ondanks dat Aedes aegypti een dag-actieve mug is, zijn klamboes een belangrijke barrière. Met name voor baby’s, bedlegerigen of mensen die een middagdutje doen, maar ook ’s avonds wordt een klamboe aangeraden. Daarnaast worden er insecticiden ingezet.

In Zuid-Amerika is Aedes aegypti resistent voor meerdere insecticiden. Suriname heeft een lange geschiedenis van insecticide gebruik. Het eerste chemische bestrijdingsprogramma was opgezet in 1949. Er werden jaarlijks huizen bespoten met DDT. Tegenwoordig wordt er alleen nog maar gespoten als infectie is bevestigd. Dit in combinatie met medische behandeling wanneer mogelijk. Alleen in epidemische situaties wordt er met regelmaat gespoten.

Regenwaterthee

De milieu-inspecteurs bij het Bureau voor Openbare Gezondheidzorg (BOG) zijn verantwoordelijk voor muggenbestrijding in Suriname. Vooral in de omgeving van ziekenhuizen, bejaardentehuizen en créches zoeken ze actief naar broedplekken. Als ze die vinden proberen ze de broedplek te verwijderen, of biologische/chemische bestrijdingsmiddelen te gebruiken. Daarnaast geven ze verschillende groepen mensen advies over hoe je jezelf kunt beschermen tegen muggen. Ze zijn ook verantwoordelijk voor bestrijdingsactiviteiten met insecticiden wanneer deze nodig zijn.

Deze taak van de milieu-inspectie is niet gemakkelijk. Dit komt mede door het regenachtige klimaat die vele broedplekken creeërt zoals in boomholten, bladoksels van planten, schaaltjes voor potplanten, etc. Soms doet de inspectie een broedplekinspectie bij mensen thuis en vindt dan een open regenwaterton. Een van de redenen van bewoners is dat regenwater natuurlijk veel lekkerder is dan leidingwater om thee van te zetten! En het is handig om de plantjes er mee te bewateren. Helaas is er in veel gebieden überhaupt nog geen leidingwater aanwezig. Of is er onvoldoende druk in de leidingen om huishoudens van water te voorzien. Wateropslag is vaker een noodzaak dan een luxe. Desondanks ligt de verantwoordelijkheid ligt niet alleen bij de overheid. Mensen moeten ook eigen verantwoordelijkheid nemen voor het voorkomen of verwijderen van broedplekken op het eigen terrein.

Muggen probleemwijk

Om insecticide resistentie vast te stellen moeten larven en poppen worden verzameld uit het veld. Dit werk is perfect te combineren met het plaatsen van muggenvallen voor mijn andere stageonderzoek. Ik werd geholpen door milieu-inspecteurs van het BOG. De inspecteurs zijn getraind in het vinden van broedplekken en het herkennen van Aedes aegypti larven en poppen.

De locatie die we uitzochten voor het verzamelen van de poppen en larven is de wijk Blauwgrond. Deze wijk staat bij de afdeling epidemiologie van het BOG en bij de milieu-inspectie bekend als een ‘muggen probleemwijk’. De wijk was belangrijk bij eerdere epidemieën van chikungunya, dengue en Zika. Dit komt waarschijnlijk omdat de wijk lager gelegen is dan de rest van de stad. Daardoor kan regenwater slecht aflopen en blijft het water langer liggen: de perfecte broedplekken voor de mug. Daarnaast staat de wijk bekend om het gebruik van regenwatertanks die niet altijd goed afgesloten worden. Door al deze omstandigheden wordt er veel insecticide gebruikt in de wijk.

Milieu-inspecteur Mr. Sewdas checkt de autobanden op de aanwezigheid van Aedes aegypti larven en poppen. © Tessa Visser

Autobanden in de tuin

We rijden de wijk in en stoppen bij tuinen die er voor de inspectie veel belovend uit zien. Veel huizen in deze wijk hebben grofvuil in de achtertuin liggen zoals holle bouwstenen, golfdak beplating, autowrakken, oude vriezers, autobanden en verfemmertjes. Daarnaast hebben veel mensen planten in potten met schaaltjes eronder: ook perfecte broedplekken. We proberen zoveel mogelijk larven te verzamelen. Om een muggenkolonie in het lab te starten heb je minstens 300 larven nodig. Op de bovenstaande foto hebben we larven en poppen gevonden in de autobanden, in de grote zwarte emmer, en in de plas water naast de emmer. De gevangen larven en poppen nemen we mee naar het laboratorium.

Insecticide resistentie tests

Op het terrein van het BOG staat een speciaal ingericht laboratorium waarin muggen gekweekt kunnen worden. De poppen en larven worden overgezet in schone bakken en groot gebracht. De resistentie tests worden uitgevoerd op de eerste generatie nieuwe muggen die daar uitkomen. De test zelf wordt gedaan met een test set van de WHO. De WHO heeft buizen ontwikkeld waarin je muggen kunt blootstellen aan met insecticide behandeld papier. Na de muggen een uur blootgesteld te hebben kijk je of ze ‘knock-down’ zijn, ofwel, of ze bewusteloos zijn en niet meer kunnen bewegen. Na 24 uur tel je de hoeveelheid dode muggen. Dit zegt iets over de mate van resistentie. Wij zijn vooral geïntereseerd in malathion en deltamethrine omdat dit de meest gebruikte insecticiden zijn in de muggenbestrijding in Suriname.

Insecticide resistentie test set van de WHO. Test uitgevoerd door mevr. Soekhoe en ikzelf © Tessa Visser

In de studie hebben we gevonden dat de muggen uit de Blauwgrond wijk resistent zijn voor deltamethine, en mogelijk resistent tegen malathion. De resultaten van malathion zijn een grensgevalletje. Malathion experimenten moeten nu herhaald worden met andere concentraties van het insecticide om meer duidelijkheid te geven. De resultaten houden voor het BOG in dat deltamethine niet meer opzichzelfstaand kan worden toegepast. Het kan eventueel wel in combinatie met andere middelen, met evaluatie van de effectiviteit. Dit is lastig, omdat veel insecticide behandelde klamboes geïmpregneerd zijn met deltamethrine. Gelukkig vormen klamboes alsnog een fysieke barrière tegen de mug.

Precaire situatie

Zoals de Surinamers zouden zeggen: de situatie in het land is precair. Er is weining geld beschikbaar voor instellingen zoals het BOG. Hierdoor ontbreken er veel middelen en materialen. Hierdoor kunnen veel belangrijke testen zoals die voor insecticide resistentie niet vaak uitgevoerd worden. Dit gebrek aan onderzoek heeft een directe impact op de weerbaarheid van het land tegen bijvoorbeeld een Zika epidemie. Het is dus niet alleen insecticide resistentie van de muggen, maar ook de financiële situatie die impact kunnen hebben op een toekomstige epidemie.

Ondanks de financiële problemen is het BOG wel met de toekomst bezig. Ze voeren een ‘Integrated Vector Magagement’ plan in. Hiermee kunnen ze door een specifiek gekozen set van maatregelen meerdere infectieziekten tegelijk aanpakken. En dit zonder middelen en geld te verspillen. Zo kan een breder getrainde milieu-inspectie afdeling zich bezighouden met preventie en bestrijding van meerdere ziekteoverdragers. Daarnaast kunnen insecticiden handiger ingezet worden en is er meer ruimte voor communicatie tussen afdelingen van het BOG.

De recente uitbraak van Zika en andere opkomende ziekten zoals chikungunya en dengue benadrukken dat het van groot belang is om te blijven investeren. Onderzoek naar infectieziekten overgedragen door muggen, en naar muggenbestrijdingsmethoden blijft belangrijk. Zeker in de landen waar deze ziekten op dagelijkse basis worden vastgesteld, zoals in Suriname.

Ik heb heel veel geleerd van mijn stage in het tropsiche Suriname. Nu ben ik nog vastberadener geworden om het muggen moeilijk te maken. Ondertussen ben ik afgestudeerd en ga ik als PhD’er meer onderzoek doen naar de interactie tussen mug en virus. Misschien tot een volgende blog met meer muggennieuws!

 


Voor meer informatie over zikaonderzoek van Wageningen University & Research verwijs ik u door naar het muggendossier of het zikadossier.

Mobiele versie afsluiten