Wat vinden scholieren van hun eigen studiekeuze en hun studiekeuzeproces? Wie of wat heeft écht geholpen? Lees hoe studenten terugkijken op hun eigen studiekeuze.
De studiekeuze van Iris: “Over de meeloopdag moest ik een verslagje schrijven”
“Op mijn middelbare school hadden we een decaan. In de vierde klas had iedereen een gesprek met haar, dat was de eerste stap richting studiekeuze. Daarna waren er Open dagen/Meeloopdagen. Bij ons op school moest je die volgen. Over zo’n meeloopdag moest je dan een verslagje schrijven en inleveren. Je kon ook, als je wilde, een afspraak met je decaan maken om te overleggen of om advies te vragen. Dat heb ik zelf één keer gedaan. Uiteindelijk denk ik dat de ‘druk’ vanuit haar wel heeft gezorgd dat ik al vroeg met mijn studiekeuze ben begonnen, en dat ik daardoor de tijd heb gehad om veel verschillende studies te bekijken”.
De studiekeuze van Jean-Paul: “Ik maak mijn eigen keuze wel”
“De decaan op mijn school was er eigenlijk alleen als je er zelf heen ging voor advies, dus daar heb ik zelf niet veel aan gehad. Wel moesten wij verplicht drie Open Dagen bezoeken en die bespreken met onze mentor. Hier heb ik niet veel aan gehad omdat mijn mentor een heel ander beeld voor me had ( een alpha studie aan de andere kant van het land, en ik ben food technology gaan doen in dezelfde stad als mijn middelbare school). Bij mij op de middelbare school pushten ze je dus wel om een gegronde keuze te maken. Maar het advies van mijn mentor hierbij was vooral zijn persoonlijke beeld van mij. Hij heeft niet veel naar mijn persoon gekeken. Liever had ik echt een persoonlijk gesprek gehad over wat ik wel en niet goed kan, de concrete keuze voor een opleiding kan ik zelf wel maken”.
De studiekeuze van Maaike: “Mijn decaan wist niet veel van de sector van mijn keuze”
“Mijn decaan op mijn middelbare school deed weinig aan voorlichting. We moesten een keer een test invullen en bij hem op gesprek, maar meer werd er niet echt gedaan. Daarnaast werd de sector van mijn keuze niet veel belicht op school. Daarom was de zoektocht naar een opleiding echt iets dat ik zelfstandig moest doen. Gelukkig kreeg ik makkelijk vrij van de adjunct-directeur van het vwo dus ik kon goed verschillende meeloopdagen volgen. Voor mij waren mijn ouders vele malen belangrijker bij mijn keuze”.
Decaan, mentor of ouders? Wie is het belangrijkst bij studiekeuze?
De studenten geven in de bovenstaande interviews allemaal aan dat ze het contact met volwassenen heel belangrijk vinden. Dat blijkt ook uit het rapport van het Laks, de landelijke scholierenvereniging. Zij hebben onderzocht welke personen de meeste invloed hebben bij studiekeuze. Het invloedrijkst zijn:
- familie (volgens 43% van de ondervraagde scholieren)
- decaan (22%)
- de mentor (8-9%)
- een student die de opleiding al volgt (8-9%)
- vrienden (8-9%)
Ook uit ander onderzoek blijkt dat u veel kunt betekenen voor de (aanstaande) student bij studiekeuze. Een ideale combinatie is goede begeleiding door decaan, mentor en ouders. Natuurlijk blijft de verantwoordelijkheid voor een goede studiekeuze wel bij de scholier.