Het beginnen al bijna bekende taferelen te worden in Nederland: auto’s die stranden in een ondergelopen tunneltje en de brandweer die kelders leegpompt. Het regent soms zo hard dat het water geen kant meer op kan en de laagst gelegen delen in straten en wijken het voor hun kiezen krijgen.
Natuurlijk, het is peanuts vergeleken met de schade die een orkaan als Irma aanricht, de grootste orkaan ooit in het Caraïbisch gebied. Maar door klimaatverandering kunnen we ook op het Europese vasteland meer weersextremen verwachten: zware buien of langdurig warme of droge periodes. “Steden gaan daardoor meer last krijgen van wateroverlast en hittestress”, zegt Tim van Hattum, programmaleider Klimaat bij Wageningen University & Research.
Hoe gaan we voorkomen dat bij iedere hoosbui straten en kelders onderlopen en schade ontstaat? Hoe zorgen we dat het in warme periodes nog aangenaam blijft in de stad en mensen gezond blijven? Hoe houd je de stad leefbaar bij klimaatverandering? WUR ontwikkelt kennis voor klimaatslimme, leefbare steden.
Een belangrijk deel van de oplossing zit in het vergroenen van de stad. Kortgezegd: stenen eruit, groen erin. Maar waarom werkt groen?
Riool
In steden is soms tot wel 70 procent van het oppervlak bebouwd en bestraat, en dit kan in sommige delen oplopen tot wel 90 procent. De bodem werkt in principe als een spons. Maar door alle verharding krijgt het water nauwelijks meer de kans om de bodem in te zakken. “Steden zijn nu ingericht op het afvoeren van water”, licht Van Hattum toe. “De waterpieken worden echter steeds hoger, en daar is de afvoer veelal niet meer op berekend. Met wateroverlast tot gevolg.” Als het technisch al kan om het riool op de hogere pieken aan te passen, dan is het nog maar de vraag of het kosteneffectief is.
Vasthouden, bergen, afvoeren
De aanpak om wateroverlast te voorkomen bestaat daarom uit drie stappen: vasthouden, bergen en afvoeren. Meer groen in tuin, op bedrijfsterreinen en openbare ruimte zorgt dat er meer regendruppels kunnen infiltreren daar waar ze vallen. Ook groene daken en wadi’s – een lager gelegen stuk grond zoals een greppel of glooiende kuil waar regenwater naartoe wordt geleid en het rustig in kan wegzakken – kunnen water helpen opnemen. Stap twee, bergen, is nodig als vasthouden onvoldoende kan. Bergen kan in open water: sloten, grachten en vijvers.
Afvoeren geldt als laatste optie, aldus Van Hattum. Maar in plaats van dit regenwater verder het riool door te leiden, kan het ook naar groene zones rondom de stad worden gebracht. Een voorbeeld daarvan is Het Waterrijk in park Lingezegen, een landschapspark tussen Arnhem en Nijmegen. Zoals een nevengeul de rivier ontlast bij hoog water en ruimte biedt voor recreatie en nieuwe natuur, biedt herinrichting van stadsranden ruimte voor een combinatie van natuur, recreatie, waterzuivering en waterberging.
Lees verder onder de video
Hitte
Het probleem met hitte is dat de stad door alle bebouwing en bestrating een hitte-eiland is. Alle beton en asfalt houden de warmte vast. In de winter misschien wel lekker, maar in de zomer koelt de stad daardoor nauwelijks af. Met iedere warme dag warmt de stad bovendien verder op. Aanhoudend warm weer vormt vooral een gezondheidsrisico voor ouderen, chronisch zieken en mensen met overgewicht. Ook kinderen en anderen die niet goed voor zichzelf kunnen zorgen zijn kwetsbaar.
Groen biedt verkoeling. Bomen zorgen voor schaduw en groen zorgt voor verdamping waardoor de temperatuur ter plaatse iets daalt. Niet voor niets trekken mensen in een warme zomer graag naar het park.
Meer voordelen
Naast minder water- en hitteproblemen heeft het groen nog andere voordelen. Groen kan fijnstof vasthouden, waardoor de luchtkwaliteit kan verbeteren. Het kan CO2 opnemen, wat nodig is om de klimaatverandering binnen de perken te houden. Groen draagt ook bij aan beleving en welzijn, en het nodigt uit om te bewegen, spelen of sporten. Daarnaast laat onderzoek bijvoorbeeld zien dat huizen met uitzicht op groen economisch meer waard zijn. Tot slot biedt meer groen natuurlijk kansen voor bijvoorbeeld bijen, vogels en andere stadsnatuur.
“Het vergroenen van steden verbetert hun klimaatbestendigheid en leefbaarheid”
Kleinschalige oplossingen voor een klimaatslimme stad
Om de stad klimaatslimmer te maken hoeft deze echt niet volledig op de schop. Van Hattum: “Juist op kleine schaal zijn nog veel verbeteringen mogelijk en alle beetjes helpen. Iedereen kan bijdragen.” Heb je een tuin of een bedrijfsgebouw, vervang dan waar mogelijk bestrating door beplanting, laat je regenpijp uitkomen op een kuil met planten die niet schrikt van natte voeten, en overweeg bij vernieuwing van een plat dak een groen dak dat regenwater kan vasthouden. Ook bestaan er diverse typen waterdoorlatende verharding voor bijvoorbeeld parkeerplaatsen. Als buurt kun je misschien ook de gemeente overhalen om samen een pleintje in te richten als buurttuin of de speeltuin groener en natuurlijker te maken. Dat is ook goed voor de onderlinge contacten en sfeer.
Bij nieuwe wijken en bedrijfsterreinen of renovatie is het slim om een groene inrichting vanaf het begin in te passen in het ontwerp. Het zou goed zijn als ook overheden, bedrijven en organisaties klimaatbestendig en circulair inrichten standaard meenamen in aanbestedingen.
Elke bijdrage telt
Natuurlijk zijn er ook stimuleringsprogramma’s en subsidies voor klimaatslimme aanpassingen, zoals afkoppeling van de regenpijp van het riool, zegt Van Hattum. “Maar het belangrijkste is om je te realiseren dat elke kleine bijdrage optelt. Alle inspanningen kunnen samen een groot effect hebben.”