Leven met wilde natuur
Wereldwijd komen wilde dieren op veel plekken in het nauw. Hun leefgebied slinkt door oprukkende menselijke bewoning, land- en mijnbouw en industrialisatie. Wageningse wetenschappers doen veldonderzoek naar oplossingen om mens en dier beter samen te leren leven. Ze stellen vast dat we meer natuur kunnen behouden wanneer we afscheid nemen van ongelimiteerde economische groei. Hoe denk jij dat we de natuur het beste kunnen beschermen?
“Binnen de internationale natuurbescherming zie je de laatste jaren een enorme golf aan stroperij, geweld en militarisering. Bijvoorbeeld in Afrikaanse natuurgebieden, maar ook in Brazilië worden mensen vermoord die de Amazone willen beschermen. Die ontwikkeling is heel deprimerend”, zegt Bram Büscher, hoogleraar Ontwikkelingssociologie. Momenteel is 17 procent van de aarde beschermd natuurgebied. Veel van deze parken én andere natuur staan echter onder druk door menselijke activiteiten en de gevolgen van klimaatverandering. Tegen de stroom van het slechte nieuws in, kreeg Bram Büscher in 2016 het idee om het thema natuurbehoud positief te benaderen. Samen met zijn collega Robert Fletcher ontwikkelde hij een bredere visie op natuurbehoud. Hun boek The Conservation Revolution verschijnt in februari.
Bescherming en verlies
Er zijn grote debatten gaande over de koers van natuurbehoud. Bioloog E.O. Wilson meent bijvoorbeeld dat de helft van de aarde uit ongerepte natuur moet bestaan om de basis van het leven te beschermen. Maar Büscher vindt dat we beschermde natuurgebieden uiteindelijk juist af moeten schaffen. “Natuurbehoud is ontstaan als een reactie op de vernietiging van de natuurlijke omgeving en het milieu. Vooral de laatste dertig jaar zijn er veel beschermde natuurgebieden bijgekomen. Hoe meer natuur we verliezen, hoe meer natuur we proberen te beschermen”, aldus Büscher.
“Het is voor het eerst dat we zo breed naar natuurbehoud kijken, in samenhang met de rol van natuur binnen economische ontwikkeling. We brengen veel dimensies bij elkaar.”
Helaas zorgt dat er niet voor dat het verlies aan biodiversiteit stopt. De hoogleraar bepleit daarom een andere aanpak. “We moeten toe naar gepromote in plaats van beschermde natuur, waarbinnen mensen op een betere manier samenleven met natuur. In het Engels noemen we dat convivial conservation.” Convivial komt van het Latijnse ‘con vivire’ en daarmee doelt Büscher op samenleven met al het leven.
Jaguars en beren
Om te kijken hoe dat samenleven in de praktijk vorm kan krijgen, is er het afgelopen jaar veldonderzoek gestart naar de relaties tussen mensen en roofdieren in zowel ontwikkelde als ontwikkelingslanden. In het Atlantische woud in Brazilië, waar steeds meer landbouw en bebouwing komen, bekijkt een onderzoeker hoe de migratieroutes voor jaguars kunnen worden hersteld. “Het gaat om sociaalwetenschappelijk onderzoek naar de vraag wat mensen nodig hebben om te willen en te durven leven met de jaguar”, licht Büscher toe.
Soortgelijk onderzoek vindt plaats in Finland, waar jagers en veehouders die zich in en om de bossen vestigen, moeite hebben met de wolven die daar leven. Andere onderzoekers bestuderen de relatie tussen mensen en grizzlyberen bij de herintroductie van deze beren in de Amerikaanse staat Californië, en de relatie tussen leeuwen en mensen in Tanzania.
Impact van consumptiepatronen
Wereldwijd is er een beter verbond tussen de mens en de wilde natuur nodig, willen we een duurzame balans van het leven behouden. “Denk aan een fundamenteel andere infrastructuur voor stedelijke gebieden, zodat wilde dieren er ook kunnen leven en rondtrekken. De natuur kan worden ingebed in onze leefomgeving”, aldus Büscher. Toerisme naar meer ongerepte natuur zou in de toekomst veel kleinschaliger moeten worden. Daarnaast stelt de hoogleraar voor om een basisinkomen in te voeren voor mensen die samenleven met de natuur en deze helpen behouden.
Verder pleiten Büscher en zijn collega’s voor het bestuderen van ‘conservation impact chains’ waarmee de impact van consumptie en levensstijl op ecosystemen en biodiversiteit in kaart kan worden gebracht. “Dat kan de invloed laten zien van consumptiepatronen op bijvoorbeeld bijen in Europa of leeuwen in Afrika, het milieu en de rijkere en arme mensen in de betreffende gebieden”, legt Büscher uit. Dit idee wordt al verkend binnen en buiten Wageningen, samen met internationale natuurorganisaties en kennisinstituten.
Onhoudbaar
Intensieve landbouw, mijnbouw en verstedelijking hebben een te grote negatieve impact op de natuur. Daardoor gaan ecosystemen en de biodiversiteit hard achteruit. “De natuur kan zich niet snel genoeg ontwikkelen om zich aan te passen. Ons economische systeem, gebaseerd op ongelimiteerde groei, is niet houdbaar”, zegt Büscher.
Het eerder dit jaar verschenen IPBES-rapport, van het VN-panel voor biodiversiteit, trekt dezelfde conclusie. Het rapport is door bijna alle VN-landen ondertekend. Büscher: “Technologische oplossingen en efficiëntie geven soms wat respijt, maar de ruimte die daardoor ontstaat wordt meteen weer ingevuld door groei. Neem de elektrische auto. Als we allemaal overschakelen van rijden op fossiele brandstoffen naar elektrisch rijden maar er vervolgens 25 procent meer auto’s op de weg komen, schieten we er niets mee op.”
Doorbraak
De mens kan de consequenties van zijn handelen niet overzien, benadrukt de hoogleraar. “We spelen met de balans van het leven. Het is tijd voor een diepe reflectie op natuurbehoud en op de wijze waarop politieke en economische systemen daaraan kunnen bijdragen.” Büscher en zijn collega’s werken met het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) aan toekomstscenario’s voor natuurbeheer in Nederland, waarin economische groei geen bepalende factor is.
Zijn visie op natuurbehoud kan zowel nationaal als internationaal op veel belangstelling rekenen bij natuurorganisaties, wetenschappers en overheden, merkt Büscher. “Mensen staan open voor een positief verhaal met ideeën hoe het wel kan. Bovendien is het een wetenschappelijke doorbraak. Het is voor het eerst dat we zo breed naar natuurbehoud kijken, in samenhang met de rol van natuur binnen economische ontwikkeling. We brengen veel dimensies bij elkaar.”
Meer lezen:
- Platform voor Convivial Conservation en de projectwebsite over het veldonderzoek naar de relaties tussen roofdieren en mensen
- Kort filmpje over convivial conservation in het Engels en in het Spaans
- Bram Büscher over het tegengaan van stroperij van neushoorns op Radio 1 en stroperij van olifanten in de Volkskrant, en op tv over bewoners bij natuurgebieden
- Over biodiversiteitsverlies en de benodigde veranderingen volgens het VN-panel IPBES
- De Natuurverkenning 2020 van Wageningen University & Research (WUR) en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)
- Lees dit artikel in het Engels
Leven met de wilde natuur
“We spelen met de balans van het leven. Het is tijd voor een diepe reflectie op natuurbehoud en op de wijze waarop politieke en economische systemen daaraan kunnen bijdragen.” (leven met de wilde natuur, WUR, 3 januari 2020)
Een startpunt voor zo’n ‘diepe reflectie’ zou voor mij ‘Walden, or Life in the Woods’ (1859) van Henry David Thoreau zijn. Een boek dat mij persoonlijk sterk heeft beïnvloed als vroege kritiek op het industrieel-kapitalisme, doordat Thoreau er op wijst hoe letterlijk wezenlijk de wilde natuur, de wildernis, voor de mens is. Thoreau behoort tot de stroming van het filosofisch-literaire ‘transcendentalisme’, en de nog ongerepte wildernis is voor hem ‘levende poëzie’ die een bron van verfrissing biedt voor de menselijke geest. En in zijn latere essay ‘Walking’ (1862) stelt hij dat ‘in wildheid het behoud van de wereld ligt’.
Klinkt wat zweverig? Voor mij belichaamt het een fundamentele waarheid. Maar het is een ‘ongemakkelijke waarheid’. Zo wordt bij ecosysteemdiensten een onderscheid gemaakt tussen productieve, regulerende en culturele diensten. Maar ligt de focus op productieve en regulerende diensten, omdat deze materiele waarden zich lenen voor kwantificering en monetarisering (WUR 2011). Culturele diensten richten zich op de immateriële waarden van ecosysteemdiensten voor de mens, op inspiratie en spiritualiteit.
En daar kunnen we in ons Westerse denken maar moeilijk mee omgaan. Zo blijkt ook uit de ontwikkeling van het internationale denken over ‘duurzame ontwikkeling’. En met name de VN conferentie The Future We Want (2012, en het daaraan ten grondslag liggende Green Economy Report (2011), die uitloopt op een confrontatie tussen Noord en Zuid. Het Zuiden verwijt dit rapport dat het ‘niet in staat is buiten het neoliberale fundamentalisme van economische groei te kijken’. Zich in haar ‘economische berekening’ zelfs niet maar kan voorstellen dat de mens zich op een andere wijze zou kunnen verhouden tot de natuur, met ‘andere cosmovisies en culturele patronen gebaseerd op erkenning van de rechten van de natuur en onze Moeder Aarde’. (Lander, 2011)
Sinds 2015 kennen we de Sustainable Development Goals. Om de samenhang hiertussen te laten zien worden deze gepresenteerd in cirkels (PBL, 2016). Of zelfs in een donut (Raworth, 2017). Maar eigen aan deze benadering is dat de natuur als een ‘milieuplafond’ of ‘uiterste begrenzing’ gezien wordt. En de wilde natuur nergens gezien wordt als fundamenteel voor het wezen van de mens, wat in feite de binnenste cirkel zou moeten zijn.
Een aanzet daartoe vinden we in het Global Assesment Report (IPBES, 2019) van het biodiversiteitspanel van de VN, dat oproept tot systeembrede ‘transformatieve verandering’. Het enige VN document dat ik ken dat stelt dat om een duurzame ontwikkeling te bereiken we ‘weg moeten sturen van het hedendaagse beperkte paradigma van economische groei’. En pleit voor een leven ‘in balans en harmonie met Moeder Aarde’. Maar is het een voldoende aanzet? Of is het ‘neoliberale fundamentalisme’ inderdaad ‘het einde van de (ideologische) geschiedenis’ (Fukuyama, 1992)?
Ja, we spelen met de balans van het leven. En die is doorgeslagen. Onomkeerbaar? Met de huidige politieke en economische systemen, en onderliggende neoliberale ideologie, mijns inziens inderdaad onomkeerbaar. En die – doordat we ‘Thoreau niet langer begrijpen ‘ – definitief zal leiden tot ‘het einde van de natuur’ (McKibben, 1992). Niet in de zin van het ophouden van de natuurlijke processen, maar wel als ‘het einde van de idee van de natuur, de afzonderlijke wildernis’. Wat rest is – in de woorden van McKibben – ‘een dode wereld, zonder morele kern’.
Een diepe reflectie over ‘leven met de wilde natuur’ moet mijns inziens dan ook beginnen met het ontwikkelen van een tegenideologie, die haaks staat op de neoliberale ideologie, gebaseerd op het opnieuw begrijpen van Thoreau.
Joop van Hezik (vanhezik@xs4all.nl)
Dank voor de uitgebreide en interessante reactie. Ik ken Thoreau en ben het eens dat zijn werk een belangrijke bijdrage levert aan de nodige reflectie. En het doel is inderdaad om een tegenideologie/stroming te ontwikkelingen: dat is precies waar ‘convivial conservation’ over gaat. Ik ben benieuwd naar wat u van het boek zult vinden. Vriendelijke groet,
Bram Büscher
Hallo Bram,
Als je naar https://joopvanhezik.jouwweb.nl/ gaat kun je een essay ‘Het ritme en harmonie van de natuur’ van mij downloaden. Zul je denk ik wel interessant vinden.
Met vriendelijke groet,
Joop van Hezik
Voor een langdurige oplossing zou het goed zijn om eens over geboortebeperking te gaan praten, cq kinderbelasting.
Dat laagopgeleiden meer kinderen krijgen dan hoogopgeleiden zou ook genivelleerd moeten worden om evidente redenen
Hallo Bram,
Dank.
Het helpt om over oplossingen te praten.
Zullen we zelf ook daadwerkelijk voorbeeldig kunnen zijn zonder al te veel het gevoel van martelaarschap aan te hangen.
Mij valt het zwaar.
Groet,
Roel
Dank Roel, ik kan me dat heel goed voorstellen. De huidige situatie levert veel mensen ontzettend veel ‘anxiety’ op (in goed engels), en terecht. Ik geloof heel erg dat de situatie bestuderen en daar proberen scherpe oplossingsrichtingen op te ontwikkelen helpt om daar mee om te gaan. Maar makkelijk is het zeker niet. Sterkte!
Voor mij is het al jaren overduidelijk. Zeker vanaf dat men is gaan berekenen hoe groot ieders ecologische voetafdruk is.
We moeten over naar het reguleren van bevolking in de hele wereld en naar het terugbrengen van de Nederlandse bevolking.
We moeten niet gaan wijzen naar bevolkingsgroepen, maar samen deze taak oppakken.
Alles vraagt ruimte en zeker de mens!!
Loslaten van klassieke natuurbescherming kan pas wanneer aan de voorwaarden voor harmonieus samenleven is voldaan. Daar is een andere inrichting van politiek en economie voor nodig. Waarin bedrijfs- en partijbelangen niet meer voorop staan, maar waarin de belangen van al het leven centraal staan. Dat vraagt een enorme shift in bewustzijn. Een mooi perspectief – helaas niet van de ene op de andere dag te realiseren en misschien überhaupt niet. Toch put ik er hoop uit dat mensen naar alternatieven zoeken voor onze huidige onhoudbare omgang met de aarde.
Dank voor je reactie, Natasha. En je hebt gelijk dat loslaten van oude vormen tred moet houden met het opkomen van nieuwe vormen (hier van natuurbehoud) – het kan niet in 1 keer allemaal tegelijk, zeker niet met zo’n complex vraagstuk als natuurbescherming. Vaak gaat het ook schoksgewijs, en leveren grote schokken de aanleidingen voor snellere veranderingen. Maar die krijgen alleen richting als inderdaad die alternatieven worden bediscussieerd, bestudeerd, uitgeprobeerd, gedeeld, etc. Daar put ik ook hoop uit, en dat was de aanleiding voor het schrijven van het boek!
Om echt wilde natuur van tenminste de huidige omvang te behouden dienen er 3 dingen te gebeuren:
1. Stop op de groei van de wereldbevolking en vervolgens een afname;
2. Herverdeling van de rijkdom met een gelijke verdeling over de wereld;
3. Fundamenteel respect voor alle leven op aarde en het recht op een leefbaar bestaan: planten en dieren (inclusief de mens) in hun omgeving.
Het is goed dat de WUR ons perspectieven schetst waar we naar toe kunnen werken. Vooralsnog denk ik dat de wal het schip gaat keren. Het bijbelse verhaal van de zondvloed zal bewaarheid worden. Misschien daarna nieuwe kansen voor echte wilde natuur…
Dank voor je reactie, Hans. Deze drie punten zijn belangrijk, al leggen wij echt de nadruk op 2 en 3, tesamen met kritiek op politieke economie en bijbehorende macht. 1 is er absoluut mee verwoven, maar je politiek daarop baseren is zeer problematisch. En ja: het kan zeker zo zijn dat uiteindelijk de wal het schip gaat keren, maar op deze wereld zijn zowel de wal als het schip heel onevenredig verdeeld, en ook dat zijn we nu aan het bestuderen. Maw: ik denk niet dat er 1 groot ‘evement’ gaat komen waardoor alles anders wordt. Er zullen zeker nog veel grotere schokken komen (groter dan de Australische bosbranden, bijv), daar ben ik wel van overtuigd. Maar echte verandering komt ook van massale politieke actie in een tegenstrijdige context.
De echte vraag die beantwoord moet worden is: Hoeveel mensen kunnen er maximaal duurzaam op onze planeet leven?
Ons economische systeem, gebaseerd op ongelimiteerde groei, is niet houdbaar. –> Ook ongelimiteerde groei van de menselijke populatie is niet houdbaar. Er zijn nu 7,7 miljard mensen, en daar komen er elke dag NETTO 200.000 bij.
https://www.worldometers.info/world-population
Als we allemaal overschakelen van rijden op fossiele brandstoffen naar elektrisch rijden maar er vervolgens 25 procent meer auto’s op de weg komen, schieten we er niets mee op. —> Als de populatie mensen blijft groeien zullen er meer auto’s komen, zal er meer ruimte nodig zijn voor landbouw, en dus minder voor natuur.
96% van de zoogdieren op aarde bestaat uit de mens en zijn landbouwhuisdieren, 4% uit wilde zoogdieren. 70% van de vogels op aarde bestaat uit kippen en ander pluimvee, 30 % van de vogels is wild.
Hoe meer mensen –> Hoe minder natuur en biodiversiteit.
Hoe minder mensen –> Hoe meer natuur en biodiversiteit
Beste Bram,
Graag vestig ik de aandacht op een website
http://www.elektrisch-ecosysteem.nl
waar ik recent op attent werd gemaakt. Ik bestelde daar het gelijknamige boek en kreeg daardoor een perspectief op de biodiversiteit die ik eerder absoluut niet had.
Mijn conclusie uit dit boek waar het natuurbescherming betreft is: De natuur gaat ontzettend veel meer problemen krijgen als het 5G netwerk uitgerold gaat worden.
Behalve de bomenkap, benodigd voor een dekkend netwerk, en de enorme stijging van energiegebruik is er de gevaarlijke toename van stralingsbelasting, waar niet aan te ontsnappen is. Eén van de vele voorbeelden:Bepaalde frequenties van 5G zijn funest voor de oriëntatie van bijen.
Ik hoop zeer dat de regering alsnog besluit dat 5G hier niet doorgaat.
Met waardering voor uw werk en de mogelijkheid om een reaktie te plaatsen.
met vriendelijke groet,
Odette de Neeling
Elk mens is een deel van de natuur en leeft van en door de natuur. Elk mens kan de natuur niet missen. De natuur is heel groot en bestaat uit een dode natuur van dingen en materialen naast een levende biologische natuur. De levende natuur leeft op zijn manier gebonden aan de natuur der stoffen en zich continue aanpassend aan optredende veranderingen in leefklimaat.
De dode natuur is uitgebreid onderzocht. Hierbij zijn soms Natuurwetten gevonden en bewezen met experimenteel onderzoek en analyses. De beschrijving van toevallige processen als turbulentie, clustervorming, multivariabele interacties is nog onbekend en onvolledig. De levende natuur is onderworpen aan de natuurwetten van de dode natuur en haar eigen wetten met spontane verandering van DNA samenstelling, natuurlijke selectie, groepsdynamica etc.
De levende natuur wordt heel verschillend ervaren door mensen. Voor stadsmensen is een bloeiende natuur met veel groen een mooie natuur. Dat hier geen planten kunnen groeien voor zeer arme afgeplagde zandgrond stoort hen niet. Zij genieten van een wandeling door een vruchtbaar natuurgebied maar even goed van een wandeling langs akkers en koeien in de wei. Als er daarbij ruimte is gelaten voor akkerranden met hakhout of wilde planten is deze natuur voor stadsmensen een goede natuur. Voor een ecoloog is een afgeplagde duinpan in Wassenaar waar guichelheil groeit een heerlijke topervaring. De stadsmens herkent dit plantje niet.
Het natuurbeleid in Nederland wordt gedomineerd door natuurliefhebbers die vooral oog hebben voor hun geluk beleving in hun natuur van zeldzame planten en dieren. De natuurbeleving van 90% van de bevolking wordt als inferieur afgedaan. Deze natuurliefhebbers gedragen zich als nieuwe machthebbers van ons land. Zij vinden zich de nieuwe elite en priesters van hun natuurgeloof. Iedereen die het er niet mee eens is, moet monddood worden gemaakt en desnoods op de brandstapel worden gezet of vermoord door Folkert van der Graaf.
Deze fanatieke natuurliefhebbers willen een natuur maken waarin geen menselijke invloed merkbaar is. Zij streven naar de natuur van het stenen tijdperk. De andere gewone mensen zijn de vijanden in hun natuurbegrip. Dit geloof in een wilde natuur waar in geen plaats is voor andere mensen dan de natuur priesters wordt niet geaccepteerd door de rest van de bevolking. Als wilde natuur inhoudt dat er geen menselijke activiteit merkbaar mag zijn in wilde natuurgebieden, moeten de 17 miljoen inwoners van Nederland maar vertrekken om dit doel mogelijk te maken. Het samenleven van onze bevolking met wilde natuur is dan onmogelijk Bij de rechtelijke uitspraak over de stikstofuitstoot is niet gedefinieerd welk natuurbegrip de rechter heeft gehanteerd: de natuur van 2000 jaar geleden, 500 jaar geleden , 100 jaar geleden of van 1992, het jaar van de Europese habitat richtlijn.
Het behoud van zeldzame planten en streven naar maximale biodiversiteit in natuurgebieden is strijdig met het samenleven met 17 miljoen mensen op het oppervlak van ons land. De biodiversiteit hoeft niet beter te zijn dan past bij de gebiedsgrootte van natuurgebieden omringd met menselijke activiteiten. Bij onze kleine en versnipperde natuurgebieden past een geringe biodiversiteit.
Er kan zeker experimenteel een relatie worden bepaald tussen de mate van de biodiversiteit versus soort en grootte van het natuurgebied, landbouwgebied, stadspark met stadsgrootte, industrieterrein etc. Hiermee kan de redelijkheid van milieumaatregelen worden beoordeeld. Een rechtelijke uitspraak heeft dan meer fundament dan de stikstofuitspraak.
Een onrealistisch en ondoordacht natuurbeleid leidt tot ongewenste milieueffecten, die soms veel erger zijn dan wat werd voorzien.. De plastic soep in de grote Oceaan is mede een gevolg van onze separate inzameling van verpakkingsmaterialen. Wat hierin niet bruikbaar is voor recycling mag niet worden verbrand maar wordt vervoerd naar Azië om daar zogenaamd verder te worden gerecycled. Als dit gebeurt door het storten in zee, weten wij van niets. Wij moeten gewoon onze eigen restafval van de recycling verbranden. Dat helpt meer tegen plastic in zee dan wegvissen van plastic uit de zee. Zeeschepen moeten hun afval gratis kunnen inleveren in elke haven en niet worden beloond als ze afval in zee dumpen. Perverse prikkels wegnemen helpt meer dan mooie praatjes en opruimen achteraf. De wet om de afvalverbranding te verminderen, zonder aan te geven wat er dan wel moet gebeuren met restafval en welke milieuwinst dit uiteindelijk geeft, is een wet waarbij niet is nagedacht over de gevolgen. Zo’n wet verziekt de acceptatie van milieumaatregelen .
Als Vande bron reclame maakt voor groene stroom, zegt ze dat de stroom die zij verkoopt, afkomstig is van groene stroom opwekking. Dat is waar. Echter is de netstroom die uit elk stopcontact komt grijs en grotendeels opgewekt is gasgestookte centrales. Van de Bron kan wel groene stroom verkopen maar geen groene stroom leveren aan haar klanten. De klanten Van de Bron stoten gewoon 550grCO2/kWh netstroom uit. Groene stroom geleverd aan consumenten bestaat niet , is een milieuleugen en verziekt de discussies. Groencertificaten kunnen alleen worden gekocht door stroomproducenten en zijn volksmisleiding.
Het milieubeleid wordt teveel gedomineerd door ficties. Het is vooral een verdienmodel voor veel maatschappelijke groeperingen waarbij het werkelijke milieu na enige tijd slachtoffer blijkt te zijn. Door wetgeving worden ondoordachte maatregelen vastgelegd en kunnen gasgestookte centrales nog 50 jaar CO2 uitstoten. Een CO2 vrije energiebron die altijd stroom kan leveren is helaas nog niet in zicht en wordt ook niet ontwikkeld. Gebruik van elektrische energie moet nu daarom zoveel mogelijk worden ontmoedigd. Het huidige beleid bevordert het gebruik van elektrische energie en vergroot de nationale CO2 uitstoot.
Dit zijn enkele opmerkingen over het onrealistische karakter van ons natuurbeleid.
Convivial conservation; nooit van gehoord, maar klinkt me goed zoals het gepresenteerd wordt hier. Belangrijk punt wat me opvalt: de crux van het samenleven van mens en wild zit mijns inziens niet zozeer in de te verdelen aardoppervlakte, maar meer in de mindset van de mens. Hoe je het ook wendt of keert: als het wild nabij de mens komt kan een gevolg zijn dat er menselijke slachtoffers vallen (dat er dierlijke slachtoffers vallen is overduidelijk, maar nemen we tot dusver voor lief). Zie ook hoe men valt over die paar wolven in Nederland.
Grote vraag is dan: zijn mensen bereid te verdragen dat er voor het samenleven met de wilde natuur, af en toe één van de menselijke groep door het wild wordt verslonden of tenminste ernstig verwond?
Grote vraag inderdaad. In Nederland vast en zeker meteen te beantwoorden met nee. Het idee een of meer wolven tegen te komen is instinctief beangstigend, en niet ten onrechte; in weerwil van alle geruststellende geluiden dat wolven bang zijn voor de mens is het een officieel gedocumenteerd feit dat in 1810 en 1811 wel degelijk kinderen door een wolf gegrepen zijn in Limburg, bij Vlodrop en Bussereind bijvoorbeeld (bron: Rien Poortvliets ‘Aanloop’ uit 1973).
Ik behoor zelf tot de romantische school – hè ja, hoe meer wildlife hoe leuker, en ik hèb een wolf gezien – maar raap toch altijd een stevige boomtak van de grond als ik het bos in ga, ook tegen kribbige zwijnen…
de natuur is sterker dan jij en ik. het zal iedereen en alles overleven. je moet er niet mee spotten, de slimste soorten ( niet de mens) zullen overleven
L.S.,
De natuur heeft en toont het lef zich terug te trekken, daar waar nota bene bezielde wezens aan landje pik doen. Zich zo gezegd settelen, bezit nemen van! Er een hek om plaatst en alsnog bang wordt en het zal zijn ook! De ‘goedwillenden’ hopen nog wat te redden met de kennis van vandaag. Elk idee is bij ‘onlicht’ meer dan bekend. Tegenmaatregelen liggen al op de plank. De ‘wij’ die van goede wil zijn, niet alleen bij Oud en Nieuw, staan voor misschien wel de grootste uitdaging ooit in de geschiedenis van de mens. “Waar vindt zij de gebruiksaanwijzing?” Oef, in het hart misschien!? In de vorm van het ‘geweten’ en in kritisch zijn…. Het moet anders, dat weet en voelt menigeen. Van die menigeen zijn er die van welvaart naar welzijn gaan, die van hoofd naar hart gaan. Van zie mij naar ik zie jou. Ik respecteer jou, jij mens, jij dier, plant, Aarde. Van oogklep bewustzijn naar worldwide bewustzijn. Het http://www.tje als opstapje! Eénheidsbewustzijn zal de transformator blijken te zijn die verder reikt dan het herstel van de Aarde, flora en fauna.
We zijn diep gezonken, maar niet verdronken. Glück auf!!!
Vergaar de kennis al vast. XXX
“Wageningse wetenschappers doen veldonderzoek naar oplossingen om mens en dier beter samen te leren leven.”
Als de dieren iets moeten leren, zal dit onderzoek per definitie geen wilde dieren kunnen opleveren, hoogstens vee, park- en huisdieren.
Wilde dieren in huis, eten, bed, stoep of waar dan ook dulden we niet. Planten, paddestoelen en schimmels trouwens ook niet. Pas als de wolf verandert in een hond mag hij bij ons wonen.
Het lijkt mij het beste dat de Wageningse wetenschappers zich inzetten om onderzoek te doen naar de manieren waarop mensen kunnen leren zich in de natuur zo te gedragen dat die natuur niet zijn biezen hoeft te pakken omdat de mensen te dichtbij komen en de gewone manier van doen verstoort.
Midas Dekker Bos
Sinds 3 jaar ben ik bezig (inmiddels met nog twee anderen)
met deze vrije gebieden voor flora en fauna..
Aangezien wij in Groningen wonen proberen we dit te realiseren op gesloten en ontmantelde gaslocaties, te beginnen in Leermens. Eind vorig jaar is dit
plan ingediend bij Nationaal Programma Groningen: een pot met geld als compensatie voor de mensen in het gebied met aardbevingen t.b.v. een beter leefgebied.
We hebben hoop om dit te kunnen realiseren, het plan is goed ontvangen. Midas Dekkers heeft toestemming gegeven dat het zijn naam mag dragen.
Citaat van hem:
‘Wil je échte natuur terug? Graaf een kuil, zet een hek om een paar ha en laat het 25 jaar met rust .. ‘
– maar dan zónder hek !! een vrijplaats voor nou eens een keer de natuur en de (nog) vrije dieren i.p.v. voor mensen.
mooie verhalen en reacties over onze nog aanwezige natuur. Een klei stukje gelezen over wolven. dit incident het terugkomen van deze dieren is natuurlijk niet voor iedereen prettig.
Maar langzaam vernietigen we onze natuur. Overal waar een railverbinding wordt gelegd. Worden bomen gekapt, klein wild wordt verdreven, volgels vluchten weg. Want huizen en flatgebouwen reizen binnen afzienbare tijd uit de grond. De verstedelijking rukt op. Het beton groeit tegen elkaar aan. We vernietigen ons land, onze wereld. En dit betreft niet alleen de Veluwe. De overbevolking grijpt zijn tol. ons water wordt vervuild en niet alleen door bedrijven, jaarlijks spoelen we vele liters water met chemische schoonmaakmiddelen door ons riool. oa, bleek, Andy, Sif.. noem maar op als het maar schoon is. Het asfalt rukt op… door de bosgebieden. Afval wordt achter gelaten te beroerd zijn ze om het mee te nemen in de suv. Gewoon simpel gezegd niet alleen de co2 is hier de boosdoener. Maar gewoon de mens. En alleen de politiek kan hier wat aan doen. Waarom moet er om een stukje vlees drie keer plastic zitten. Paddestoelen groeien in mijn tuin geweldig. bloemen in je tuin voor bijen. Maar o wat zijn ze blij die mensen met 100mtr2 tegels in hun tuin.
de mens graat zijn ondergang en dit is niet te stoppen.