De mode-industrie kan nog een grote duurzaamheidsslag maken. Zo is de milieubelasting van katoenteelt nog altijd hoog en weinig afval recyclebaar. Wageningse studenten en onderzoekers werken daarom samen met bedrijven en textielontwerpers aan nieuwe materialen die weinig milieu-impact hebben en terug de kringloop in kunnen.
Circulaire mode noemen we dat. Grondstoffen komen daarbij na gebruik weer beschikbaar voor nieuwe producten. De tegenhanger is de huidige lineaire praktijk: textiel doorloopt een lijn van maken-gebruiken-weggooien.
Afvalberg
En dat weggooien gebeurt veel. Mensen kopen steeds meer kleding en dragen het korter. Alleen al in de EU wordt jaarlijks meer dan 6 miljoen ton textiel afgedankt. Omdat dit veelal van gemengde materialen is gemaakt, is recycling nog lastig. Het meeste wordt dan ook verbrand of gestort.
In Wageningen wordt op twee manieren aan meer circulariteit gewerkt: door het ontwikkelen van compleet nieuwe materialen die bij productie het milieu zo min mogelijk belasten en uiteindelijk biologisch afbreekbaar zijn, en door de recycling van bestaande stoffen te verbeteren.
Schoenen van schimmels
Bij StoF waren ook de ontwerpen te zien waar Wageningse studenten samen met ArtEZ University of Arts, modeontwerpers en WUR-onderzoekers dit jaar aan werkten. Bijvoorbeeld nieuwe, duurzamere materialen, nieuwe bedrijfsmodellen en een eerlijker modesysteem. Wageningen University & Research wijdt er zelf ook een tentoonstelling aan, Fashioning the Future, van 4 september tot 12 oktober in Wageningen.
