Het EU-Schoolfruitprogramma heeft veel voordelen: het is gezond, kinderen durven ook thuis meer te proeven, ouders waarderen het, het geeft duidelijkheid over het tienuurtje en is leerzaam. Slechts 1 procent van de kinderen eet voldoende groente en 5 procent eet voldoende fruit. We leggen daarom graag uit hoe EU-Schoolfruit werkt en waarom het werkt.
Verschillende momenten
Het Voedingscentrum beveelt voor vier- tot achtjarigen iedere dag 100 tot 150 gram groente en 1,5 stuks fruit aan. Kinderen tussen de 9 en 13 jaar hebben dagelijks 150 tot 200 gram groente nodig en twee stuks fruit. Dat lukt het beste als ze op verschillende momenten van de dag groente en fruit kunnen eten. Dus ook als tienuurtje of bij de lunch.
Praktijk op school
Scholen besteden steeds meer aandacht aan beleid rondom gezonde voeding. Vaak gaat dit in samenspraak met of op initiatief van de ouders. Het EU-Schoolfruitprogramma ondersteunt daarbij. “Meedoen aan EU-Schoolfruit kan helpen om van groente of fruit meenemen naar school een gewoonte te maken”, zegt Els van Coeverden van het Steunpunt Smaaklessen en EU-Schoolfruit.
“Aandacht voor gezonde voeding op school draagt bij aan gezonde eetgewoonten”
Door EU-Schoolfruit proeven de kinderen verschillende soorten fruit en groente. “Ook als kinderen nog niet veel durven te proeven, doen ze in de klas lekker mee”, vertelt Van Coeverden. “Want in de praktijk blijkt: zien eten doet eten. Kinderen zijn pas gewend aan een onbekende smaak na tien tot vijftien keer proberen. Smaak moet je dus ontwikkelen. Daarnaast worden tijdens het EU-Schoolfruitprogramma naast kinderen ook ouders geattendeerd op het belang van gezonde voeding op school.”
Lesmateriaal
Bij het EU-schoolfruitprogramma krijgt een basisschool gratis twintig weken lang elke week voor ieder kind drie porties groente of fruit van een vaste leverancier. Het programma is gratis dankzij financiering van de Europese Unie. De school krijgt ook lesmateriaal. Dit is ontwikkeld door Wageningen University & Research en bestaat uit een lesboekje en een module voor het digibord. Wageningen is daarnaast aanspreekpunt voor scholen en helpt scholen bij het implementeren van een schoolfruitbeleid.
Na de twintig weken gratis groente en fruit gaan scholen zelf verder. Dit kan door ouders te vragen om groente en fruit mee te geven naar school, maar ook door ouders een schoolfruitabonnement te laten afsluiten bij een schoolfruitleverancier.
Resultaten
Meer dan de helft van de basisscholen heeft al minstens één keer meegedaan aan het EU-Schoolfruitprogramma, dat loopt sinds 2011. In totaal zijn dit zo’n 5.500 scholen.
Het evaluatierapport van vijf jaar EU-Schoolfruit (2011-2016) laat zien dat na afloop van het programma op 84 procent van de deelnemende scholen meer leerlingen groente en fruit mee naar school zijn gaan nemen. Ook zegt 90 procent dat de leerlingen meer soorten groente en fruit hebben leren kennen en dat ze nu meer weten over het belang van gezonde voeding.
Daarnaast laat de evaluatie zien dat veel kinderen van variatie houden en best nieuwe soorten groente en fruit willen proberen. Tot slot zegt 81 procent van de scholen dat het EU-Schoolfruitprogramma blijvend effect heeft op de groente- en fruitconsumptie van leerlingen. Van Coeverden: “Aandacht voor gezonde voeding op school draagt dus bij aan gezonde eetgewoonten.”
Aanmelden
Dit jaar kunnen circa 2600 basisscholen meedoen aan het programma. Aanmelden kan van 4 september tot en met 15 september 2017. De fruit- en groenteleveringen starten in de week van 13 november 2017 en lopen tot en met 20 april 2018. Het kost de school niets. Wel gelden er enkele spelregels (voorwaarden voor deelname). Van scholen die eerder hebben meegedaan zijn praktische tips en ervaringen verzameld.