Uitgelicht

Tropische bossen als klimaatoplossing

Tropische bossen als klimaatoplossing

Wereldwijd gaat er veel tropisch bos verloren. Daarbij komt veel CO2 die in de bossen is opgeslagen vrij en dat leidt tot extra klimaatopwarming. Bescherming van regenwoud en herbebossing zijn dan ook essentieel. In Zuid-Amerika doen Wageningse ecologen onderzoek naar zowel het natuurlijk herstel van aangetast regenwoud als de effecten van bosaanplant. Ook werken ze met de lokale bevolking en bosbeheerders aan duurzaam bosbeheer. Hoe kunnen we volgens jou beter voor het regenwoud zorgen?

‘De wereld zoekt naar mogelijkheden om de uitstoot van koolstofdioxide, CO2, te verlagen. Er zijn verschillende oplossingen, zoals minder fossiele brandstoffen gebruiken en minder vlees eten. Ook bossen vormen één van de oplossingen’, zegt Marielos Peña Claros, hoogleraar Tropische bosecologie. In haar onderzoek richt ze zich vooral op tropisch regenwoud. De vele tropische bossen op aarde zijn erg belangrijk voor de vastlegging van koolstof. Maar er vindt op grote schaal ontbossing plaats. Zoals bij de vele bosbranden in de Amazone afgelopen zomer, waar mensen ruimte willen creëren voor landbouw, en in Indonesië waar regenwoud het veld ruimt voor palmolieplantages.

Internationale agenda

Bescherming van bestaand regenwoud moet dan ook hoger op de agenda van internationale beleidsmakers komen, meent Peña Claros. ‘De aandacht van de Verenigde Naties, overheden en maatschappelijke organisaties wereldwijd ligt momenteel vooral bij het herstel van aangetaste en verdwenen bossen, en niet genoeg bij het behoud en goed beheer van bestaand regenwoud. Terwijl er enorme hoeveelheden CO2 vrijkomen bij de aantasting ervan. Bescherming van regenwoud en herbebossing zijn beiden essentieel om klimaatverandering tegen te gaan en beter op te vangen.’

Er vindt op grote schaal ontbossing plaats.

Soortenrijkdom en koolstofopslag

Regenval en de diversiteit aan boomsoorten spelen een grote rol bij de koolstofopslag van tropische bossen, blijkt uit Europees onderzoek met twaalf Europese en Latijns-Amerikaanse kennisinstituten, waar Peña Claros bij betrokken was. ‘We zagen dat drogere gebieden met minder biodiversiteit minder koolstof vastleggen, en gebieden met meer regenval en een grotere soortenrijkdom van bomen juist meer koolstof vastleggen. Dit betekent dat de diversiteit van soorten in natuurlijke bossen behouden moet blijven, en dat we bij herbebossing niet één soort, maar juist een grote diversiteit aan boomsoorten moeten aanplanten, zodat veel koolstof wordt opgenomen en het systeem veerkrachtiger wordt’, aldus Peña Claros.

“Zowel bescherming van het regenwoud als herbebossing en duurzaam bosgebruik zijn belangrijk. Er is niet één manier, er zijn meerdere oplossingen die we naast elkaar moeten inzetten.”

Marielos Peña Claros, hoogleraar Tropische bosecologie, Wageningen University & Research

Bossen groeien vanzelf terug

Herstel van aangetast bos is eveneens hard nodig, benadrukt Peña Claros. In sommige gebieden is het bos in staat zichzelf te herstellen. Promovendi onderzoeken onder haar begeleiding het natuurlijke bosherstel in verschillende Zuid-Amerikaanse landen. Ze bestuderen hoe het in dit zogeheten secundaire bos staat met de koolstofopslag en met het type planten-en diersoorten en de hoeveelheid en variatie ervan. Peña Claros: ‘We vonden al dat de hoeveelheid koolstof die is opgeslagen in secundaire bossen zich relatief snel herstelt, in ongeveer zeventig jaar. Maar het duurt ongeveer vijf eeuwen voordat de soortensamenstelling van die bossen weer lijkt op die van oerbossen.’

Wanneer we het beheer van gebruikte bossen verbeteren, gaat er minder CO2 verloren, zijn er minder bosbranden en worden er minder planten- en diersoorten bedreigd.

Grootschalige bosaanplant

Soms is het bos te beschadigd en groeit het niet meer vanzelf terug. Dan moeten er actief bomen worden aangeplant. ‘Veel organisaties werken hieraan, maar vaak is dat heel kleinschalig. Terwijl we echt grote gebieden moeten gaan herbebossen’, zegt Peña Claros. De hoogleraar is betrokken bij een herbebossingsproject in delen van het Atlantisch regenwoud in Brazilië waar nog maar 10 procent van het oorspronkelijke bos over is. ‘Samen met Braziliaanse organisaties kijken we welke bostypen er nog voorkomen en hoe de bossen het beste kunnen worden hersteld. Ook willen we beter begrijpen waarom mensen de bossen willen herstellen en onderzoeken we welke wet- en regelgeving belemmerend of stimulerend werkt.’

Fruit- en palmbomen

Er is nog veel kennis nodig, geeft Peña Claros aan. Hoe kun je herbebossing grootschalig aanpakken, ook op steile hellingen en op aangetaste bodems? Welke boomsoorten kun je het beste terugplanten? Vaak grijpt men terug op de oorspronkelijke begroeiing, maar soms is het beter om soorten te gebruiken die economische waarde hebben. Peña Claros ziet kansen voor een integratie van landbouw en bosbouw, ook wel agroforestry genoemd. ‘Zo kunnen ze fruitbomen en palmbomen planten die vruchten, noten en zaden leveren die mensen eten of waarvan ze sap maken. Als ze genoeg produceren, kunnen ze hun oogst zelfs op de markt verkopen. Misschien maakt dat net het verschil in hun besluit om te gaan herbebossen.’

Als ze genoeg produceren, kunnen ze hun oogst zelfs op de markt verkopen. Misschien maakt dat net het verschil in hun besluit om te gaan herbebossen.

Meerdere oplossingen

Peña Claros en haar collega’s werken in Zuid-Amerika ook met lokale gemeenschappen en grondeigenaren aan duurzaam bosbeheer. ‘Veel bossen worden gebruikt voor de productie van hout of andere zaken. Daarnaast huisvesten de tropische bossen wereldwijd zo’n 250 miljoen inheemse mensen. Wanneer we het beheer van gebruikte bossen verbeteren, gaat er minder CO2 verloren, zijn er minder bosbranden en worden er minder planten- en diersoorten bedreigd’, licht ze toe.

De hoogleraar onderstreept het belang van zowel bescherming van het regenwoud als herbebossing én duurzaam bosgebruik. ‘Er is niet één manier, er zijn meerdere oplossingen die we naast elkaar moeten inzetten’, aldus Peña Claros.

Meer lezen:

Mobiele versie afsluiten