Je zult het je vast niet realiseren, maar aan veel groente en fruit in je boodschappentas is Wagenings onderzoek te pas gekomen. Verduurzaming van de productie speelt daarbij een steeds belangrijkere rol.
Neem de tomaat. Nederlandse tomatentelers zijn koplopers in duurzaamheid vergeleken met buitenlandse collega’s. Dat komt onder meer door Wagenings onderzoek naar biologische bestrijding van schadelijke insecten in de kasteelt, bijvoorbeeld met roofwantsen, naar rassen die resistent zijn tegen ziektes, en naar vermindering van energiegebruik in de kasteelt. Zo vragen ledlampen veel minder elektriciteit, wat zorgt voor minder broeikasgasuitstoot. Maar omdat ze ook minder warmte afgeven, zochten onderzoekers uit waar deze belichting het beste in de kas is op te hangen en hoe de klimaatregeling erop aan te passen.
Daarnaast zijn er nieuwe, extra smakelijke rassen ontwikkeld, waar zowel veredeling als bijvoorbeeld smaakonderzoek bij consumenten bij te pas kwam. ‘In vergelijking met vijf jaar geleden zijn er heel veel meer verschillende tomaten verkrijgbaar’, zegt Richard Visser, hoogleraar Plantenveredeling in Wageningen.
Wist je dat je tomaten het beste gewoon op de fruitschaal bewaart en niet in de koelkast? Ze verliezen anders namelijk veel van hun smaak.
Appel
Een ander voorbeeld is de in Nederland meest gegeten appel: de Elstar. Ook elders in Noordwest Europa is deze friszoete appel populair. Door kruising, selectie en vermeerdering bij het instituut IVT, een voorloper van Wageningen Plant Research, kwam de Elstar midden jaren zeventig op de markt.
Voor mensen met een milde vorm van appelallergie verscheen ruim tien jaar geleden de Santana, een zusje van de Elstar. Naast de rasontwikkeling deed WUR ook onderzoek naar hoe je dit ras het beste kan telen en bewaren. Daar zit ook de kracht van Wageningen, zegt Visser, in de samenwerking tussen de verschillende disciplines, het gebruik maken van elkaars kennis en het kijken naar de hele keten, naast de nauwe interactie met bedrijven. Visser: ‘Wat we bedenken belandt niet louter in een publicatie, het wordt echt gebruikt in de praktijk; we doen aan toegepaste wetenschap.’
De Santana bleek zelf, net als zijn zusje Elise (ook WUR), weinig gevoelig voor schurft en andere ziektes. En hoe minder het fruit gevoelig is voor ziektes als meeldauw, vruchtboomkanker en schurft, hoe minder bespuitingen nodig zijn. De meeste Santana’s worden dan ook biologisch geteeld. Daarnaast ontstonden de afgelopen jaren mede dankzij WUR appels als de Wellant, de Magic Star en de biologische Natyra.
