Kringlooplandbouw

Kansen voor bietenblad in kringlooplandbouw?

Suikerbieten

Een van de principes van kringlooplandbouw is dat dieren zoveel mogelijk worden gevoed met reststromen die niet geschikt zijn voor menselijke consumptie. De gedachte is dat hiermee geen concurrentie optreedt met voedselproductie. Een voorbeeld dat hierbij vaak genoemd wordt is het gebruik van bietenblad als veevoer. Dat klinkt logisch: vroeger werd bietenblad samen met bietenkoppen ingekuild en gebruikt als voer voor koeien (het kan dus blijkbaar), het gaat om grote hoeveelheden (ongeveer 80.000 ha suikerbieten à ongeveer 40 ton bietenblad per hectare), er zit relatief veel eiwit in (ongeveer 600 kg per hectare) en het blijft nu onbenut (!) op het land achter. Zonde toch? Echter, als ideeën erg aantrekkelijk lijken, maar toch niet worden toegepast, wordt er vaak iets over het hoofd gezien. Volgens mij is dat hier ook het geval en het is ook goed om deze zaken ook te benoemen.

Geschiktheid als veevoer

Dat bietenblad vroeger werd gevoerd aan koeien, is geen sterk argument: bietenblad is voor koeien geen ideaal veevoer, zeker voor het huidige hoogproductieve melkvee. De belangrijkste nadelen: bietenblad bevat vaak teveel grond, als het gevoerd wordt aan melkvee geeft het een bijsmaak aan melk en voor droge koeien is het calciumgehalte te hoog. Onbewerkt is bietenblad sowieso ongeschikt als veevoer voor andere dieren, zoals kippen en varkens.

Oogstplanning en bewaarbaarheid

Suikerbieten oogsten

De ruim 80.000 hectare suikerbieten wordt in ongeveer 2 à 3 maanden geoogst. Dat betekent dat er in een korte periode in theorie ongeveer 2.400.000 ton bietenblad beschikbaar komt, dat helaas bijzonder slecht bewaarbaar is. Het blad bestaat namelijk voor een heel groot deel uit water (ruim 90%). Kortom: de beschikbare hoeveelheid kan dus sowieso niet gebruikt worden om vers te voeren aan de Nederlandse rundveestapel. Bewaren is ook niet aantrekkelijk: in het verleden werd bietenblad weliswaar ingekuild (net als gras en snijmaïs), waardoor het wel geconserveerd wordt. Echter, dit gaat met grote verliezen gepaard (ongeveer 40% leksap!). Daarnaast verandert hierdoor de eiwitsamenstelling en neemt de voederwaarde fors af.

Verwerking tot veevoer is lastig en duur

Is direct verwerken van bietenblad tot veevoergrondstoffen (eiwit!) dan een optie? Nog los van de gevraagde capaciteit om in enkele maanden 2,4 miljoen ton te verwerken, blijkt bietenblad erg lastig te verwerken. De grootste uitdaging is om het eiwit, wat de belangrijkste veevoergrondstof is, er überhaupt uit te halen in een bruikbare vorm. Eenvoudige en goedkope technieken slagen hier niet goed in, terwijl meer complexe technologie veel te duur is voor een laagwaardige toepassing als veevoergrondstof. Het is daarom begrijpelijk dat de suikerindustrie met o.a. Wageningen University & Research (WUR) en TNO inzet op het winnen van hoogwaardige eiwitproducten uit bietenblad, en niet op de productie van veevoergrondstoffen.

Logistiek

Suikerbietenrooier (van Wikipedia)

Het slepen met een waterig product is sowieso erg onaantrekkelijk. Dat begint al op het perceel: de oogst van 80-120 ton suikerbieten (met 15-20% suiker) is al een forse aanslag op de bodemstructuur door de zware machines. Als er daarbovenop nog 40 ton bietenblad geoogst moet worden, worden machines nog zwaarder of er komt een extra machine bij, en er komt extra transport op het perceel om het blad af te voeren. Daarbovenop komen nog de kosten van het verdere proces van transport en verwerking van zo’n waterig product. Kortom: de logistiek rond oogst en verwerking is een kostbare bezigheid, die allemaal terugverdiend moet worden met de opbrengst van het bietenblad als veevoer.

Bietenblad als bron van organische stof en mineralen

Bietenblad wat op het land achterblijft, is een belangrijke bron van organische stof en mineralen voor de volgende teelt: bij de oogst blijft het blad op het land achter. Dat levert per hectare ongeveer 900 kg effectieve organische stof (EOS) op. Ter vergelijking: uien laten 300 kg EOS na, aardappelen 900 kg en tarwe (excl. stro) 1600 kg. Daarnaast bevat bietenblad veel mineralen: ongeveer 100-120 kg stikstof, 35 kg fosfaat en 185 kg kali. De stikstof gaat grotendeels verloren (via gasvormige verliezen), maar de fosfaat en kali komen wel beschikbaar voor de volgende teelt. Het is dus begrijpelijk dat akkerbouwers het bietenblad graag op het land achterlaten.

Mijn conclusie

In het kader van kringlooplandbouw is het wat mij betreft geen goed idee om bietenblad te promoten als veevoer(grondstof). Er zijn hele goede redenen waarom bietenblad niet als veevoer wordt gebruikt, vers of bewerkt. Er is al vaker onderzoek naar gedaan, ook in het kader van de biobased economy, en iedere keer is de conclusie hetzelfde. Wat mij betreft verdwijnt dit idee ook snel weer van de agenda, want het is het niet waard om er opnieuw tijd en geld aan te besteden.

Tenzij ik het helemaal verkeerd zie. Daarom: ik weet niet wie het idee weer op de agenda heeft gekregen, maar ik zou hem of haar willen vragen om te reageren op bovenstaande punten. Als ik overtuigd word van het tegendeel, beloof ik dat ik een nieuwe blog schrijf met mijn nieuwe inzichten. Als ik echter gelijk blijk te hebben, gun ik de ander de eer om dat in een blog te verwoorden…

Mobiele versie afsluiten