Deze week hoorde ik op een radiocommercial de vraag “navigeren met het hoofd of navigeren met het hart?” en ‘studiekeuze’ werd als voorbeeld gebruikt. Het bleek later te gaan over een auto kopen. Wel heel treffend dat de marketeers van het automerk deze openingszin hebben gekozen. Inderdaad bij grotere keuzes in je leven draait het om de vraag: “Hoe navigeer je het best?”
Leren navigeren
Leren kiezen is ontzettend moeilijk. En in onze maatschappij valt er heel veel te kiezen en de keuzes zijn vaak complex. Hoe maak je goede keuzes, hoe leer je navigeren?
Bij belangrijke keuzes spelen er vijf vaardigheden een rol, de keuzecompetenties. Kort samengevat kun je zeggen dat het om de volgende vijf vragen gaat:
- Wie ben ik, wat kan ik?
- Wat wil ik, wat drijft mij?
- Welk soort werk past bij mij?
- Wat wil ik worden?
- Wie kan mij daarbij helpen?
Maar hoe moet je dan navigeren? Met je hoofd? Of met je hart?
Navigeren met je hoofd
Bij studiekeuze moet je zeker je verstand gebruiken. Het is verstandig veel informatie op het internet te zoeken. U als ouder kunt uw kind daar goed bij helpen. Hieronder een klein lijstje punten die u samen met uw kind eens op zou kunnen zoeken. Navigeren met je hoofd? Geen slecht idee.
- Wat staat er allemaal over de opleiding op het internet?
- Waar gaat de opleiding over?
- Wat kun je worden na deze opleiding?
- Met welke opleidingen kun je deze opleiding vergelijken?
- Welke vakken krijg je in het eerste jaar?
Studiebijsluiter
Een opleiding moet ook een ‘studiebijsluiter’ invullen. Daarin kunt u antwoorden vinden op de volgende vragen:
- Hoeveel studenten zitten er op deze opleiding ?
- Hoeveel stromen er door naar het eerste jaar?
- Hoeveel studiepunten moet je halen in je eerste studiejaar?
- Hoe is de verhouding (getalsmatig) docenten/studenten?
- Hoe tevreden zijn de studenten over deze opleiding?
- Hoeveel contacttijd is er in het eerste jaar?
- Hoeveel studenten lopen studievertraging op?
- Hoe zijn de kansen op de arbeidsmarkt?
Navigeren met je hart
Studeren zonder passie is onmogelijk. Je moet je écht betrokken voelen bij een thema om daar 4-5-6 jaar mee bezig te zijn. Ook na de opleiding moet je passie kunnen voelen voor je werkveld. Natuurlijk, de beroepen die uw kind uit zal oefenen zullen wisselen, maar het werkveld zou 50 jaar hetzelfde kunnen zijn. Zonder werkelijke passie gaat dat niet lukken.
Studiesucces heeft ook te maken met hoe een student zich voelt bij een bepaalde opleiding, bij een instituut, bij de studenten en bij de docenten. iedere student heeft wel eens een dipje, iedere student twijfel wel eens, maar voel je je goed bij een bepaalde club mensen, dan helpt dat je erover heen.
Sfeer proeven
Gaat uw zoon of dochter naar Open dagen? Misschien mag u mee en kunt u mede de sfeer proeven. Ziet u uw kind al tussen deze studenten lopen? Ik adviseer minimaal drie Open Dagen te bezoeken en ook meerdere instellingen te bekijken. De sfeer is overal anders. Het is belangrijk echt de hogeschool of universiteit te vinden die bij je past. Heeft uw zoon of dochter een goed gevoel bij een bepaalde studie? vergelijk dan samen deze studie met andere. Bezoekt uw kind een paar meeloopdagen? Vraag uw kind eens te praten met studenten die deze opleiding al gevolgd hebben. Heeft uw kind nog steeds een goed gevoel? Navigeren met je hart is zo slecht nog niet.
Navigeren met je hoofd EN navigeren met je hart
In een snoepwinkel kun je misschien kiezen uit 150 soorten snoep, in de ‘opleidingenwinkel’ moet je kiezen uit 1500 opleidingen.
Probeer uw kind te helpen de keuze te maken met het hoofd én met het hart. Volgens mij zijn beide belangrijk. En het gaat om een belangrijke keuze, veel belangrijker nog dan het kopen van een auto. Een interessante studie betekent straks een interessante baan. En dat is weer een mogelijke pijler voor duurzaam levensgeluk. Een jongvolwassene die een studie kan vinden die past bij zijn hoofd en zijn hart is een spekkoper.