Uitgelicht

Wereldwijd samenwerken aan duurzame, eerlijke en gezonde voedselsystemen

Het milieu, klimaat en onze gezondheid zijn veelal ondergeschikt aan hoe wij wereldwijd voedsel produceren, verhandelen en consumeren. Als voorbereiding op de VN-Voedseltop in 2021 schetsen Wageningse wetenschappers concrete routes naar een duurzaam en eerlijk voedselsysteem. Ook pleiten ze voor een internationaal voedsel- en landbouwakkoord met gemeenschappelijke doelen, net als bij het Klimaatakkoord van Parijs. Dat helpt landen om met elkaar te zorgen dat de groeiende wereldbevolking straks voldoende en gezond kan eten.

De Verenigde Naties (VN) houden in september 2021 of later – wanneer de coronapandemie het toelaat – een wereldtop over voedselsystemen, de Food Systems Summit. “Het begrip voedselsysteem is erg in trek de laatste jaren. Het samenspel van overheden, voedselproducenten, bedrijven en burgers bepaalt hoe een voedselsysteem in een land eruitziet. Hoe gaan levensmiddelenfabrikanten en consumenten met voedselresten om? Hoe zit de handel in elkaar? Wat voor een beleid voeren overheden en handelsblokken als de EU? Dat is enorm complex. Maar het is ook een holistische kijk op voedsel”, zegt bodemkundige Eric Smaling.

Heviger en extremer

Met collega’s werkt Smaling aan een wetenschappelijk rapport dat kennis en inspiratie voor de VN-voedseltop levert. Dit rapport gaat over voedselsystemen wereldwijd en over de manier waarop die duurzamer, gezonder en eerlijker kunnen worden. En veerkrachtig genoeg om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen. “Niks doen is geen optie. In 2050 zijn er zo’n tien miljard mensen die eten nodig hebben. De gevolgen van klimaatverandering zoals orkanen, droogteperiodes, overstromingen, bosbranden en sprinkhanenplagen zijn nu al merkbaar, maar zullen steeds heviger en extremer worden.”

“In het rapport voor het IFAD stippelen we concrete routes uit naar duurzame, gezonde en eerlijke voedselsystemen. Die routes berusten op wetenschappelijk onderzoek en moeten uitvoerbaar zijn. Overheden hebben immers handvatten nodig waar ze beleid op kunnen baseren.”

Eric Smaling, bodemkundige

Wereldwijde kennis

In 25 artikelen beschrijven wetenschappers manieren om te zorgen dat voedselverspilling tot het verleden gaat behoren, mensen gezonder eten, de natuur beter intact blijft en de voedselproductie niet ten koste gaat van het bodemleven, schoon water en schone lucht. De auteurs van de artikelen komen van de verschillende Wageningse kenniseenheden en van andere universiteiten en kennisinstellingen over de hele wereld.

Trade-offs

De artikelen vormen de basis voor het tweejaarlijkse rapport van het International Fund for Agricultural Development (IFAD), één van de VN-organisaties gericht op voedsel en landbouw. Als projectleider is Smaling verantwoordelijk voor de totstandkoming van het IFAD-rapport.
“We hebben drie hoofddoelen binnen voedselsystemen voor ogen”, vertelt hij. Het eerste is gezondheid en voedzaamheid, het tweede duurzaamheid en veerkracht. Het derde hoofddoel is inclusiviteit, dat gaat over eerlijke arbeids- en inkomensverdeling tussen bijvoorbeeld jong en oud, man en vrouw, lokale mensen en arbeidsmigranten. “Op die punten kijk je of het goed zit. Je kunt misschien veel voedsel verbouwen maar tegelijkertijd de bodem uitputten of de klimaatverandering verergeren door de uitstoot van broeikasgassen. Dat zijn trade-offs.”

Een boer oogst rijst in Victoria, Filippijnen (foto: ©IFAD/GMB Akash)

Kweekvis voeden

Het is de kunst om naar verbeteringen te zoeken waarbij de trade offs minimaal zijn. Zo kunnen landen overgaan op circulaire landbouwsystemen, waarbij dieren gevoed worden met gewasresten en gras en er niet langer meer granen en andere gewassen verbouwd worden speciaal voor veevoer. Dan houden we wel minder dieren. “We kunnen meer plantaardig voedsel gaan eten en daarnaast ook bewuster kiezen tussen bepaalde diergroepen. Kip is veel minder schadelijk voor klimaat en onze gezondheid dan rund. En het eten van kweekvis die gevoed wordt met voedselreststromen heeft weer voordelen boven het eten van landdieren.”
Vaak ontbreekt de regie op wat we produceren, verhandelen en eten, vervolgt Smaling. “Voedsel is voor een groot deel marktgedreven. Maar als je iets beheersbaar wilt maken, moet je het niet alleen aan de markt overlaten. Op een gegeven moment keert de wal het schip.”

Milieu- en zorgkosten

Het besef van de werkelijke kosten van ons voedsel ontbreekt. De kosten voor de vervuiling van het milieu en de achteruitgang van de biodiversiteit worden niet meegerekend in de voedselprijzen. Of het gebruik van vieze stookolie bij transporten per schip. Ook zijn ongezonde en bewerkte etenswaren vaak goedkoper dan verse groenten en fruit. “Terwijl honger, ondervoeding en overgewicht gelijktijdig voorkomen. Het aantal mensen met diabetes type 2 en obesitas groeit hard. Daar zitten veel zorgkosten aan vast.”

Export onaantrekkelijk voor armere landen

Verder krijgen boeren vaak weinig geld voor het eten dat ze produceren. In Nederland dansen de boeren naar de pijpen van supermarkten, die de boeren zo min mogelijk betalen. In de wereldhandel treedt eenzelfde mechanisme op. Westerse bedrijven kopen bijvoorbeeld cacao en ruwe balen katoen tegen lage prijzen van armere landen en verwerken dit in eigen land. Zo voegen de bedrijven veel waarde toe aan producten en daar verdienen ze veel mee.
Wanneer armere landen zelf hun eigen grondstoffen gaan verwerken en chocoladerepen of kleding exporteren, zetten westerse landen en de EU daar hoge importheffingen op. Dat maakt verwerking en export onaantrekkelijk voor armere landen. “Als je eerlijke handel nastreeft, moet je toewerken naar andere handelsverhoudingen. Het is óók een herverdelingsvraagstuk.”

Voedselakkoord

Voedselsystemen zijn wereldwijd met elkaar vervlochten. “Wanneer een land verbeteringen wil doorvoeren, kan het dat niet alleen doen. Landen en overheden moeten samen optrekken”, benadrukt Smaling. Daarom pleiten zijn collega’s en hij voor een vergelijkbare aanpak als bij het Klimaatakkoord van Parijs. “Hiermee creëer je een juridische basis waarop landen hun beleid kunnen baseren. Een akkoord over landbouw en voedsel is waarschijnlijk zelfs makkelijker te sluiten dan het Klimaatakkoord, want de opties zijn veel concreter.”

Boeren in Bangladesh maken wortels schoon na de oogst (foto: Jahangir Alam Onuchcha / Shutterstock.com)

Subsidies en voorlichting

Landen, overheden en handelsblokken als de EU kunnen namelijk beleid uitstippelen en instrumenten inzetten als wet- en regelgeving, subsidies en belastingen. Lagere btw-tarieven voor groente en fruit, en hogere tarieven voor rood vlees en bewerkt voedsel bijvoorbeeld.
“Daarnaast moeten we de consument meekrijgen, bijvoorbeeld met campagnes die duidelijk maken waar voedsel vandaan komt. Zonder met het vingertje te zwaaien kun je mensen informeren waarom het beter is om vaker plantaardige producten te nemen en niet elke dag vlees te eten.”
Verder valt er nog veel te winnen op het gebied van afvalverwerking en optimaal benutten van reststromen en voedingsstoffen, verklaart Smaling. “Met als bijkomstigheid dat dit werkgelegenheid creëert. Nieuwe circulaire systemen versterken bovendien de behoefte aan kennis over voedselveiligheid.”

Concrete routes

Een internationaal panel voor landbouw en voeding, vergelijkbaar met het Intergovernmental Panel on Climate Change, kan de landen die zich aansluiten bij een toekomstig landbouw- en voedselakkoord ondersteunen met actuele wetenschappelijke onderbouwing en inzichten. In het rapport voor IFAD zullen de wetenschappers de aanbevelingen voor een internationaal voedselverdrag ook opnemen, verwacht Smaling.
“In het rapport stippelen we concrete routes uit naar duurzame, gezonde en eerlijke voedselsystemen. Die routes berusten op wetenschappelijk onderzoek en moeten uitvoerbaar zijn. Overheden hebben immers handvatten nodig waar ze beleid op kunnen baseren.” De onderzoeker noemt het werken aan het rapport een enorm leuke uitdaging. “Het is zoeken naar de balans én de nuance. Je moet goed kijken wat waar mogelijk is en voor wie. Een andere organisatie van voedselsystemen kan meer winst dan verlies opleveren, misschien niet per saldo voor onze portemonnee maar wel voor het milieu en onze gezondheid.”

Meer lezen:

Leadfoto: een vrouw verkoopt groenten op een markt in Chichicastenango, Guatemala (Tati Nova photo Mexico / Shutterstock.com)

Mobiele versie afsluiten