In het Europese project DRIVE4EU (‘Dandelion Rubber and Inulin Valorization and Exploitation for Europe’) werkt Wageningen University & Research samen met internationale bedrijven en onderzoeksinstituten aan een Europees alternatief: natuurrubber uit de Russische paardenbloem. Ik ben coördinator van DRIVE4EU en onderstreep het belang van een volwaardig alternatief voor de rubberboom.
De wereldbevolking groeit en daarmee ook de behoefte aan energie, chemicaliën, en producten zoals plastic, zeep, schoonmaakmiddelen, verf en lijm. Om daarin te kunnen voorzien, moeten we overstappen naar een economie, waarin we de grondstoffen voor deze producten uit duurzame, hernieuwbare bronnen halen in plaats van uit fossiele brandstoffen. Biomassa (plantaardig en dierlijk restmateriaal) is een belangrijke hernieuwbare bron.
We willen af van uit aardolie gemaakte kunststoffen. Daarom zijn we druk bezig met het ontwikkelen van degelijke biobased kunststoffen.
De nadelen van aardolie zijn bekend: het gebruik leidt tot aanzienlijke CO2-uitstoot en daarnaast wordt aardolie op termijn schaars, dus duur. Plastics zijn ook met duurzame grondstoffen te maken, bijvoorbeeld met zetmeel of melkzuur. Het lastige is dat de op olie gebaseerde kunststoffen over formidabele eigenschappen beschikken die we niet kwijt willen. De huidige biobased kunststoffen missen die cruciale eigenschappen vaak nog. Een petfles met cola, bijvoorbeeld, staat na twee jaar nog keurig onder druk. Dat lukt ons nog niet goed met een alternatief uit zetmeel. Ook voor een ijzersterke stof als nylon is nog geen vervanger gevonden.
Het groene goud. Parel van de biobased economy. Dé bouwsteen van de groene chemie. Ongeveer 10 jaar geleden was geen superlatief te gek om de toekomstige rol van algen in onze economie te duiden. Begrijpelijk, want deze fabriekjes op microschaal beschikken over geweldige eigenschappen. Zo zitten ze boordevol waardevolle vetten, vetzuren, suikers en eiwitten, terwijl ze geen waardevolle landbouwgrond nodig hebben om te groeien. Inmiddels zijn we wat jaartjes verder. De hype is voorbij, maar enthousiasme is er nog steeds. Er is wel wat realiteitszin bijgekomen. Een snelle doorbraak als grondstof voor biobrandstoffen, bioplastics of bulkchemicaliën zit er voorlopig niet in. Wat niet wil zeggen dat industrieën, overheden en kennisinstellingen algen hebben afgeschreven. Integendeel.
Autobanden van rubber uit paardenbloemen, kleding uit restproducten van melk, glutenvrij bier, plastic dat afbreekbaar is – wie wordt er niet door optimisme overvallen bij de vele toepassingen die de bio-economie ons biedt. Het feestje in mijn hoofd werd echter al snel verstoord door een gesprek met een gerenommeerde technoloog. ”Biobased economy? Een doodlopende weg, helemaal niet duurzaam.”
Ik ben gefascineerd door planten. Niet alleen omdat ze kleur geven aan de dag, maar ook omdat ze boordevol ‘groene’ moleculen zitten. Moleculen die we gebruiken voor een breed scala aan biobased toepassingen. Zoals duurzame cosmeticaproducten bijvoorbeeld.
Kijk eens om u heen. Hoeveel kunststof materialen telt u? Alleen al rond mijn werkplek tel ik er tientallen, van het toetsenbord waarop ik dit verhaal typ en het bureaublad tot de plastic pennen in het kunststof pennenbakje. Al die materialen worden nu nog uit aardolie gemaakt. Laatst las ik…
De wetenschap is op veel manieren betrokken bij de transitie naar de biobased economy. Die transitie niet eenvoudig, want fossiele grondstoffen zijn niet simpelweg inwisselbaar voor biomassa als grondstof. De kunst bij het produceren van biobased producten is, per eindproduct het optimale proces te vinden. Er zijn twee manieren om…
Tussen 2006 en 2011 nam het aantal biovergistingsinstallaties in Nederland geleidelijk toe om vanaf 2011 te gaan dalen. Tot dat tijdstip droeg vooral de landbouw daaraan bij. Veel agrariërs wilden maar al te graag investeren in een installatie om biogas te produceren. Maar toen handelaren de prijzen voor snijmaïs opdreven, was de productie van biogas economisch niet langer rendabel. Het aantal vergistingsinstallaties in de landbouw liep vervolgens terug. Dat de productie van biogas in Nederland toch constant is gebleven, is te danken aan de waterzuiveringsinstallaties die steeds meer biogas produceren uit rioolslib.
Lignine is na cellulose het meest voorkomende organisch materiaal op aarde. Bomen, struiken, grassen en stro hebben hun stevigheid en flexibiliteit aan deze natuurlijke lijmstof te danken. Bij Wageningen University & Research zijn we ervan overtuigd dat lignine de biobased economy een enorme stap vooruit zal brengen. Dankzij de natuurlijke…