Nu er meer bekend is over de nieuwe studiefinanciering komt er ook steeds meer kritiek op het leenstelsel. In Trouw geven Jelle Brandsma en Petra Vissers een trieste opsomming van de negatieve gevolgen van de nieuwe studiefinanciering. ‘Geen van de beloftes aan studenten zijn uitgekomen‘, zo stellen zij.
Drie ernstige punten
Trouw noemt drie ernstige punten:
- Ex -studenten kunnen minder makkelijk een eigen huis kopen
- Het beloofde geld voor onderwijsverbetering valt tegen
- Kinderen van ouders met een lager inkomen gaan minder vaak studeren.
Minder vaak een eigen huis
Studenten met een studieschuld kunnen vaak geen maximale hypotheek krijgen voor een eigen huis, blijkt uit verschillende onderzoeken. In een overspannen huizenmarkt, zoals we nu hebben, kan dat een probleem zijn. In het artikel studieschuld en hypotheek noem ik een rekenvoorbeeld van de Consumentenbond:
Consumentenbond: Iemand heeft een studieschuld van €15.000. Hij is alleenverdiener en heeft een bruto jaarinkomen van €40.000. Zonder schuld kan hij €171.347 lenen. Met een studieschuld volgens het oude systeem (in 15 jaar terugbetalen) kan hij €140.911 lenen. Met een schuld volgens de nieuwe regels (35 jaar terugbetalen) kan hij €153.085 lenen.
Niet het beloofde geld naar onderwijs
Toen de basisbeurs werd afgeschaft was de belofte dat het uitgespaarde geld gebruikt zou worden voor verbetering van het onderwijs op hogescholen en universiteiten. De student betaalt collegegeld, maar dit is maar een klein deel van de werkelijke kosten die onderwijsinstellingen maken. Het overgrote deel van de kosten voor studeren wordt betaald vanuit de overheid. Terecht ook. Wij hebben allemaal baat bij goed opgeleide mensen. Daar moeten we allemaal aan meebetalen. Maar volgens Trouw blijft de extra investering vanuit de Rijksoverheid achter bij de gemaakte beloften.
Minder kinderen van ouders met een lager inkomen gaan studeren
Persoonlijk vind ik dit eigenlijk de meest schrijnende conclusie. Het ministerie ziet inderdaad aan haar eigen cijfers dat kinderen van lager opgeleide ouders minder vaak de stap durven te zetten naar doorstuderen. Trouw concludeert dat dit te maken heeft met het nieuwe leenstelsel.
Vanuit mijn functie als oudervoorlichter merk dat ouders die zelf niet gestudeerd hebben, het lastig vinden hun kind goed te begeleiden bij het maken van een goede studiekeuze. Dat vinden studiekiezers en studenten jammer. Want praten met je ouders over studeren en studiekeuze is belangrijk. Om dit gesprek een beetje op gang te helpen heb ik het Studiekeuze Stripboek geschreven. Studiekeuze Stripboek.pdf
Hoe zit het nou met die studiefinanciering?
Ik krijg als oudervoorlichter ook veel vragen over studiefinanciering. Natuurlijk is DUO de expert op dit gebied. Maar ik heb, als extra hulp voor ouders, een korte samenvatting van de studiefinanciering geschreven. Dit is vooral een zinvol artikel als een scholier nog in de vooreindexamenklas zit. Tegen de tijd dat de studie begint, is het handig alles heel goed op een rijtje te hebben. Kijk ook naar de kosten van studeren.
Aanvullende beurs
Het is vooral belangrijk om goed te kijken naar de aanvullende beurs. De aanvullende beurs is gewoon een beurs. Die krijgt de student als de ouders minder inkomen hebben en/of als er meer studerende kinderen zijn. Deze beurs is een gift. Er is maar één voorwaarde, je moet binnen tien jaar afstuderen. De aanvullende beurs aanvragen is makkelijk. Altijd doen, dus. Het kan om heel veel geld gaan, tot wel zo’n 400 euro per maand.
Zijn er vragen? Stel die gerust.
Vragen of opmerkingen over ‘Steeds meer kritiek op het leenstelsel’
Hebt u als ouder vragen over het artikel in Trouw? Of opmerkingen over ‘Steeds meer kritiek op het leenstelsel’? Reageer vooral via onderstaand reactieblok. U krijgt altijd antwoord en uw e-mail adres blijft geheim en wordt nergens voor gebruikt.