5 februari 2024 | Categorie: Circular & Climate-neutral

Inspirerende Community Day met blik op de toekomst

Door Fred Beekmans

Programmaleider Circular & Climate-neutral Society

Dit is het eerste blog in een blogserie over het onderzoeksprogramma Circular & Climate-neutral. Dit programma (KB-34) is gericht op onderzoek dat bijdraagt aan circulaire en klimaatpositieve productiesystemen voor food- en non-foodproducten. Deze inleiding op de serie is geschreven door Fred Beekmans, Programmaleider Circulaire & Klimaatneutrale samenleving.

Het is 28 november 2023, half negen in de ochtend. Ik wacht in het WICC in Wageningen op de eersten van de ongeveer 100 collega’s die worden verwacht voor de Community Day voor het kennisbasisprogramma ‘Op weg naar een circulaire en klimaatneutrale samenleving’.

Samen met collega’s Frank van Weert en Esther Koopmanschap hebben we het programma voorbereid. Daarbij hebben we er vooral op gelet dat het programma aantrekkelijk is voor de diverse groep van collega’s van alle Wageningen Research instituten. En belangrijk voor mij vandaag: zijn er uitkomsten die ik kan gebruiken voor de toekomst van het programma?

Tien maanden eerder ben ik begonnen als programmaleider van een programma dat vele aspecten van circulariteit en klimaat omvat en daarmee heel breed is. Vandaag is het de eerste keer dat ik het verhaal kort samengevat vertel in mijn eigen woorden en interpretatie. Deze inleiding vormt, aangevuld met een aantal zeer interessante toekomstgerichte presentaties van collega’s en een bijdrage van het ministerie van LNV, de basis voor een werksessie. Tijdens deze werksessie bediscussiëren collega’s van de verschillende instituten met elkaar hoe de toekomst eruit zal zien als hun technologie, model, werkmethode, etc. doorbreekt.

Geen eenvoudige oplossingen

Ik ben onder de indruk van de terugkoppeling na deze werksessie. Veel collega’s zijn heel positief over de gekozen werkstijl. Daarnaast vult bijna de helft van de aanwezigen het digitale formulier in met hun bevindingen. Niet verrassend is de feedback precies zo breed als het programma en de diverse achtergronden van de aanwezigen. Nu begrijp ik nog beter waarom Saskia Visser, mijn voorganger, het steevast had over “het ontwikkelen van bouwstenen om te komen tot een circulaire en klimaatneutrale samenleving”. Er zijn immers ook geen eenvoudige oplossingen voor complexe uitdagingen.

Het is heel positief te zien dat we een gedeelde visie hebben hoe we de wereld met onze bouwstenen stapje voor stapje beter kunnen maken; een van de redenen voor mij om na 17 jaar terug te komen bij WUR. Iedereen is gecommitteerd om bij te dragen aan het herstellen van de balans tussen economie en ecologie. De focus op klimaatneutraal betekent dat ons onderzoek zich richt op het verminderen of stopzetten van de uitstoot binnen het agri-voedselsysteem van broeikasgassen, zoals CO2 en methaan, en het fossielvrij produceren van grondstoffen en materialen die nu nog op aardolie gebaseerd zijn.

Circulariteit is een middel om dit te bereiken, maar is daarnaast een doel op zich om te zorgen dat we binnen de planetaire grenzen blijven. Dit doen we door kringlopen te sluiten voor water, nutriënten en koolstof. Met andere woorden: reductie van verliezen in de productieketens en reststromen niet als afval zien maar als bijproducten die veilig opnieuw ingezet kunnen worden. Deze grondstofefficiëntere aanpak betekent minder primaire grondstoffen onttrekken aan de aarde en meer bruikbare productievolumes bij hetzelfde grondgebruik in de landbouw.

Transdisciplinaire aanpak nodig

Een veelgehoorde feedback om deze visie tot werkelijkheid te maken is de noodzaak voor een transdisciplinaire aanpak, waarbij technologische, ecologische en sociaal-economische oplossingen bij elkaar gebracht worden om de transities voor elkaar te krijgen. Daarnaast is het belangrijk om te werken in een multi-stakeholder benadering, zowel ‘top-down’ als ’bottom up’.  Ook de verschillende schalen – van Europees/nationaal niveau tot het niveau van de boerderij – zijn van groot belang om de ambities en uitvoering aan elkaar te koppelen.

Er wordt gewerkt aan ecologische en technologische ontwikkelingen in de primaire productie, zoals klimaatslimme, natuurinclusieve, regeneratieve landbouw, circulaire kassen en volledig gesloten systemen. Daarbij zijn er ook specifieke regionale uitdagingen zoals in veengebieden en verziltende gebieden. Verder is er veel aandacht voor nieuwe vormen van productie (zoals zeevruchten, eiwitten, schimmels, insecten en fermentatie).

Een belangrijke ontwikkeling naar een fossielvrije wereld is, naast de energietransitie, de grondstoffentransitie naar biobased grondstoffen. Voor al deze ontwikkelingen is het ook van belang te kijken naar de (nieuwe verweven) ketens. Die moeten gebaseerd zijn op een goede aansluiting van de vraag van de markt en industrie en het aanbod, zowel binnen de regio als in een internationale context.

Onder het brede kennisbasisprogramma vallen uiteenlopende projecten die samen de bouwstenen leveren ten behoeve van de transitie naar een circulaire en klimaatneutrale samenleving. Deze projecten zijn vooral gericht op het sluiten van de kringloop van water, nutriënten en koolstof.

Barrières en leerpunten

Transities gaan niet vanzelf. Er worden vele barrières genoemd door de deelnemers, zoals het gebrek aan gevoel van urgentie, vastgeroeste verhoudingen, machtsbalansen in de keten, het gebrek aan een gezamenlijke taal, visie en prioriteiten. Ook daarom gaat er binnen het programma veel aandacht uit naar het managen van de transities. Daartoe wordt samen met stakeholders in regionale projecten – veelal in zogenaamde ‘Living Labs’ – op kleine, regionale schaal gewerkt aan de benodigde veranderingen op technologisch, ecologisch en sociaal-economisch gebied.

Een belangrijk leerpunt is dat complexe vraagstukken niet opgelost kunnen worden door ze te vereenvoudigen. Er zal dus door de stakeholders gezamenlijk tot een oplossing gekomen moeten worden.

Het is van groot belang dat de keuzes die gemaakt worden (waar verbouwen we welk gewas en waarom, hoe lopen de grondstofstromen, voor welke toepassing) gebaseerd zijn op de juiste afwegingen, zowel regionaal als in een internationale context. Het verzamelen van de juiste data, creëren van monitoring tools, dashboards en ‘decision support tools’ is essentieel voor bedrijven en overheden om de voortgang van transities te volgen en bij te sturen. Een belangrijk onderdeel van het programma is dan ook de inzet van (een combinatie van) modellen, die ons in staat stellen om consequenties van acties in te schatten en te schalen van perceel tot aan een (inter)nationale dimensie.

De donut-economie en andere economische modellen

Het is de vraag of de benodigde transities naar een circulaire en klimaatneutrale samenleving behaald kunnen worden binnen het huidige economische systeem, dat zijn basis vindt in een lineair systeem. Er is dan ook een team bezig om alternatieve economische modellen te exploreren, zoals de ‘doughnut economy’, die wellicht beter passen bij de nieuwe biobased economie.

Terugkijkend op deze mooie, interessante en interactieve dag heeft deze, naast een update van het lopende programma, mij een schat aan ideeën opgeleverd voor toekomstige strategische onderzoeksrichtingen. Ik wil de collega’s dan ook hartelijk danken voor hun open mindset en bijdragen aan het succes van de KB34 Community Day.

Lees meer:

Meer gedetailleerde informatie over het Kennisbasisprogramma ‘Naar een circulaire en klimaatneutrale samenleving’ en de bijbehorende projecten is te vinden op de volgende websites:

Door Fred Beekmans

Programmaleider Circular & Climate-neutral Society

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *