Vraag door als uw zoon of dochter naar een Open Dag is geweest, natuurlijk wilt u graag weten wat uw kind ervan vond. Maar hoe kun je als ouder goede vragen stellen? En wat als er helemaal geen antwoord komt? (geschikt voor ouders met een kind op (v)mbo, havo, vwo, hbo of wo)
Hoe was de Open Dag?
Dit was de vraag die ik het meeste stelde aan mijn kinderen als ze terug kwamen van een Open Dag. Als antwoord kreeg ik meestal ‘leuk‘ of ‘niks aan’. En daar was het dan meestal mee klaar. Dat was natuurlijk niet het type gesprek dat ik wilde met mijn kinderen, ik wou natuurlijk weten wat ze mee hadden gemaakt. Met zo’n antwoord als ‘leuk’ kun je niks als ouder. Ik heb toen gezocht naar : ‘hoe stel je een goede open vraag’.
Hoe stel je een goede open vraag?
- Goede open vragen zijn niet te breed: Vraag: Je zei dat je hoopte dat je meer te weten kwam over … Is dat gelukt?
- Open vragen zijn oordeelsvrij: Vraag: Wat spreekt je het meeste aan in die opleiding?
- Ze zijn duidelijk: Wat was het studentenoordeel van de opleiding die je hebt bekeken?
- Open vragen zijn gericht op je gesprekspartner: Pas je volgens jou op deze opleiding?
- Goede open vragen zijn actief: Wat is je volgende stap?
De ‘wondervraag’
Als het helemaal niet lukt om antwoord te krijgen, zou u ook de ‘wondervraag’ eens kunnen proberen. Daar heb ik als moeder én als professional goede ervaringen mee. Een ‘wondervraag’ is heel breed en laat veel ruimte voor de ander. Deze vraag kunt u goed gebruiken als u het over en heel andere boeg wilt gooien. De wondervraag kunt u bijvoorbeeld gebruiken als u twijfelt of uw kind wel handelt vanuit zijn passie en talenten.
Sommige jongvolwassenen antwoorden soms ‘zomaar wat’ puur omdat ze ‘er van af’ willen zijn. Bij een ‘wondervraag’ lukt dat niet. Dan moet je altijd antwoorden.
Voorbeelden van een ‘wondervraag’
- Herinner je je een persoonlijke ervaring die voor jou heel waardevol en leerzaam was?
- Kun je, zonder bescheiden te zijn, aangeven wat je bijzonder waardeert in jezelf?
- Als je drie wensen zou mogen doen voor jezelf, voor de toekomst welke zijn dat dan?
- Stel je zou alles kunnen worden en er is geen enkele beperking… wat zou je dan willen worden?
Als uw dochter dan zegt: ik wil president van Nederland worden… zeg dan niet: ‘Dat kan niet’. Vraag haar wat haar dan zo interessant lijkt om president te worden. Uitgaan van talenten en mogelijkheden levert meer op dan praten over wat ‘toch niet kan.’
U kunt natuurlijk ook eens samen een interessetest doen en daarover praten.
Samen naar een studiekeuzesite kijken
Het kan ook heel fijn zijn eens samen naar een studiekeuzesite te kijken. Kijk bijvoorbeeld eens samen naar de checklist van studiekeuze123. Er staan vijf stappen van het studiekeuzeproces beschreven. Hoe ver is uw zoon of dochter? Vraag door als de antwoorden niet zo duidelijk zijn.
- 1: Uitzoeken wat je leuk vindt
- 2: Kennis maken
- 3: Meer informatie vinden
- 4: Knoop doorgehakt, meld je aan
- 5: Laatste check
Weet uw zoon of dochter nog niet in welke fase van het studiekeuzeproces hij eigenlijk zit? Doe dan bijvoorbeeld de oriëntatiemeter test. Dan ontdekt de studiekiezer in welke fase hij zit. Als ouder kunt u natuurlijk voorzichtig over de schouder meekijken.
Samen aan de keukentafel?
Er zijn jongeren die het heerlijk vinden samen aan de keukentafel uitgebreid over van alles te praten. Maar ook veel jongeren vinden dat saai. Ikzelf heb als moeder nogal eens ‘succesjes geboekt’ met kleine gesprekjes. In de intimiteit van de auto, op weg naar ‘uitgaan’ of de sportclub heb ik heel wat fijne gesprekken gevoerd met mijn kinderen. Ook heb ik goede herinneringen aan ‘blokjes om in het bos’.
Vraag door en focus op talenten
Vanuit je bezorgdheid als ouder heb je soms de neiging wat meer te praten over wat er niet zo goed gaat. Een goed gesprek over studiekeuze moet echter gaan over talenten. Wat kun je goed?
Jongeren hebben ook iets aan uw mening: ‘ik vind dat je heel goed kunt ….’
‘Loopt’ het gesprek niet, stop dan en wacht een andere gelegenheid af (of creëer die). Uw rol als ouder is belangrijk. De helft van de scholieren en studenten vinden hun ouder hun belangrijkste adviseur. Misschien merkt u het pas over vele jaren, maar echt, uw advies doet er toe.
Keuzevragen
Bij alle keuzes die een mens maakt in zijn leven zijn er vijf basisvragen waar je antwoord op moet vinden om de goede keuze te maken:
- 1: Wie ben ik, wat kan ik?
- 2: Wat wil ik, wat drijft mij?
- 3: Welk soort werk past bij mij?
- 4: Wat wil ik worden?
- 5: Wie kan mij daarbij helpen?
Leren kiezen is een vak. Dat geldt voor studiekeuze maar ook voor alle andere keuzes die uw zoon of dochter in zijn of haar leven moet leren maken. Vraag door op de keuzevragen, u doet er de studiekiezer een plezier mee.
Tien tips voor een goede studiekeuze, hoe ondersteun ik als ouder?
Tip 1: begin op tijd met studiekeuze
Tip 2: vraag door en stel de goede vragen
Tip 3: let op de kwaliteit van de opleiding
Tip 4: studiekeuze en carrièreperspectief
Tip 5: let op studeerbaarheid
Tip 6: welke werkvormen zijn er?
Tip 7: stad of studie?
Tip 8: enthousiasme?
Tip 9: mijn kind kan niet kiezen
Tip 10: verwennen mag