Studiekeuzekind

Wat moet ik worden? Welk beroep past bij mij?

Heel wat jongvolwassenen en hun ouders zullen deze vraag herkennen. Als je moet kiezen uit meer dan duizend opleidingen en tienduizenden beroepen, zie je door de bomen soms het bos niet meer.  ‘Wat moet ik worden? Welk beroep past bij mij?’

Wat moet ik worden? Welk beroep past bij mij? Is dat wel een handige vraag?

‘Mijn kind weet echt niet wat hij/zij later worden wil?
U wilt niet weten hoe vaak ik deze verzuchting hoor. Soms stel ik dan een wedervraag: ‘Weet u wat u over tien jaar wilt doen?’ En dan begrijpen ouders meteen wat ik bedoel. We kunnen geen van allen overzien wat we over tien jaar willen en kunnen doen in ons beroep. Beroepen veranderen razendsnel, beroepen verdwijnen en er komen elke dag nieuwe beroepen bij. ‘Wat moet ik worden?’ is op zich geen slechte vraag. Maar beter is het te beginnen bij: ‘Wie ben ik nu?’ en ‘Wat wil ik eigenlijk met mijn toekomst?’

Wie ben ik? Je naasten zijn belangrijk bij het beantwoorden van deze vraag

Het begin van alle keuzes die je maakt is inzicht in wie je bent. Allemaal moeten we natuurlijk zo nu en dan stilstaan bij wie we zijn, waar we mee bezig zijn, wat onze passie is. Maar hoe vanzelfsprekend het ook is om over jezelf na te denken, voor een jongvolwassene valt dat niet mee. Een goed beeld krijgen van jezelf is voor hen echt niet makkelijk. Dat kun je ook niet in je eentje. Daar heb je anderen bij nodig.

Je naasten zijn je spiegel

De reacties van je naasten op je gedrag, zijn een spiegel. Die helpen om te begrijpen hoe je handelt en denkt. Jongeren zeggen vaak dat hun ouders een goede spiegel zijn. Ik zie nu menig ouder denken: ‘Ik? Een spiegel? Was dat bij ons maar waar!’ Misschien is dat bij u thuis toch wel het geval, ook al bent u zich er niet van bewust. Jongeren uiten dit soort dingen niet altijd naar hun ouders. Laat u zich daardoor alstublieft niet uit het veld slaan. De invloed van ouders is bij belangrijke zaken groter dan die van vrienden en Instagram infuencers.

Als ik als ouder dan belangrijk ben… wat kan ik dan doen?

Ouders vragen vaak wat dan hun rol kan zijn. Dit is natuurlijk vooral iets voor ouders en hun kinderen om samen te ontdekken. Maar in elk geval moet je als ouder niet jouw eigen wensen en verlangens projecteren op je kind. Dat is niet zo makkelijk. Ook ik heb, onbewust, echt wel eens mijn eigen wensen voor de toekomst van mijn kinderen, naar hen uitgestraald. Soms moeten jongeren de ‘goede raad’ van hun ouders in de wind slaan.

Eigen weg zoeken

Hoe goed bedoeld een advies ook mag zijn, jongeren moeten hun eigen weg zoeken en vinden. Probeer als ouder slechts een ‘spiegel’ te zijn, geen ‘richtingaanwijzer’. Probeer te zeggen: ‘ik zie dat je graag muziek maakt’ in plaats van ‘is het conservatorium iets voor jou?’. Je kunt als ouder hooguit wijzen op een studiekeuzesite. En misschien eens voorzichtig zoeken op ‘iets met muziek’. En eens kijken naar de bijsluiter van die opleidingen. En, in een later stadium, als je kind interesse toont, hem of haar laten zien hoe hij er achter komt wat goede opleidingen zijn. Maar doe dit heel voorzichtig. Een jongvolwassene laat zich niet sturen.

Wat moet ik worden? Welk beroep past bij mij?

‘Mijn kind vindt helemaal niets leuk’, ook dat hoor ik vaak. Maar ik denk dat dit in werkelijkheid niet zo is, al zegt uw kind dat. Ik denk dat ieder mens dingen leuk vindt. Wat jongeren vaak blokkeert is dat ze denken dat ‘iets toch niet kan’. Dat ze zelf iets niet kunnen…, dat dit in deze maatschappij niet kan…, dat je zo je brood niet kunt verdienen…, dat hun ouders dit toch niet goed vinden…, dat vrienden dit raar zullen vinden.
Maar iedereen vindt dingen leuk, al lijken ze nog zo onbeduidend. Lijkt het alsof een jongvolwassene nergens een passie voor heeft?
Schooldecanen en studiekeuzecoaches stellen dan vaak de ‘wondervraag’. Wat als er een wonder zou gebeuren…

De ‘wondervraag’

Als alles mogelijk was…Wat zou je dan doen?

Wat moet ik worden? Wat is mijn werkelijke passie? De ‘wondervraag’

Het liefst zou ik nu stoppen met schrijven. De rest van dit blog leeg laten. Want alleen in ‘leegte’, in rust, in stilte kun je voor jezelf die vraag beantwoorden.
Dit is een nadenkvraag waar veel tijd voor nodig is. En die iedereen zichzelf zo nu en dan zou moeten stellen. Jongeren, en ook volwassenen, komen met de meest onwaarschijnlijke antwoorden. Prima. Hoe fantasierijker hoe beter. Maar zoek ook uit waarom je dit zo voelt.

De wondervraag is geen studiekeuzetest

De uitkomst van de wondervraag levert geen beroep op. De wondervraag levert ook geen studie op. Het levert wel een fantasierijk beeld van wat je zou kunnen bedenken voor je toekomst. In je dromen. Maar dromen kunnen een goed begin zijn van een nadenkproces.

Het antwoord op de wondervraag

Ikzelf ontdekte, na heel wat nadenk-wandelingen, in mijn pubertijd, dat ik zou willen ontdekken hoe het zit met de fundamenten van de maasbrug in Maastricht. Zouden die nog uit de Romeinse tijd kunnen komen? Dat zou ik graag willen onderzoeken. Als die fundamenten er onder water echt zouden zijn.. dan zou ik alles willen weten over de mensen die ze gebouwd hebben. Ik zou daar boeken over willen schrijven en lezingen over willen geven. Dat was mijn ‘wondervraag’. Dat zou ik willen doen, als wonderen zouden bestaan. Als alles zou kunnen.
Een idioot doel? Misschien.

De volgende stap, meer wegen naar Rome

Maar een volgende stap is dan: ‘Waarom zou ik dit willen onderzoeken?’ ‘Wat maakt dat dit me geweldig lijkt’. Ik ontdekte dat ik graag dingen die verborgen zijn, wil doorgronden. In het nu en in het verleden. Dat stimuleerde mij om een lesbevoegdheid geschiedenis te halen. En ik realiseerde me dat ik graag schreef. Ik heb ook Nederlands gedaan. En later ben ik communicatie gaan studeren om het gedrag van mensen beter te kunnen doorgronden, om de fundamenten van menselijk gedrag te begrijpen. En ik ben sportduiker geworden.
Nee, die fundamenten van de maasbrug heb ik nooit gezien… En ik had ook archeoloog kunnen worden… of psycholoog… of filosoof… of organisatiekundige… of bouwvakker. Maar ik ben, met passie, lerares geworden. Er zijn veel wegen om invulling te geven aan je passie. Er leiden meer wegen naar Rome.

Wat moet ik worden? Loopbanen zijn geen rechte lijn…

Loopbanen zijn geen rechte lijn. Jongeren denken vaak van wel. Ze denken dat studiekeuze een keuze voor je hele leven is. Dat je hele toekomst daarvan afhangt. Maar dat is echt niet zo. Ga maar na bij uzelf hoe carrières soms hobbelig en kronkelig verlopen. Niks erg als je toekomstperspectief verandert… Als je maar een beetje bij het antwoord op je eigen ‘wondervraag’ blijft. Als je maar een beetje bij je passie blijft. En dicht bij jezelf blijft, bij wie je hier en nu bent. ‘Ik wil niet weten wat ik later word, ik wil weten wie ik nu ben’, zegt Paul Heijmering, studiekeuze-expert. Wat je dan later wordt, is een kronkelig, soms onvoorspelbaar, maar achteraf, meestal een logisch proces. ‘Van het een kwam het ander’, zeggen mensen dan.

 

Mobiele versie afsluiten