15 september 2016 | Categorie: Voedselvoorziening

Voedselvoorziening: van het land naar het schap

Door Peter Smeets

The focus of my current work at Wageningen University & Research has since 2000 been the development of a new concept: metropolitan agriculture in which Agroparks play a central role. These are spatial clusters of agro production and processing that combine intensive plant- and meat and dairy production within the framework of industrial ecology. I have been working on the development of agroparks in metropolitan areas in Northwestern Europe and in China, India, Mexico, South Korea and Africa. A few of these designs are being implemented. In 2009 this work resulted in a PhD in Agricultural Sciences. From 2004 to 2009 I have been part time project director in the TransForum innovation program on agriculture and sustainable development. From 1996 to 2004 I have been head of the Landscape Department of Alterra, Wageningen UR. In this period the department grew from 25 to 240 scientific staff. I also have been involved in policy advising and in research and planning projects that aim amongst others at urban-rural relationships, the future of agriculture, and at integrated regional development.

Maaltijdsalades, verse sappen, verse kruiden en handig voorgesneden (soep)groenten: al jaren zijn ze niet meer weg te denken uit de supermarkt. Maar achter die kleine aankoop gaat een complexe en uiterst geavanceerde wereld schuil.

Of versgeperst sap in de toekomst zo goed beschikbaar blijft als nu, is de vraag. Steeds meer mensen worden namelijk afhankelijk van de beperkte hoeveelheid landbouwgrond op aarde (zie filmpje). De verwachting is dat in 2050 70 procent van de wereldbevolking in stedelijke gebieden woont. De middenklasse groeit en daarmee stijgt de vraag naar gezond en veilig (gemaks)voedsel, zoals kant-en-klaarmaaltijden, zuivelproducten, voorverpakte vis en verse groenten en fruit die het hele jaar door verkrijgbaar zijn. Een voldoende voedselvoorziening vraagt om duurzame productie, een goede infrastructuur, slimme logistiek en ondersteunende technologie.

Overschot en tekort in de voedselvoorziening

Al in 1994 liet de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid in een verkenning voor 2040 zien dat vraag en aanbod wereldwijd ongelijk verdeeld zijn, nu en in de toekomst. Amerika, Noord-Europa, Rusland, Afrika en Australië kunnen meer produceren dan hun bewoners vragen. In Zuid-Europa, Noord-Afrika, het Midden-Oosten, India, China en Zuidoost-Azië is dat juist andersom. Zonder een wereldwijde samenwerking en herverdeling zullen er grote tekorten ontstaan in deze regio’s.

Wageningen University & Research (WUR) doet samen met Nederlandse ondernemers en de overheid al jaren onderzoek naar het verbeteren van voedselproductie wereldwijd. Onderzoekers werken aan efficiënter gebruik van grondstoffen. Ook zoeken ze manieren om de voedselproductie te verbeteren met bijvoorbeeld GIS-gestuurde tractoren, slimme inzet van insecten als ongediertebestrijders en energieneutrale kassen. Een derde onderzoeksdoel is ervoor te zorgen dat verse en bederfelijke producten zo snel en gezond mogelijk bij de consument kunnen komen.

Kortom, systemen die bijdragen aan duurzame ontwikkeling. Techniek is een belangrijk onderdeel van de vooruitgang. De crux zit hem echter in kennis en kunde van de bedrijven in de keten, en in hun samenwerking met kennisinstellingen en de overheid. Ook de wijsheid van maatschappelijke groepen die deze samenwerking kritisch begeleiden is cruciaal.

Ratio vraag en aanbod voedsel in 2040

Onafhankelijke tussenpersoon

WUR richt zich niet alleen op de voedselsector zelf, ook daarbuiten wordt de samenwerking gezocht. Met name in en rond de stad wordt bestudeerd hoe partijen in de voedselketen hun grondstoffen en bijproducten met andere economische sectoren uitwisselen, hoe ze hun afval verwaarden en hun logistiek delen. De voedselproductie wordt deel van de circulaire economie.

Joost Snels en Arjen Daane van WUR zijn betrokken bij het onderzoek. “Wij geven bedrijven en overheden het inzicht om complexe en soms gevoelige beslissingen te nemen over de inrichting van bestaande en nieuwe productieketens”, zegt Snels. “Wij fungeren vaak als onafhankelijke intermediair met een internationale topreputatie. Zo helpen wij voedselbeschikbaarheid te garanderen en lokale bedrijven hun marktpositie te versterken.”

Foodmetres en de Global Detector zijn methodes waarmee deze beslissingen ondersteund kunnen worden. Daarbij kijkt de Foodmetres benadering ook naar de ecologische footprint van voedselconsumptie. De tool werd onlangs in Rotterdam en Milaan toegepast. Ook voor andere wereldsteden laat hij zien wat de impact van voedselkeuzes in steden is voor gebieden elders.

Nederland zet zich in voor innovaties in de voedselproductie wereldwijd

Grootste exporteur ter wereld

Mirte Cofino is projectleider Agroparken en Metropolitan Food Clusters. Ze adviseert bedrijven en overheden, zoals in Mexico, China en Egypte, over integrale voedselzekerheidsstrategieën. “Nederland zet zich in voor innovaties in de voedselproductie wereldwijd”, zegt ze. “Om dat te kunnen blijven doen, moeten we blijven investeren in innovatie door de hele keten heen, van primaire productie tot verwerking en logistiek, en in onze kennis over hoe we die ketens kunnen optimaliseren. Daarbij spelen regionale clusters een belangrijke rol.”

Neem bijvoorbeeld groenteproductie. Nederland is de grootste exporteur ter wereld. Ons land kent een aantal greenports: gebieden waarin telers, veilingen, exporteurs en toeleverende bedrijven dicht bij elkaar zitten. In deze clusters ontstaan nieuwe cross-overs: Microsoft bouwt in glastuinbouwcluster Agriport A7 grote servers die profiteren van de gedecentraliseerde stroomopwekking die de tuinders leveren. Daardoor loopt Microsoft geen risico bij stroomuitval en blijft internet altijd online. En andersom: de warmte van de servers gaat in de toekomst de kassen in. Een klassiek voorbeeld van een win-winsituatie.

Deze toepassing van circulaire economie in de tuinbouw heeft ook potentie voor andere ketens en is een populaire oplossingsrichting omdat het zowel op financieel als milieutechnisch vlak kansen biedt. Dat gaat niet vanzelf: uitwisseling vereist fysieke nabijheid (en dus clustering), een minimale schaalgrootte en gebruik van hoogwaardige technologie.

Technologische vooruitgang

Veel van de mogelijkheden op het gebied van landbouw en voedselvoorziening worden mogelijk gemaakt door technologische vooruitgang. Nederland loopt daarin voorop – onze stallen, kassen en productietechnologie gaan de hele wereld over. Toch is niet iedereen daar blij mee: er is veel wantrouwen richting grootschalige landbouwbedrijven, vooral in de veehouderij. Dat stelt de Nederlandse landbouw voor grote dilemma’s: moeten we investeren in de groei van de sector zodat ze technische oplossingen kan blijven ontwikkelen om onze kennis en kunde in dienst te stellen van het wereldvoedselprobleem? Of is lokale overlast zo ernstig dat we paal en perk moeten stellen aan de uitbreiding van onze veehouderijsector? Kunnen we oplossingen vinden die beide kanten bedienen?

Praat mee

Net als in de glastuinbouw zouden we in de veehouderij moeten kijken naar clusters als oplossingsrichting om deze sector beter in te passen in het verstedelijkte landschap. In de glastuinbouw is dat model zeer succesvol gebleken – we zouden het minimaal een kans moeten geven in regio’s waar nu veehouderij tot verzet leidt.

We zijn benieuwd naar jouw mening en zouden het interessant vinden als je die hieronder toelicht. We gaan hierover graag met je in gesprek. Of heb je een vraag? Die kun je natuurlijk ook stellen.

Metropolitan Solutions

In 2050 zal 70% van de mensheid in steden wonen. Daardoor worden vraagstukken rond duurzaamheid en kwaliteit van leven voor die steden steeds dringender. In sept-okt 2016 verschenen er 8 artikelen van Wageningen University & Research op nrc.nl over verschillende oplossingen voor deze uitdagingen. We werken daarbij o.a. aan hitte-eilanden, wateroverlast, voedselvoorziening, luchtkwaliteit, stadslandbouw, leefbaarheid maar ook beleidsplannen en de inrichting van steden. Kijk voor meer informatie over Wagenings onderzoek hiernaar op de themapagina Metropolitan Solutions.

 

Dit artikel is geschreven door verschillende wetenschappers van Wageningen University & Research, onder eindredactie van NRC.

Door Peter Smeets

The focus of my current work at Wageningen University & Research has since 2000 been the development of a new concept: metropolitan agriculture in which Agroparks play a central role. These are spatial clusters of agro production and processing that combine intensive plant- and meat and dairy production within the framework of industrial ecology. I have been working on the development of agroparks in metropolitan areas in Northwestern Europe and in China, India, Mexico, South Korea and Africa. A few of these designs are being implemented. In 2009 this work resulted in a PhD in Agricultural Sciences.
From 2004 to 2009 I have been part time project director in the TransForum innovation program on agriculture and sustainable development.

From 1996 to 2004 I have been head of the Landscape Department of Alterra, Wageningen UR. In this period the department grew from 25 to 240 scientific staff. I also have been involved in policy advising and in research and planning projects that aim amongst others at urban-rural relationships, the future of agriculture, and at integrated regional development.

Er zijn 14 reacties.

  1. Door: Tom M. Wolters · 20-09-2016 om 17:19

    Juist met in verstedelijkende gebieden kan het totstandbrengen van kringlopen waar zowel de stad als landbouw en – in dit geval vooral – veeteelt deel van uitmaken, tot een betere verstandhouding leiden en het (broodnodige) contact van stedelingen met ‘de levende have’ herstellen dan wel versterken.

  2. Door: Mirte Cofino · 21-09-2016 om 13:23

    Bedankt voor je reactie Tom! Helemaal eens: het benutten van mogelijkheden in de kringloop is precies wat we beogen met het pleidooi voor clustering. De potentie van reststromen uit de stad zelf wordt daarin nog onderbenut, maar is zeker een perspectief waar aan gewerkt wordt; daarmee wordt het systeem als geheel nóg efficiënter en wordt de landbouw inderdaad beter inpasbaar in de stad.

    Overigens valt nog de kanttekening te plaatsen dat kringlopen eigenlijk alleen volledig te sluiten zijn op het niveau van de wereld als geheel – veevoer komt vaak uit het verre buitenland, waardoor fosfaten en andere nutriënten ook weer in balans gebracht moeten worden. In onze ambitie zouden we dan – mijns inziens – ook moeten zoeken naar manieren om juist optimaal gebruik te maken van de kracht van gebieden in combinatie met slimme (agro)logistiek.

  3. Door: Usha Doekhie · 16-10-2016 om 18:01

    We zijn er allemaal bij gebaat als slim hergebruik van o.a dierlijk afval input levert voor bijv. New Farming. Het bewustzijn moet groeien dat er veel meer gedaan moet worden om uitgeputte landbouwgrond weer snel zodanig van kwaliteit te maken dat niet alleen de lokale bevolking hiervan kan profiteren, maar de hele regio. Hierdoor verbeteren op nationaal niveau zowel leven als het economisch rendement voor boeren maar ook alle daaraan gerelateerde bedrijven. Niet alleen op het “platteland” maar zeker ook in de nabije steden.

    1. Door: Mirte Cofino · 18-10-2016 om 12:28

      Bedankt voor je reactie Usha. Hergebruik van dierlijke producten betekent vaak óók dat die producten dan niet te ver van de stad af mogen liggen, wat op zijn beurt weer tot gevolg heeft dat we moeten nadenken over hoe dierlijke productie in de buurt van de stad te handhaven is. Wageningen University & Research werkt in dit kader onder andere aan technische oplossingen om de inpassing in het stedelijk gebied mogelijk te maken. Hoe kunnen we deze bedrijven in goede harmonie laten samenleven met de stadsbewoners?

  4. Door: O.L.E. Jongmans · 18-10-2016 om 10:17

    “clusters van oplossingsrichting” hoe durft de krant van Japke.d Bouma dergelijke jeuktaal te gebruiken!

  5. Door: jos van Veen · 18-10-2016 om 13:00

    wel, dit soort dingen is niet mijn ding (net als voor velen denk ik) en aangezien het om teremen gat die vlot gebruikt worden wordt het er niet beter op.
    Wat versta je onder “clusters” ? (daar krijg ik verschillende fantasieën bij)
    Het gaat over veeteelt en dat is natuurlijk compleet iets anders dan tuin-en kasbouw..(fosfaat productie,versus fosfaatverwerking, bijv.) Niet alleen in praktijk , maar ook in acceptatie.

    De afgelopen jaren hebben aangetoond dan besmettelijke ziekten bij hoge concentraties van veeteelt (inclusief onderscheid in diersoort) een ramp is voor de dieren, een impact hebben op de economie en inkomen en een geweldig verlies aan dieren betekent.

    Als clusters betekenen: concentraties van diersoorten die ook nog besmettelijke ziekten kunnen delen dan raag je om problemen
    Als clusters beteken- als stompzinnig voorbeeld(alle kippen naar Noord Holland, alle varkens naar Limburg en alle Koeien naar Oost Groningen en alle konijnen naar Utrecht, dan ben je volgens mij heel gevaarlijk bezig.

    Als verstedelijkig het enige alternatief is dan krijgen we een beschikbaarheidsprobleem(ruimte bijv.), een ernstig logistiek probleem(aan/afvoer,versprreiding), een verwerkingsprobleem en risico voor overdraagbaarheid van ziekten.
    En dan maar hopen dat er zich geen verspreiding van mens-dier ziekten voordoen.Gaan we dan de mest dumpen in de Shara, of zo?

    Een geweldige investering in medisch biologisch onderzoek en frmaindustrie zal nodig zijn om dierziekten en besmettingen bij mensen te behandelen of te voorkomen.

    De kosten zullen oplopen voor transpaort..het lijkt me logisch dat veelteelt verschuift naar buitenstedelijke gebieden..(alhoewel Japan varkens kweekt in flats.Hoe ze de ammoniak en stank afvangen weet ik niet)

    Tuinbouw met directe verkoop aan de rand van een stad (bij groei zelfs geincorporeerd in wijken) met eigen verkoop, biedt goede kansen..een giga verschil met varkens..door de stank zal dit niet gauw in een wijk geaccepteerd worden, soortgelijk voor pluimvee)
    Die logistiek zal dan weer gevolgen hebben voor beschikbare wegen.

    De allocatie zal doorgaans behorlijk ver van de steden liggen en daar komen dan de oostelijke en Noordelijke provincies voor in aanmerking

    E.e.a. zal ook binnen het kader van CO2 discussies moeten plaatsvinden.

    Verstedelijking lijkt geijkgesteld tye worden met meer kansen en betere voorzieningen maar voorlopig zl verstedelijking meer plaatsgrijpen in rijkere naties die meer comfort bieden voor inwonders maar ook enorm veel losres zullen kennen en m.n trekpleisters zijn voor illegalen, criminelen,asielzoekers die en masse kunnen binnentreken..(pullfactor)
    Comfort werkt bevolkend en bij gebrek ontvolkend(push factor)

    Politiek kan kiezen voor ontvolking van regio’s en grotere spreiding van kleinstedelijke gebieden en dat heeft weer directe impact op ideeën rond clustering van veehouderij.
    Enig masterplandenken is dus wel zo verstandig.
    Als de hele rand en het Gooigebied één grotestad wordt gevuld n met ene enorm cultureel allegaartje dan wordt de verdringing wel enorm groot..
    Een natie kan niet eindeloos blijven verstedelijken! Dat lijkt mij voor de hand hand liggen…dan verdringen mensen alle flora en fauna en daarmee ook zichzelf.
    En doordenkend aan wat er hedendaags plaatsgrijpt , moet een dergelijke visie niet worden uitgesloten.
    Binnenkomende mensenmassa’s die binnenkomen, mensen die wij niets te bieden hebben anders dan geld en eten,mensen die ook niets kunnen bijdragen en passief blijven maakt ene levende natie kapot..en ze blijven komen, of de steden nu in snel tempo vervallen of niet

  6. Door: I.Willem Noordergraaf · 18-10-2016 om 14:42

    Nederland is te klein en te vol voor grootschalige landbouw/veeteelt. In plaats van de rat-race van willen concurreren met de ‘wereldmarkt’ moeten de NL-boeren zich richten op producten met hogere toegevoegde waarde: biologisch, streekproducten, specialties, grondgebonden enz.
    Ik ben Chemisch Technoloog maar al ruim 20 jaar betrokken bij milieu- en landschapsvraagstukken in Groningen via de Natuur- en Milieufederatie Groningen in diverse vooral adviserende rollen.

  7. Door: P.J. Polfliet · 18-10-2016 om 15:10

    We moeten eens ophouden het aantal mega varkensstallen uit te breiden. Gaat allemaal ten koste van de gezondheid van mensen, bederf van het grondwater, schade voor het milieu en ga zo maar door. We het zou beter zijn dat er in Europa minder vlees wordt gegeten.

  8. Door: Anne Cazemier · 18-10-2016 om 19:29

    Als we natuur en landschap willen sparen, moet voedselproductie in clusters op het in industrieterrein van de stad gaan plaats vinden. Maar dan wel gemengd. Vlees, vis en plantenteelt op een locatie. Een circulaire voedselproductie op industriele schaal.

  9. Door: margreet hirs · 18-10-2016 om 20:13

    Jeuktaal? De taal van een brakende koe!

  10. Door: len edzes · 18-10-2016 om 21:05

    het zou al helpen als we de verwarmde glastuinbouw afschaffen. We leven in een energie transitie tijperk. De verwarmde glastuinbouw is een zwaar gesubsidieerde bedrijfstak die energie vreet. De producten die worden geleverd zijn gemakkelijl en energiearmer te leveren via import.

  11. Door: Jan Willem Faasse · 18-10-2016 om 23:13

    Begrijp ik het goed? Gaan we het probleem van inefficiënte veeteel clusteren? Wanneer we voor 5 miljard mensen voldoende eten en drinkwater willen hebben zal veeteelt toch aan banden moeten worden gelegd. Stadslandbouw lijkt mij een goed idee, maar mechanisering van de vleesteelt is het paard achter de wagen spannen. Het ontwikkelen van een aantrekkelijke vleesvervanger is effectiever.

  12. Door: Jaap den Hollander · 19-10-2016 om 12:43

    Ik verbaas mij dat in Zuid-Holland div.glastuinders meerdere malen onteigend zijn.
    Blijkbaar geen visie in verstedelijking,pure geldverspilling.
    Ik denk dat kleinschalige bedrijven goed in pas baar zijn in verstedelijking.Denk zelfs een verrijking.

  13. Door: theon · 27-10-2016 om 12:34

    Ja hoor, gooi nog maar eens 2/3 van alle boeren er uit. Steeds minder mensen betrokken bij het maken van ons voedsel. Weg met de kleine man, leve de multinationals. Laten we ook hun land inpikken voor huizen of het anders volzetten met bomen, dan zijn we ook van de stank af. Waarom zouden we ons uberhaupt druk maken om ons voedsel? En de bioterroristen? Die nemen we op in de politiek.
    Ik ben boerenzoon

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *