Foodcamp: actieve dialoog over voeding en voedsel
“Vraag alles over eten aan wetenschappers van Wageningen UR”, zo luidde de uitnodiging van Wageningen UR om op 10 december naar het evenement Foodcamp te komen. En vragen waren er, zo bleek tijdens de middag en avond. Tijdens Foodcamp stond de dialoog over voedsel en voeding tussen de samenleving en wetenschappers centraal. Zowel bij dialoogsessies als op de innovatiemarkt en tijdens rondleidingen was er na een korte introductie door wetenschappers tijd voor vragen en discussie. Menig sessie liep uit, omdat de bezoekers nog niet uitgevraagd en uitgesproken waren. Onderstaand overzicht geeft weer welke vragen (onder meer) zijn gesteld. Bekijk het videoverslag van Foodcamp.
Alternatieven voor vleesproductie
Wageningen UR werkt aan onderzoek naar alternatieven voor de gangbare manier van vleesproductie. De dialoogsessies met hoogleraar Cor van der Weele over kweekvlees en met hoogleraar Atze Jan van der Goot over een vegetarische biefstuk van peulvruchten spraken tot de verbeelding. “Eten we echt zoveel vlees per jaar?” reageerde één van de bezoekers verbaasd op de mededeling dat we gemiddeld bijna 80 kilo vlees per jaar consumeren. “Hoe vangt de veehouderij het op dat er alternatieven worden ontwikkeld?” vroeg een ander. Cor van der Weele beaamde dat hier inderdaad nog goed naar gekeken moet worden. Ook naar het antwoord op andere, veelal praktische, vragen moet nog onderzoek gedaan worden. Bijvoorbeeld: “Kun je ook jus maken van een vegetarische biefstuk?” of “Wat is het verschil in duurzaamheid tussen kweekvlees en ‘gewoon’ vlees?”.
Landbouwproductie en alternatieven
De stijgende temperatuur op aarde heeft gevolgen voor de voedselproductie. Universitair docent Pytrik Reidsma liet zien welke aanpassingen er nodig zijn om de effecten van klimaatverandering te verminderen. “Is het eerder voorgekomen dat zulke grote aanpassingen nodig waren?” was hierop de reactie. Dat bleek zo te zijn, al is de situatie nu wel veel extremer. Andere vragen waren bijvoorbeeld “Is hierin niet ook een grote rol weggelegd voor de politiek?” en “Is het binnenzetten van koeien ook een oplossing voor de hoge emissie uitstoot?”.
Om in 2050 de verwachte negen miljard mensen op de wereld te kunnen voeden, zijn alternatieven nodig voor de huidige landbouwproductie. Onderzoeker Willem Brandenburg ging met bezoekers in op de vraag hoe de teelt van zeewier op zee hiervoor een oplossing kan bieden. En dat bleek een interessante. “Bevat zeewier alle voedingsstoffen?”, “Zijn er al producten van zeewier in de markt gezet?” en “Wat te doen met de vetten die mensen nodig hebben en die niet in zeewier zitten?” waren enkele vragen van het publiek.
Genetisch gemodificeerde planten
Het onderwerp genetisch gemodificeerde planten blijkt in de dialoogsessie met Richard Visser, hoogleraar en hoofd van Wageningen UR Plant Breeding, veel vragen op te roepen. Al eeuwenlang zijn mensen bezig geweest om de natuur naar onze hand te zetten en zoveel mogelijk en gevarieerd voedsel te verkrijgen. “Is de levensloop van alle rassen dan steeds bijgehouden?” was dan ook één van de vragen. Nee, dat bleek niet zo te zijn, zeker voor het jaar 1500 niet. Ook waren bezoekers nieuwsgierig naar het antwoord op vragen als ‘Blijven de nu bestaande rassen wel bestaan, of blijven die veranderen?”, “Hoe ver kan de productie theoretisch nog doorgroeien?” en “Kunnen we met genetisch gemodificeerde planten op tegen resistente pathogenen?”.
Robotisering
Voedselproductie wordt steeds meer geautomatiseerd. Robots spelen een grote rol bij het verpakken van producten en bij de kwaliteitscontrole. Gert Kootstra, onderzoeker op het gebied van kunstmatige intelligentie, had na zijn introductie eerst zelf een vraag voor het publiek: “Wat vinden jullie van deze ontwikkeling?”. De zaal was unaniem van mening dat het een goede ontwikkeling is dat deze industrie, met veel zwaar, repetitief handwerk, verder wordt geautomatiseerd. Machines leveren objectieve en over de tijd stabiele kwaliteitsbeoordeling, worden niet moe, kunnen onder ideale atmosferische omstandigheden werken en zijn bovendien veel hygiënischer dan mensenhanden. Uiteraard kwam de vraag ook op over robots die banen inpikken. Maar ook direct de wedervraag: “Maar wie wil dit werk eigenlijk nog uitvoeren?”.
Een ander punt waarover gesproken is, is waarom automatisering in de voedingsindustrie veel minder ver gevorderd is in vergelijking met bijvoorbeeld de automobielindustrie. Reden daarvoor is de variatie in natuurproducten: elke appel ziet er anders uit, voelt anders en heeft een andere vorm en grootte.
Gezond eten
Wetenschappers Laura Bouwman en Emely de Vet gingen met het publiek in gesprek over respectievelijk ‘De oorsprong van gezond eten’ en ‘Weerstand bieden aan voedselverleidingen’. Hierbij werden vragen gesteld als “Hoe kan blootstelling aan verleidelijk voedsel, zoals snoep, op den duur juist helpen om minder te snoepen?” en “Verandert eetgedrag als mensen ouder worden?”. De gesprekken hielpen het publiek erover na te denken hoe gezonder eten beïnvloed kan worden door het gevoel dat mensen hebben bij eten.
Hightech food
Eten kun je op vele manieren maken. En als je de nieuwste technologie inzet kun je dat eten ook gezonder en langer houdbaar maken. Karin Schroën, hoogleraar levensmiddelentechnologie, lichte aan de hand van vele praktische voorbeelden zoals het maken van mayonaise, de stand van de techniek toe. “Hoe gezond of ongezond is mayonaise eigenlijk?” en “Welke zuren kunnen gebruikt worden voor het maken van mayonaise?” waren enkele vragen die hierop als reactie kwamen.
Alles vragen over eten
Op de innovatiemarkt konden bezoekers alles vragen over onderzoeken waaraan nu wordt gewerkt. Bijvoorbeeld op het gebied van authenticiteit, haver, soja en algen. Met een virtual reality-bril kon men in de virtuele supermarkt ‘rondlopen’ en met een speciaal pak kon men voelen hoe het is om oud te zijn. Wetenschappers lichtten daarbij toe welke rol voeding speelt bij gezond ouder worden. Tijdens rondleidingen door de kassen werd de productiekant van voedsel belicht en tijdens de rondleiding door de universiteitsbibliotheek waren enkele van de oudste boeken op het gebied van voeding te bekijken. Zomaar een paar gehoorde vragen: “Kun je met voeding alleen je spierkracht verbeteren?”, “Hoe gezond is haver eigenlijk?”, “Hoe kun je zien of iets biologisch is?” en “Wat is de toegevoegde waarde van algen in je eten?”.
Terugblik
Foodcamp is onderdeel van de Wageningen Dialogue over voeding en voedsel. Ook de speciaal ontwikkelde app Hapsnapp, een app die met de gebruiker ‘praat’ en weetjes geeft over het dagelijks eten, maakt deel uit van deze dialoog, net als deze Voeding blog. Met de Wageningen Dialogues wil Wageningen UR op een toegankelijke manier invulling geven aan haar voornemen uit het strategisch plan om met de samenleving in gesprek te gaan over onderwerpen waar maatschappelijke vragen of zorgen over zijn en waarover Wageningen kennis heeft.
Rector magnificus Arthur Mol sloot Foodcamp af door samen met de bezoekers terug te blikken op deze Wageningen Dialogue. “Hoe voeden we de hele wereld” bleek hier de meest belangrijke vraag te zijn volgens het publiek. Vragen die hier verband mee hielden waren bijvoorbeeld “Waarom eten we nog geen insecten in de Westerse wereld?”, “Hoe kunnen we voedsel beter verdelen over de wereld?”, “Hoe kunnen we het dieet veranderen?” en “Hoe kunnen we de potentie van de zee beter benutten om voedsel te produceren?”.
Foodcamp heeft veel interessante gesprekken opgeleverd en evenzoveel nieuwe vragen van de samenleving aan Wageningen UR. Deze worden waar mogelijk meegenomen bij het bepalen van de onderzoeksagenda.
Dit artikel is geschreven door Gerjanne Brink, coördinator van Foodcamp, in samenwerking met Susanne Laven, projectleider van deze Wageningen Dialogue over voeding en voedsel.