Studeren is ook accepteren wat je niet kunt
Door Hermien Miltenburg
Studeren vraagt heel wat van een jongvolwassene. De meeste studenten hebben gewoon een leuke tijd waarin ze veel leren en gewoon een goede tijd hebben. Maar soms ontdek je tijdens de studie ook dat er dingen zijn die je niet zo goed kunt. De kunst is dan je eigen, nieuwe, weg te zoeken. Studeren is ook accepteren wat je NIET kunt, zo ontdekte Arno Traa. Maar ook verder gaan met zoeken naar je werkelijke interesses. En je netwerk goed gebruiken.
Studeren is ook accepteren wat je niet kunt, Arno van Traa
Fysiotherapie
‘Iets met gezondheid en sport is altijd mijn interesse geweest. Ik ging dus ook zoeken naar een studie en een beroep in die richting. Fysiotherapie, dat leek me wel echt iets voor mij. En de studie beviel me ook goed. Maar tijdens praktijkexamens en mijn stage in het tweede studiejaar bleek dat het werk van fysiotherapeut redelijk fysiek was en dat het iets te veel van mij vroeg. Ik moest uiteindelijk toch erkennen: fysiotherapie is niet de weg die ik op moet. En studeren is ook accepteren wat je niet kunt’.
Nieuwe studiekeuze
‘Ik moest erkennen dat ik een andere studiekeuze moest maken. Maar er waren wel een paar dingen die ik al wist. ‘Iets met gezondheid’ had echt mijn interesse. Daar ben ik toen doen ook naar gaan kijken. Maar binnen het interessegebied gezondheid zijn er natuurlijk veel mogelijkheden. Er zijn honderden opleidingen binnen dit interessegebied. Ik heb hulp gekregen bij mijn studiekeuze van een studiekeuzebureau. Maar ik heb ook zelf gezocht op het internet. En mijn netwerk gebruikt’.
Netwerk is belangrijk bij studiekeuze
‘Toen ik stage liep bij fysiotherapie heb ik ook kennisgemaakt met een diëtist die in dat gezondheidscentrum werkte. Met haar heb ik toen een dagje meegekeken. Dat was heel nuttig. En ik had nog contact met een oud klasgenoot die Voeding & Diëtetiek deed. met heb ben ik toen een dagje gaan meelopen. Zo krijg je wel een duidelijk beeld van wat een studie inhoudt. Ik heb toen bijvoorbeeld een werkcollege gevolgd. Daar moest je het vetpercentage van iemand meten met een huidplooimeter. En ik volgde een college over de vertering van voeding. Dat sprak me wel aan. Voeding & Diëtetiek, dat zag ik mezelf wel doen’.
Stage, je leert meer over jezelf
‘Mijn studie ging goed. Ik wou eigenlijk wel richting sportdiëtist. Achteraf paste dat ook wel bij mijn eerdere wens om fysiotherapeut te worden. Toen kwam de eindstage. Die liep toch niet zoals ik wenste. ik merkte dat ik de gesprekken met cliënten af en toe lastig vond. Ik ging twijfelen… Is dit dan wat ik verder als beroep wil? Studeren is ook accepteren wat je niet kunt, en dus ging ik nadenken over een andere wens die ik eigenlijk al een tijdje in mijn achterhoofd had’.
Onderzoek
‘Toen ik indertijd op het vwo zat had ik geen geweldige cijfers en besloot ik om naar de havo te gaan, omdat je daarmee ook op het hbo kunt komen. Studeren is ook accepteren wat je niet kunt, dat geldt ook op de middelbare school. Maar onderzoekjes doen vond ik erg leuk op het vwo, dat hield ik wel in mijn achterhoofd.
Na de havo ging ik naar het hbo. En tijdens mijn studie op het hbo vond ik dat weer opnieuw interessant. Zo langzamerhand begon ik een nieuw plan te krijgen: Na mijn hbo naar de universiteit. Onderzoek doen, maar nu op de universiteit. Vroeger had ik dat echt nooit gedacht van mezelf. Maar je ontwikkelt jezelf ook tijdens je studententijd. . Zo merkte ik tijdens mijn studie dat het onderzoek mij beter lag dan de diëtetiek. Al doende zoek je dus je eigen weg. Ik ging een universitaire master doen’.
Na het hbo ging ik een universitaire master doen
Studeren is ook accepteren wat je niet kunt, puzzelstukjes samenvoegen
‘Ik vond het moeilijk dat ik moest stoppen met fysiotherapie. En ontdekken dat ik toch niet mijn hele leven diëtist wou zijn was ook niet leuk. Maar ik had ook geleerd wat ik wél kon. En wat ik interessant vond. Iets met gezondheid, iets met sport, iets met voeding…
Ik ben nu een heel eind met mijn master. Ik ga mijn scriptie schrijven over de invloed van een bepaald dieet op het afweersysteem na sporten. En mijn stage ga ik waarschijnlijk doen op Sportcentrum Papendal, bij de innovatiemanager voeding en sport. Zo wallen alle puzzelstukjes samen. Ook hier bleek mijn netwerk weer belangrijk. Dit contact heb ik weer van een oud- oud-stagegenoot bij het Lectoraat van de Hogeschool van Amsterdam.
Als ik zo terugkijk: elke stap in mijn studieproces heeft me veel opgeleverd’.