Help, mijn kind gaat op kamers
Op kamers? Dat is wennen. Voor je kind en voor jou. De dochter van directeur van H3Lab Onderwijs Marijn Bontje ging bijna 9 maanden geleden studeren en uit huis. Ik vroeg haar te beschrijven hoe zij dit beleefde als moeder. Zij gaf dit gastblog de titel ‘Help, mijn kind gaat op kamers’.
Goed zoeken en goedkoper op kamers
Eerst nog even dit: de kosten van studentenkamers kunnen erg verschillen. Bekijk tips om goedkoper op kamers te gaan. En tips om slim een kamer te zoeken.
Hier volgt het verhaal van Marijn:
‘Over rode lopers, terug naar de peutertijd en meer… Ik werd naar aanleiding van deze post op LinkedIn gevraagd om te schrijven over ‘het nu is’. Met mijn dochter die bijna haar eerste studiejaar erop heeft zitten. Nog maar net fietste ze haar nieuwe leven in en nu zou het een soort van gewoon moeten zijn.
Mijn kind op kamers: hoe zij haar leven opbouwt
Op heel veel momenten is dat het ook. Het is geweldig om van de zijlijn (maar dan écht van de zijlijn; veel zijlijniger wordt het niet) te zien hoe je kind haar leven opbouwt. Met nieuwe vrienden (die je dus niet kent, maar van wie je wel geacht wordt de namen en rugnummers te kennen).
Een studie waarvan je geen idee hebt wie haar docenten zijn, wat ze daar doet, hoe vaak ze gaat enzovoort. Een studentenvereniging. Met disputen, jaarclubs, gala’s tradities en andere onbegrijpelijke activiteiten en tradities. Met veel teveel bier, veel te laat naar bed, veel te ongezond eten.
Alsof je toeschouwer bent geworden in het leven van je kind
Met weekenden wel/oh nee toch niet thuis. Met dagen geen antwoord op appjes en dan weer een stroom aan enthousiaste verhalen. Met één been in het leven daar en een been in het leven hier (ook nog in twee huizen, ik heb bewondering voor hoe ze het doet!). Het is alsof je toeschouwer bent geworden in het leven van je kind. Dat is bijzonder hoor. Ik ben op veel momenten razend trots.
Wennen aan de nieuwe situatie
En soms is het echt zoeken. Ik hoor van meer ouders om me heen dat uit huis gaande kinderen het thuis allemaal het liefst zo houden als het is. Geen kamerwissels, geen geschuif met meubels, gewoon afblijven. Dat was bij ons ook. Maar als je niet zo groot woont en er nog meer kinderen wonen, moet je wel eens wat. Dus bij ons werd er wel geschoven met meubels. Dat zorgde voor de nodige wrijving.
Inmiddels zijn we (is ze) aan de nieuwe situatie gewend, maar het zoeken blijft. Want hoe houd je die levens met elkaar verbonden? En hoe pas je ze weer in elkaar als ze thuis is? Mijn ondertitel ‘Over rode lopers, terug naar de peutertijd en meer…’ koos ik niet voor niks. Want soms is de verwachting inderdaad dat wij de rode loper uitrollen en klaar zitten om uitgebreid te luisteren naar alle avonturen.
Mijn kind gaat op kamers: een lastige spagaat
En het lijkt ook soms of de grote puber weer een peuter is. De peuter die niet snapt dat de juf van het kinderdagverblijf daar niet woont en ook gewoon een leven heeft. Alleen zijn wij dan in dit geval de juffen van het kinderdagverblijf en is de grote puber soms vergeten dat het leven thuis ook doorgaat.
En ik wil als moeder mijn kind natuurlijk niet het gevoel geven dat ze er niet meer bij hoort. Ook al is ze bijna 20. En heeft ze (óók) haar eigen leven. Die spagaat is lastig. En ik heb nog niet echt een antwoord gevonden. Maar goed; de peuter ging ooit ook begrijpen dat de juf ook een gewoon huis heeft. Dus deze spagaat zal vast ooit een keer wennen. En tot die tijd rol ik gewoon af en toe de rode loper uit…’