Te veel studies en vragen over geld.

Jongvolwassenen die een studie kiezen lopen tegen verschillende problemen op. Ik hoor vooral twee belemmeringen… Nummer één: ‘Er zijn te veel studies’. ‘Zorgen en vragen over geldzaken’ op plek twee. Over geldzaken en over studiekeuze gaf ik, samen met studenten, een webinar. terug kijken

Zorgen en vragen over geldzaken

Naar aanleiding van het webinar in januari, en het webinar  in februari heb ik de vraag gekregen of ik wat meer wil vertellen over studie en geld. 
Ook op dit blog krijg ik veel vragen over geldzaken en de artikelen over dit onderwerp worden veel gelezen (meest gelezen in 2020).
Tijdens het webinar komt o.a. aan bod:

• De studiefinanciering in het kort
• De aanvullende beurs
• Toeslag voor studenten met een beperking
• Andere inkomsten van studenten
• Ouderbijdrage
• Salaris na afstuderen
• Terugbetalen studiefinanciering
• Speciale regelingen voor Coronatijd/korting op collegegeld 2021-2022
• Fonds voor studenten met persoonlijke problemen
• Tussenjaarfonds

Zelf verantwoordelijk

Als een jongere gaat studeren is hij of zij zelf verantwoordelijk voor een aantal regelzaken. Zo kan hij of zij zelf een studielening afsluiten, bijvoorbeeld. Ook als de student nog geen 18 is. Een aantal andere dingen veranderen ook na de achttiende verjaardag.
Hieronder een paar regelingen op een rijtje:

 

1: Studiefinanciering hbo/universiteit

De belangrijkste bron van inkomsten is natuurlijk de studiefinanciering (stufi). De studiefinanciering bestaat uit vier onderdelen:

1. De aanvullende beurs
2. De OV studentenkaart
3. De lening
4. Het collegegeldkrediet.

De aanvullende beurs krijg je als je ouders niet heel veel geld verdienen of als je broers of zussen hebt die ook studeren. De aanvullende beurs is een gift als je binnen 10 jaar je diploma haalt. Verdienen je ouders wat meer, dan krijg je geen aanvullende beurs.
De OV studentenkaart is een gift als je binnen tien jaar je diploma haalt.
De lening is er voor iedereen, bedoeld om van te leven.
Het collegegeldkrediet is ook een lening voor iedereen, bedoeld om je collegegeld te betalen.
Lees meer over de studiefinanciering, over welke bedragen het gaat en hoe lang je kunt lenen.

2: Het profileringsfonds

Als een student ziek wordt, een handicap heeft of als er bijzondere persoonlijke omstandigheden in de familie zijn, kun je via de hogeschool of universiteit in aanmerking komen voor het profileringsfonds. Het is in deze omstandigheden altijd belangrijk hulp te vragen bij de studentendecaan. De studentendecaan kan inhoudelijk hulp regelen, er kunnen aanpassingen zijn in de studie en de student kan ook in aanmerking komen voor financiële hulp.

3: Toeslag voor studenten met een beperking, ziekte of handicap

Als een student een belemmering heeft waardoor hij of zij niet kan werken naast de studie, dan kan de gemeente een toeslag geven. Die moet je aanvragen in de gemeente waar je woont. het kan om wel 300 euro per maand gaan. Lees ook: Financieel slim studeren met een beperking.
Voor studenten die extra ondersteuning nodig hebben is het echt belangrijk goed contact te houden met de studieadviseur en de studentendecaan. Er zijn veel aanpassingen in het onderwijs mogelijk, maar daar moet de student zelf op tijd om vragen. Liefst voordat de studie begint. Meer informatie.

4: Coronaregelingen, 50% korting op het collegegeld

Er zijn meerdere Coronaregelingen. De belangrijkste is dat iedereen 50% korting krijgt op het collegegeld. Studenten die voor het eerst gaan studeren krijgen in het eerste jaar zelfs 75% korting. Dat geldt ook voor tweedejaars van de lerarenopleiding. Er zijn meer Coronamaatregelen. Je kunt langer gebruik maken van de OV studentenkaart en er zijn voorzieningen voor een student die studievertraging heeft door Corona. Meer Coronaregelingen.

5: Studie en geld: Zorgtoeslag

Bijna alle studenten hebben recht op zorgtoeslag. Voor studenten zal dat zo’n 100 euro per maand zijn. De zorgtoeslag is bedoeld om je zorgverzekering te betalen. Je moet de zorgtoeslag zelf aanvragen. Na je afstuderen zul je meer verdienen. Dan krijg je mogelijk geen zorgtoeslag meer omdat je dan meer inkomen hebt en moet je dit stopzetten. Bereken de toeslagen waar je recht op hebt.

6: Studie en geld: Huurtoeslag

Soms krijgen studenten die zelfstandig wonen en weinig verdienen huurtoeslag.  Bereken de toeslagen waar je recht op hebt.

7: Kinderbijslag

Ouders met een kind onder de 18 dat studeert hebben recht op kinderbijslag.

8: Geen studiefinanciering (meer)

Dan zijn studiekosten aftrekbaar van de belasting.

Andere inkomsten van studenten, bijbaan en ouderbijdrage

1. Ouderbijdrage: Ouders worden geacht wat bij te dragen aan de opleiding van hun kind. Dit is een vrijwillige bijdrage. Kunnen ouders dat niet betalen, dan komt de student in aanmerking voor een aanvullende beurs. Helaas mogen ouders deze bijdrage niet aftrekken van de belasting.
2. Bijbaan: studenten hebben vaak een bijbaan. Dat levert gemiddeld zo’n 400 euro per maand op. Maar veel werken naast een studie is niet bij elke studie mogelijk. ook in het eerste studiejaar is het vaak niet zo slim om veel te werken. In het begin is het lastig de focus te houden op de studie. Het is belangrijk geen studievertraging op te lopen door de bijbaan.

Te veel studies om uit te kiezen, het verhaal van Thijs

Een andere vraag die ik veel heb gekregen is: wat kan een studiekiezer doen als er voor zijn of haar gevoel te veel studies zijn om uit te kiezen. Leer de verhalen van Thijs en Saranke, die ze graag toelichten tijdens het webinar. Fijn dat er ook studenten meedoen die hun ervaringen willen delen.

Profielkeuze en testjes op school

Thijs: Ik ben begonnen met mijn studiekeuze in vwo4. We hadden net met veel moeite ons profiel uitgezocht en in de eerste maand van het nieuwe schooljaar kregen we te horen dat het heel belangrijk was dat wij snel begonnen met onze studiekeuze. Meteen de goede studie kiezen was essentieel, omdat er een beetje van je verwacht werd (en nog steeds wordt) dat het in één keer goed gaat. We werden in een mentorles door de decaan van het vwo bekend gemaakt met een studiekeuzeprogramma. Er werd van ons verwacht dat wij tijd staken in het invullen van vragenlijsten en het doorlezen van studieprogramma’s. Als de ‘brave’ leerling die ik was, heb ik hier dus het minimale aan besteed. Het probleem was ook dat er gewoon bijzonder veel studies waren om uit te kiezen. Het enige wat ik wist was dat ik een studie in de richting van scheikunde/biologie wilde doen. Het studiekeuzeprogramma in kwestie deed hier vrij weinig mee en raadde me dingen aan als technische wiskunde (aan een leerling die met moeite een 5 stond voor Wiskunde B). Dus tot zoverre geen succes.

Lijst van meer dan twintig studies. Te veel studies die overbleven

In de vijfde klas werd er vanuit gegaan dat we zelf aan het studiekeuzeprogramma gingen sleutelen. We kregen nog af en toe de kans om in mentoruurtjes er aan te zitten en zelfs vragen te stellen aan de decaan en de mentor. Het was in een van deze uurtjes dat er gevraagd werd om een lijstje te maken van studies. Toen kwam ik op meer dan twintig mogelijke studies. Maar die lijst moest natuurlijk veel korter worden.

Toevallige vondst

Toevallig zag ik een reclame voor de open dag van de Universiteit van Wageningen, nog specifieker, de bacheloroleiding Biotechnologie. Ik heb toen snel opgezocht wat het inhield en was meteen veel enthousiaster voor deze studie dan voor de studies die op mijn lijstje stonden. Dit was niet zo’n voor de hand liggende studie, hij stond ook niet op mijn lijst… maar ik was wel blij dat ik dit ontdekte. Thuisgekomen heb ik mijn ouders gevraagd of we naar de open dag konden. Mijn ouders waren niet zoveel bezig met de vervolgstudie als ik was, maar ze waren wel altijd bereid om met me te praten over de overwegingen en de stappen die ik wilde nemen. Ze wilden me wel naar de open dag brengen zodat ik kon kijken.

Te veel studies: vergelijken van opleidingen

In de tussentijd was ik op de TU Delft geweest. Dit was onderdeel van het school-studiekeuze traject. De school had een studiedag georganiseerd waar meerdere studenten van verscheidende studies langskwamen om een kort verhaaltje te vertellen over die studie. Maar op de open dag had ik eindelijk een klik met twee studies: Biotechnologie en haar zusterstudie, Moleculaire Levenswetenschappen. Terug in de auto heb ik mijn ouders de oren van het hoofd gepraat over deze studies. Alles wat me nog restte was een keuze maken tussen de twee. In vwo6 was het simpel: ik schreef me in december in voor de opleiding en kon me volledig richten op mijn eindexamens. Richting mei werd het tijd om de praktische dingen te regelen voor mijn studie: kamer, lening bij DUO, OV aanvragen, meubels, introdagen inschrijven, noem het maar op. Gelukkig hebben mijn ouders me ook hierin behoorlijk geholpen door te helpen structureren en me te helpen Marktplaats af te struinen. Na mijn eindexamens was het dus een kwestie van een kamer zoeken en beginnen met studeren!

Overweldigend veel informatie, te veel studies om uit te kiezen

Wat ik wel jammer vind aan mijn studiekeuzeproces is dat ik door de overweldigende hoeveelheid informatie over studies ik daadwerkelijk maar drie studies van dichtbij heb gezien. Ik kon pas een beeld vormen toen ik meer richting had gekregen. Ik druk studiekiezers dan ook op het hart om met een breed perspectief te beginnen: waar bieden ze een aantal studies aan die je interessant vind? Of eerst: wat vind je interessant? Ga kijken op zoveel mogelijk open dagen om zo de goede studie te vinden.

Vergelijk ook universiteit en hogeschool met elkaar

Als laatste heb ik nog een klein stukje advies: limiteer jezelf niet tot het hoogst mogelijke niveau wat je met jouw studie kan doen. Op mijn middelbare school werd er vanuit gegaan dat een vwo student sowieso naar de universiteit zou gaan en een havo student naar het hbo. Dit was jammer, want ik ben er later achter gekomen dat op het hbo er een heel aantal studies zijn die ik zeker interessant had gevonden waar ik niet beter naar heb kunnen kijken. Het is geen teken van schande of zwakte om “een niveau lager” te kijken. 

Te veel studies. Ik vond bijna alles wel interessant… het verhaal van Saranke

Saranke: ‘Ik vond het zelf erg lastig om een studiekeuze te maken aangezien ik bijna alles wel interessant vond. Mijn ouders beïnvloedden me bij enkele studies waarvan ze dachten dat de banenkans heel laag zou zijn (Kunst academie, filosofie). Daarnaast twijfelde ik ook tussen meer sociale en science studies, studie richting wiskunde, natuurkunde, scheikunde of biologie dus. Hierbij hielpen mijn ouders me met nadenken over wat ik zoek in een studie’.

Te veel studies… maar… Zo definitief is een studiekeuze niet

‘Verder gaven mijn ouders mij erg de ruimte om van alles uit te zoeken. En ze gaven me het zelfvertrouwen dat ik als ik iets wil, dat ook wel zal bereiken. Ook al is het soms met een omweg. Zo kun je ook nog allerlei richtingen in gaan.  Zo definitief is de studiekeuze niet, zolang je maar blij bent met waar je op dat moment bent. Uiteindelijk was mijn eerste keuze Biologie en mijn tweede keuze Industrieel Ontwerpen. Ik heb voor Biologie gekozen. Biologie zou ik niet zo direct uit mezelf, zelfstandig, verder oppakken. Hier zou ik me niet zonder ondersteuning van een studie in verdiepen. En kleine dingen ontwerpen kan ik wel vanuit mezelf. En dat doe ik ook wel. Ik ben nog steeds geïnteresseerd in ontwerpen. Ik ben dan ook aan het kijken hoe ik Biologie met ontwerpen of cultuur zou kunnen combineren’.