Thuis blijven wonen als student, tips voor ouders

In het begin van je studie nog thuis blijven wonen wordt steeds gewoner. Zo’n 11 procent van de hbo studenten en 41 procent van de wo studenten woont pas na 16 maanden studeren op kamers. De eerste studieperiode thuis blijven wonen als student, is populair.

Thuis blijven wonen als student

Leenstelsel en kamernood

Er gaan steeds minder studenten op kamers. Dat heeft op de eerste plaats te maken met de studiefinanciering. Nu de basisbeurs is afgeschaft is er alleen nog de OV kaart, de aanvullende beurs en de mogelijkheid om geld te lenen. Daarnaast is er een groeiende kamernood. Kamers die bovendien soms schrikbarend duur zijn. Jongvolwassenen wonen langer bij hun ouders.

Thuis blijven wonen als student: tips voor studenten

Vorige week heb ik voor- en nadelen opgesomd van het thuis blijven wonen. Ook heb ik vijf tips geschreven voor studenten die hiervoor kiezen.
Zelf heb ik ook nog een tijdje een inwonend kind dat al studeerde gehad. Daarom nu vijf tips voor ouders:

Thuis blijven wonen als student: tip 1 voor ouders. Geen hotel mama!

Mijn allergrootste valkuil was dat ik, ongemerkt, toch veel huishoudelijke en financiële zaken bleef regelen voor mijn kind. Een kind dat al lang geen kind meer was. Het heeft echt even geduurd voordat ik me realiseerde dat ik, ongewild, mijn kind teveel beschermde. Het is belangrijk dat jongvolwassenen ook hun eigen financiële en huishoudelijke zaken regelen. Straks hebben ze een baan op niveau waarin ze ook zelfstandige beslissingen over o.a. geldzaken moeten nemen. En er komt sowieso natuurlijk een moment dat het ouderlijke nest verlaten wordt. Daar moet je je kind op voorbereiden.

Tip 2: Laat uw kind tegenvallers meemaken

Het is zo vreselijk onnatuurlijk om je kind in een valkuil te laten trappen. Om te zien dat er iets niet in orde is en dan ‘niets’ te doen. Ik moet nog vaak denken aan de uitspraak van onze studentenpsycholoog. Zij zei: soms ervaren studenten pas tegen de tijd dat ze afstuderen dat er ook tegenvallers zijn in het leven. Voor die tijd hadden hun ouders ieder ‘pijntje’ en ‘tegenvallerje’ weggepoetst. Maar verdriet, pijn, tegenvallers, horen bij het leven. Jongeren moeten dat leren. Je leert dat het beste met relatief kleine tegenvallers. Maar in de ‘grotemensenwereld’ zijn er geen kleine tegenvallers meer. Dan zijn het meteen serieuze zaken. Dan zak je voor je BSA, of je kunt niet beginnen aan de stage van je keuze, het afstuderen lukt alsmaar niet… Bereid uw kind hierop voor door hem niet meer (teveel) te beschermen.

Tip 3: Studeren is ook accepteren wat je niet kunt

Niet iedereen kan alles. En dat is ook helemaal niet erg. Het is belangrijk dat je leert wat je wel en niet kunt. Misschien is zakt uw kind meerdere keren voor een tentamen. Misschien is groepswerk niet ‘zijn ding’. Uw kind heeft misschien faalangst. Mogelijk is er een beperking of belemmering. Studeren is niet alleen kennis opdoen, het is ook levenslessen leren, buiten je comfortzone gaan, jezelf leren kennen, volwassen worden. Ziet u dat uw kind ergens ‘tegenaan loopt’? Ga niet zelf dingen lopen oplossen. Help hem de weg te zoeken naar de ‘hulptroepen’ op de opleiding en daar buiten. Het is belangrijk om te leren dat je hulp kunt vragen en dat zelf te regelen.

Tip 4: Geen contact met de hogeschool of universiteit

De hogeschool of universiteit stuurt u geen ‘rapport’ zoals u gewend was op de middelbare school. U weet niet of uw kind de colleges netjes volgt. Er is geen contact met de studieadviseur of de studieloopbaanbegeleider. Zijn er problemen? Dan moet uw kind zelf hulp zoeken bij de studentendecaan of de studentenpsycholoog. U kunt dat niet meer voor hem doen. Een jongere die de havo of vwo heeft afgerond is voor de wet volwassen en de onderwijsinstelling moet zijn privacy beschermen. Alleen op uitdrukkelijke wens van de student hebben ouders bij uitzondering contact met een begeleider van de hogeschool of universiteit.

Tip 5: Financiële regels

Spreek samen regels af. Spreek bijvoorbeeld af hoeveel jaar u meebetaalt aan zijn opleiding en hoeveel. Voor studenten waarvan de ouders niets of weinig bij kunnen dragen is er de aanvullende beurs.
Krijgt uw kind die niet, dan betekent dat dat u, volgens de belastingdienst, wel bij kunt dragen aan de opleiding van uw kind. Ik adviseer als ouder dezelfde richtlijnen te hanteren die ook gelden voor de aanvullende beurs.
De aanvullende beurs krijg je voor de officiële duur van de studie, niet langer. De aanvullende beurs is maximaal zo’ n €400,- per maand.
Lees het artikel over studiefinanciering eens door, dat helpt bij het maken van financiële afspraken. Komt uw kind niet uit met zijn geld? ‘Pas’ niet altijd bij. Soms is het een goed leerproces om ‘ de geldkraan dicht te draaien’.

Thuis blijven wonen als student, nog veel meer tips voor ouders

Nu ik dit artikel schrijf voel ik weer de dilemma’s die ik zelf had bij mijn inwonende studerende kind. En ik realiseer me dat er nog veel meer tips te geven zijn. Iets wat ikzelf zinvol vond was hierover te praten met andere ouders. Alle ouders zoeken naar een balans tussen je kind voor al te groot onheil behoeden en hem zijn eigen weg te laten zoeken. Mij heeft dat geholpen. Op dit blog staan natuurlijk ook verhalen van ouders. En misschien wilt u uw verhaal eraan toevoegen? Dat kunt u opsturen en ik kan u ook interviewen. Ouders leren van ervaringen van andere ouders.

Lees ook eens de Facebookgroep ‘Ouders en Studie’ waar ik regelmatig krantenartikelen post over dit onderwerp.